Cunninghamhole: verschil tussen versies
Regel 6: | Regel 6: | ||
Door de cunningham onder spanning te zetten, trekt de bolling in het grootzeil naar het voorlijk. Dit heeft als gevolg dat er een grotere invalshoek mogelijk is, dus meer gestuurd kan worden. Vooral op golven heeft dit een gunstig effect. | Door de cunningham onder spanning te zetten, trekt de bolling in het grootzeil naar het voorlijk. Dit heeft als gevolg dat er een grotere invalshoek mogelijk is, dus meer gestuurd kan worden. Vooral op golven heeft dit een gunstig effect. | ||
Ook krijgt het zeil meer trekkracht naar voren toe, zodat er beter door golven gevaren kan worden.Dat is weer een nadeel op vlakker water, en ruimere koersen , waar de lijn dus los gezet kan worden. | Ook krijgt het zeil meer trekkracht naar voren toe, zodat er beter door golven gevaren kan worden.Dat is weer een nadeel op vlakker water, en ruimere koersen , waar de lijn dus los gezet kan worden. | ||
+ | [[Categorie:Zeiltermen]] |
Versie van 20 aug 2010 om 10:44
De Cunninghamhole.
De cunninghamhole is een trim-mogelijkheid in het grootzeil, waarmee de plaats van de bolling bepaalt kan worden, en soms ook de kromming van de mast. Meestal zit deze iets boven de giek aan het grootzeil bevestigd, en is makkelijk vanuit de kuip bedienbaar en verstelbaar, omdat met deze trim-mogelijkheid een deel van de zeileigenschappen bepaald worden.
Door de cunningham onder spanning te zetten, trekt de bolling in het grootzeil naar het voorlijk. Dit heeft als gevolg dat er een grotere invalshoek mogelijk is, dus meer gestuurd kan worden. Vooral op golven heeft dit een gunstig effect. Ook krijgt het zeil meer trekkracht naar voren toe, zodat er beter door golven gevaren kan worden.Dat is weer een nadeel op vlakker water, en ruimere koersen , waar de lijn dus los gezet kan worden.