Man overboord
Als er een man overboord slaat, zijn er verschillende manieren deze man weer aan boord te krijgen. Bij alle methodes is het belangrijk de rest van de bemanning op de hoogte te stellen (Schreeuw "Man overboord!!!!!"), het slachtoffer toe te schreeuwen dat hij moet blijven zwemmen ("Zwem!!!") en het slachtoffer niet uit het oog te verliezen. Daarvoor wordt, indien beschikbaar, een bemanningslid aangewezen die het slachtoffer in het oog houdt en blijft aanwijzen (Wijs!!!). Indien mogelijk kan een reddingsboei of iets anders naar het slachtoffer worden geworpen. Maar kijk uit, een reddingsboei kan hard aankomen!
Vervolgens is met een zeilschip de meest gangbare manoeuvre om direct af te vallen tot voor de wind, ongeveer vijf scheepslengtes te varen, oploeven tot aan de wind, een dwarspeiling te maken op het slachtoffer en overstag te gaan richting het slachtoffer. Dit is enigszins afhankelijk van de manoeuvreerbaarheid van het schip. Het schip dient dan boven het slachtoffer langs te varen, zodat het slachtoffer aan de lijzijde van het schip ligt. Hier ligt hij beschut tegen golven, en wordt het schip altijd richting slachtoffer weggezet door de wind. Het slachtoffer wordt dan, al dan niet met behulp van een zwemtrap, aan boord geholpen.
Deze manouevre is in een smal kanaal, druk water of in een haven lastig uit te voeren. Hier moet dan ook gehandeld worden naar ervaring en inzicht van de schipper. Het gebruik van een motor is uiteraard niet verboden, sterker nog, alle mogelijke middelen moeten worden ingezet om het slachtoffer weer aan boord te krijgen. Het is echter altijd goed om de wind- en golfrichting in de gaten te houden en aan de hand daarvan de manoeuvre uit te voeren.