Zeilersforum.nl - Home
Glow
- Geschreven door Lotus77
- Hits: 993
Charlotte's belevenissen
Glow
Geschud aan mijn schouder. ‘Lief, het is tijd. Eén uur.’ De kou van zijn hand dringt door mijn T-shirt heen. Het is mijn eerste nachtwacht op deze tweedaagse oversteek door de Golf van Biskaje.
‘Voordat je je aankleedt, moet je eerst naar buiten komen.’
‘Wat is er dan?’ Vraag ik nieuwsgierig.
‘Ze zijn er nog. Weet niet of je dit ooit nog eens gaat zien. Schiet maar op. Vergeet je reddingsvest niet.’
Ik vlieg op, klim onhandig over het slingerzeil en klap de deken terug op bed zodat het warm blijft voor Paul. Eenmaal buiten, pakt hij mijn arm beet en trekt me naar de kuiprand. Het golft nog altijd behoorlijk. ‘Ga zitten!’ Uitgelaten wijst hij me op de zee.
‘Jee!’
‘Geweldig toch?’
‘Ja…’ Verwonderd staar ik naar de neongroene slingerbewegingen door het water. Links, rechts, ze komen overal vandaan. Soms drie evenwijdig aan elkaar, dan onder de romp schietend en weer terug naar voren. Dolfijnen hebben onze boot uitgekozen om te spelen en zeevonk maakt er één grote glow in the dark party van. Zoiets bijzonders heb ik nog nooit gezien! Zouden ze zelf ook zien hoe mooi dit is? Quelinda maakt het spektakel compleet met haar schuimende, oplichtende boeggolven. Het is prachtig. En dan zijn ze weg. Uitgespeeld.
In de afterparty fonkelt de sterrenhemel. Satellieten schieten voorbij en de Melkweg pakt zonder enige lichtvervuiling het volgende podium. Een nacht als deze mag uren duren.
Weg magie
Paul is duidelijk blij dat hij zijn kooi in kan deze tweede nacht. ‘De golven voel je niet aankomen. Ik zie geen barst.’
‘Als je straks wakker wordt, is het weer licht. Ga maar lekker slapen.’ Ik snap het meteen. Grauwe wolken hebben elke contour en glans van de zee afgenomen. Noordenwind schuurt langs mijn wang. Geen enkele andere boot te zien. Alleen Quelinda die stug de koerslijn met zes en een halve knoop volgt. De uitgeboomde fok oogt rustig als ik erop schijn en mezelf met voet en elleboog voor de zoveelste keer schrap zet. Zo’n anderhalf, twee meter hoog moeten ze zijn. Het slingeren gaat maar door. Weg is de magie van gisteren.
.
Het hoge woord is eruit
In Camaret-sur-Mer diende zich een mooi weergaatje aan. Allebei verlangden we ernaar de golf van Biskaje achter de rug hebben. De verhalen over deze beruchte zeeboezem die Frankrijk met Spanje verbindt, speelden onherroepelijk mee. Het noordwestelijke A Corun͂a of oostelijker gelegen Ria de Cedeira zou het worden. Maar die gierende Spaanse kaapwind met een dikke zes, moesten we dat wel willen? Het venijn van de oversteek zou weleens in de staart kunnen gaan zitten.
Het hoge woord kwam er de ochtend van vertrek uit. Ik durfde het niet aan. Te veel variabelen op een tocht waar ik geen ervaring mee had. Zelfs als Paul, die wel groen licht gaf, meer van dat alles had. Uitstellen wilden we ook niet. En dus besloten we de kaap verder van ons weg te houden en 150 mijl oostelijker, in Gijon te eindigen. Met wind uit het noorden en deining uit het westen werden we 52 uur lang heen en weer geschommeld. Ruim 300 mijl niets zonder vaste hand kunnen doen was nieuw.
