Kombuis

De kombuis op een schip is de plaats waar de maaltijden bereid worden; in gewoon Nederlands dus eigenlijk de keuken. Vrij vaak zit die aan de bakboordzijde van het schip.

Vanwege de beperkte ruimte op een schip zie je hier allerlei ruimtebesparende trucjes toegepast. Uitschuifbare kookplaten en/of gootsteentjes zijn vrij algemeen op kajuitschepen tot ongeveer 25 voet. Vanaf globaal gesproken 29 voet verschijnt de oven in de kombuis.

Koken in de kombuis doe je op gas (butaan/propaan), alcohol (de Origo-kooktoestellen) of diesel (Wallas). Elk systeem heeft zo zijn eigenaardigheden: voor gas moet je een gasfles hebben en die hoort weer in een gasbun, koken op alcohol vereist het bijvullen van je mogelijk hete toestel, de dieselkookplaten zijn behoorlijk prijzig.

De gootsteen heeft meestal een kraan, die water tapt uit de watertank. Dit tappen kan gebeuren door middel van een voetpomp, een dompelpomp in combinatie met een schakelende kraan (kraan openen schakelt de pomp in) of middels een waterdruksysteem. Op sommige schepen kom je zelfs een boiler tegen, die vaak verwarmd wordt door een zgn. intercooler op de motor: het koelwater dat verwarmd is door de bedrijfstemperatuur van de motor, verwarmt het water in de boiler voordat het naar buiten wordt gepompt.