Glansrijk geslaagd
Hoe kijken we erop terug? Gedachtes en onzekerheden uitspreken, durven afwijken van het initiële plan en kiezen voor veiligheid, dat houden we vast. Het wachtritme van tien uur ’s avonds tot tien uur ’s ochtends, drie uur op en drie uur af, werkte. Zonder goede zeekooi met slingerzeil en gestutte kussens was slapen nooit gelukt en het eeuwig gehamer op vaste plekken van onze spullen blijkt een uitkomst en must. Vooraf gemaakte nasi en pasta hielden de moraal hoog en ik dank op mijn blote knieën dat zeeziekte dit keer geen meester van me maakte. We hebben de oversteek getrotseerd, unieke momenten mogen ervaren en zijn glansrijk geslaagd.
Charlotte's zeilwereld? Mooi! Niet altijd rozegeur en manenschijn.
Gewoon zoals het leven is. Elke maand deelt ze haar belevenissen
(zoals ze al deed in haar draadje en nu op de voorpagina)
In de zomer van 2022 is Charlotte samen met Paul en
SV Quelinda vertrokken voor een wereldreis.
Overspoeld
- Geschreven door Lotus77
- Hits: 1427
Charlotte's belevenissen
Overspoeld
Hoe kan ik klein schrijven als er na 500 mijl, zoveel onvergetelijke momenten zijn? Waar moet ik beginnen. Amper een maand weg uit Nederland en nooit zuidelijker gevaren dan Cadzand, is zelfs de Belgische blokkendozenkust, waar velen snel aan voorbij varen, mooi. Het is ook die aardige sluiswachter in Oostende die ons welkom heet. ‘Trekt uw chute maar aan in plaats van uw lifejacket! Ge gaat flink zakken!’ En dat de stootwillen er zo hoog hangen begrijpen we ineens. Gelukkig hebben de scherpe oesters langs de sluiswand Quelinda ’s romp niet beschadigd.
Op ruime koers hijsen we het Franse gastenvlaggetje en bereiken moeiteloos Boulogne-sur-Mer. De in mijn gedachte bebloemde boulevard blijkt een vervallen veergebouw, volgepoept meeuwenhotel en een rij vissersboten in een naar riool stinkende haven te zijn. Het gros van de steigers is weg. Sfeer ontbreekt. Wanneer we een memorabele Street art wandeling over de klif en door het oude centrum maken, wordt het ineens toch een kleurrijke stad.
Wit geknepen knokkels
En dan het slaperig klifstadje in het Normandische Saint-Valery-en-Caux. Wanneer we mikken op hoog tij, met stroom tegen en wind in de rug, zijn de flinke rollers in de smalle doorvaart allerminst om bij in te dutten. Paul is weliswaar in zijn element achter het roer en begint te filmen maar ik knijp mijn vingers wit aan de railing. ‘Wil je alsjeblieft de camera wegleggen en opletten?’ Eenmaal de drempel over en binnen, ligt het heerlijk rustig. De aanblik van de droogvallende zeegang is zeer bijzonder. Het is ook de plek waar vissers nog rechtstreeks aan de kade verkopen. Schol, hondshaai, vreemde schelpdieren, ik kijk mijn ogen uit en smul ‘s avonds van mosseltjes in Roquefortsaus terwijl Paul begint aan een pizza die ver buiten zijn bord reikt.
Of de tassencontrole in de supermarkt, ik blijk er verdacht uit te zien. De man voor en vrouw achter mij, krijgen het niet. Is het mijn rommelige knot, vlekkerig T-shirt en klusbroek? Of het eeuwig heen en weer gedrentel langs schappen? Hoe kunnen zij ook weten dat ik zo geniet van boodschappen doen in het buitenland. Het geeft niet dat ze me voor crimineel aanzien. Ik weet beter.
Ik zou willen dat je het ook kon ruiken. Dat ietwat zoete boterbrood van de bakker wat we eten tijdens de wandeling langs zee. Daarna langzaam afdalend naar de andere kant van het stadje is er geen haast meer. Nu al niet meer. Het militair kerkhof maakt indruk. Lange rijen met roos, kattenstaart en heester om en om tussen witte kruizen. Hartverscheurend jong gestorvenen. Soms zelfs alleen bij God bekend.
Greenwich passage
Op weg naar Saint-Vaast-la-Hougue genieten we van de weersveranderingen op zee en houden vistonnetjes ons scherp. De wind doet maar een dotje. Langzaam zeilen we westwaarts, wachtend op dat ene moment.
Gehaast en enthousiast duwt Paul het schermpje onder mijn neus. ‘Kijk dan! Zie je het! Kijk dan!’
‘Je drukt op de volumeknop, ik zie niks lief.’ Reageer ik lachend.
Bang het moment te missen, zet Paul snel de coördinaten terug op de marifoon. We tellen af zoals bij oudjaar tot de nul graden meridiaan, Greenwich passeert. We vieren ook dat we voor het eerst geen land meer zien. Misschien overdreven? Voor ons zijn het mijlpalen.
Een passerende bui gunt ons een laatste beetje wind en dan valt het stil. Jan van Genten met hun lichtgele koppen en zwart gerande vleugels vliegen onverstoord langs. De zee wordt één grote olievlek. De motor gaat aan terwijl Bløf uit de speaker galmt. Zorgeloos voelt het. Terwijl ik zo vaak wakker heb gelegen voorafgaand aan vertrek.
Ankeren doen we allebei het liefst. Het geeft de vrijheid om weg te gaan wanneer we willen en voor het eerst zien we in de vissershaven van Saint-Vaast-la-Hougue wat er schuilgaat achter de vistonnetjes die we steeds proberen te ontwijken. Korven en netten die afdalen naar de zeebodem en vis, krab en kreeft in de val lokken. Dobberend tussen de vissersboten valt ons nog iets op. Geflipper ver weg. Paul staat op. ‘Ik ga een kijkje nemen, praatje maken.’ En daar gaat ie.
Ik kijk toe hoe hij de dinghy aanhaakt bij een RIB en gebarend begint te praten. Ik bewonder zijn initiatief, zijn lef, amper Franssprekend. Ik spreek beter Frans maar hier ben ik niet goed in.
‘En?’ Vraag ik later nieuwsgierig.
‘Die mannen duiken op één teug lucht naar twaalf meter diepte om spinkrabben te vangen. Met drie man doen ze er 25 in een paar uur.’ Respect.
Alderney steelt ons hart
Anker op en na een pitstop in Cherbourg varen we rond slack door de race naar Alderney. Zo kunnen we het nog voor de dreigende storm bezoeken. De Quarantainevlag lijkt overbodig en inklaren is na versneld opeten van onze piepers een papieren formaliteit die later ook toegang geeft tot Guernsey. Alderney, het is de plek waar we door de eigenaar van de watersportwinkel overgehaald worden om te blijven. Waar autosleutels op het contact blijven zitten en betekenisvolle mensen geëerd worden daar waar ze hebben gewoond. Het eiland waar iedereen in de zomer verliefd een huis koopt en ‘s winters verkoopt omdat het er angstaanjagend kan spoken.
We bewandelen roestbruine kustpaden met brem, varens en paarse middagsbloem en drinken cream tea in The Old Barn. Dit Britse Kanaaleiland, waar prachtige forten op elke uitstekende rots staan en waarvan de kleur grijsgrauw is op plekken waar bezetters vernietigende betonnen sporen achter hebben gelaten, steelt ons hart.
In een stilte voor de storm varen we op de motor door de beruchte Swinge en Little Russel naar Saint Peter Port, de hoofdstad van Guernsey. Er is een carnaval festival aan de gang. Een dinghyrace en touwtrekken op de kade zoals dat in Nederland nooit zou mogen. ‘Proost, op het avontuur!’ Met medevertrekkers drinken we tussen de Britten een pint op 80’s muziek. Genieten met grote G.
Intussen liggen we met lange dubbele lijnen, stukgetrokken doekjes en extra fenders aan de ponton. Kraken, snokken en klotsen, het gaat maar door. Snubbers gaan op ons wensenlijstje. We ontvluchten de gierende onrust, maken een wandeling door groene valleien met stenen muurtjes en bezoeken Broeder Déodats ziel en zaligheid. Het kleinste kapelletje ooit gezien, gemetseld met gedoneerde serviesscherven en schelpen. Het is om nooit te vergeten!
Voor de wind zeilen we zuidwaarts naar Noord-Bretagne. Het anker leggen we op de stromende Jaudy rivier in Treguier. Zal het houden? Het kasteel, omzoomd met hoge bomen en rotsige oever is de komende dagen onze achtertuin. Ik kijk naar de zeehond die telkens bij hoogtij langs zwemt en zijn glanzende grijze rug door het water laat glijden. Overspoeld met pareltjes worden we. Het houdt maar niet op.
Charlotte's zeilwereld? Mooi! Niet altijd rozegeur en manenschijn.
Gewoon zoals het leven is. Elke maand deelt ze haar belevenissen
(zoals ze al deed in haar draadje en nu op de voorpagina)
In de zomer van 2022 is Charlotte samen met Paul en
SV Quelinda vertrokken voor een wereldreis.
Vertrek
- Geschreven door Lotus77
- Hits: 1666
Charlotte's belevenissen
Vertrek!
‘Rechts Charlotte. Naar rechts!’
Net op tijd kijk ik over bakboord.
‘Goede reis!’ Galmt het over water. Twee wuivende mannen, zeilen rakelings achterlangs in een snelle boot.
‘Dank je wel!’ Roep ik uitzinnig. ‘Dank je wel!’
Wat een moment. Wegvaren uit de haven wanneer je op wereldreis gaat. Dat het zo bijzonder zou zijn, traditie heeft, dat hadden we nooit gedacht en dat begon een paar dagen geleden al.
‘Je telefoon gaat Paul.’
‘ZEILEN magazine.’ Lees ik uit zijn lippen. Waarvoor zouden ze bellen denk ik, terwijl ik de no-bake cheesecake afsmeer.
‘Tien uur staat! Tot dan.’ Hoor ik Paul ophangen. ‘Ze willen graag bij ons vertrek zijn. Filmpje, interview, leuk he?’
‘Jazeker!’ Reageer ik. Hoe zal dat straks gaan? Een paar weken geleden heb ik briefjes opgehangen in onze thuishaven met de aankondiging van vertrek. Het zou leuk zijn om afscheid te nemen van iedereen. Zou het gezien worden?
Laatste latte
Het weekend van vertrek is aangebroken. Gezonde spanning. Allebei amper geslapen. We leggen Quelinda voor de allerlaatste keer vast in jachthaven Noordschans en melden ons.
‘Hey, goeiemorgen!’ We worden begroet door Anita en Mike, de uitbaters van het paviljoen.
‘Morgen!’
‘Bijna zover, zijn jullie er klaar voor?’
‘Ja en nee. Maar kom maar op! We hebben er heel veel zin in.’ Ik drink een laatste keer mijn favoriete latte en Paul neemt gewone koffie met ook mijn koekje.
Het optuigen voor de vertrekkersborrel kan beginnen. Beurtje bootshampoo, flapperende vlaggetjes langs voor- en achterstag en alles waar over gestruikeld kan worden gaat aan de kant zodat iedereen nog een keer een kijkje kan nemen. Ze straalt helemaal! Tot slot blaas ik de gretig ingekochte wereldbol op en hang hem met een paalsteekje aan de zonnepanelen. De wind blaast het symbolisch in de rondte.
Geklop op de romp. Het zijn de steigerbuurtjes. ‘Komen even gedag zeggen, zagen jullie briefje hangen. Echt stoer van jullie! Bij ons zal het er niet meer van komen maar maak er wat moois van jullie! Tot morgen hè, dan zijn we er ook bij. Dat laten we zomaar niet voorbijgaan.’
En zo gaat het de hele dag. Onbekenden en bekenden uit de haven. Ingepakte zonnebrand, wijn, zelfgebakken vruchtencake in alu folie, een USB-stick vol recepten, gevouwen bootjes en blikjes bier met kleurige lintjes stapelen zich figuurlijk op in het gangboord. We genieten.
Zien en vasthouden
Bijna al onze vrienden en familie zijn op de borrel. Bewust hadden we gevraagd geen cadeautjes mee te nemen nadat ik ooit eens een foto zag van andere vertrekkers die van gekkigheid niet wisten waar ze alles moesten laten. Ieders aanwezigheid is waar we naar verlangen. Elkaar zien, nog even vasthouden. Man, wat boffen wij met zoveel warmte om ons heen.
‘s Avonds lig ik woelend in bed met mijn verbrande schouders. Paul ademt vanuit Verweggistan. En ik? Ik knap uit elkaar van alle indrukken. Die ene kaart, stevige knuffel, de ketting van mijn vriendin die er niet meer is, het zelfgeschreven boekje, de armbandjes, onze favoriete olijfjes en alle mooie woorden en bijdragen voor in het reispotje. Te veel om op te noemen, te gek, te kort. Het had een eeuwigheid mogen duren.
Ineens gaat dan toch die wekker. Vroeg op willen we. Schoon schip maken voordat de mannen van ZEILEN op de steiger staan en we klokslag twaalf uur los kunnen. De tijd vliegt met laatste aanloop, het interview. Het wordt drukker en rumoeriger op de steiger. Mensen, vlaggen, toeters en zeilboten verzamelen zich. Is dat echt allemaal voor ons?
En dan wordt er gejoeld dat we kunnen.
Uitzinnig vertrek
Daar gaan we!
‘Veel plezier!’ Wordt er geschreeuwd vanaf de steiger.
Ik loop van voor naar achter te springen en zwaaien over dek. Naar wat en wie moet ik kijken! ‘Tot ziens! Dank jullie wel!’
‘Geniet ervan!’
‘Behouden vaart!’
‘Pas goed op elkaar!’
‘Gaan we doen!’ Hoor ik Paul roepen.
Ik struikel bijna. Aan dek is het een zooitje van lijnen die normaal al lang opgeruimd zijn. Nu mag het door de euforie voor deze ene keer even wachten.
Het afgelopen weekend werd er vaak tot morgen tegen ons gezegd. Maar nu zijn we compleet verrast door dit uitzinnige moment. Onder begeleiding van een kleine vloot zetten we zeilend koers richting Volkeraksluizen. Eén voor één zwaaien de begeleidende boten af. Langzaam komt er rust aan boord. In de sluis de enige nog maar.
‘Volkeraksluizen, dit is Quelinda. Bedankt voor de vlotte schutting en tot over vijf jaar!’ zegt Paul lachend door de marifoon. Ik grijns want dacht hetzelfde en hij doet het.
‘Quelinda, graag gedaan hoor, maar dat is nog een tijdje. Gaat u op wereldreis?’
‘Ja! We zijn nu vertrokken!’
‘Nou veel plezier en goede vaart!’
Charlotte's zeilwereld? Mooi! Niet altijd rozegeur en manenschijn.
Gewoon zoals het leven is. Elke maand deelt ze haar belevenissen
(zoals ze al deed in haar draadje en nu op de voorpagina)
In het voorjaar van 2022 vertrekt Charlotte samen met Paul en
SV Quelinda voor een wereldreis.