Ik ga hier geen raad geven, anderen doen dat reeds, wel een opmerking die je misschien aan het denken zal zetten.
Ik zeil een 80 jaar oud houten bootje. Langkieler, loodzwaar. Door de 5 werkzeilen kan ik onze nu eigenlijk motorloze boot goed manoeuvreren, toch kom ik soms in situaties die minder leuk zijn.
Uittreksel uit mijn dagboek van vandaag :
Het weerbericht heeft het voor de volgende dagen over sterke zuidenwind met lichte regen en onweer. De krant heeft het over zeer zware onweersstormen. Ik besluit gelijk naar Galata te verhuizen. Zal moeilijk worden want er liggen twee jachten op letterlijk 15 meter van me.
Ik begin met de voorbereidingen en wacht dan tot de wind van noord op oost draait, dus tot de zeebries sterker word dan de heersende wind. Haal dan ketting tot 10 meter, schoot de druil naar stuurboord en zit met de kijker te wachten tot de wind ook in Galata draait. Dat kun je zien aan de ankerende jachten aan de overkant van de binnenzee. Als ik merk dat de jachten daar draaien in de wind haal ik met onze uiterst sterke maar trage hand ankerlier de laatste 10 meter ketting, bij 4 meter breekt het anker uit en valt de boot over stuurboord weg, deinst ook achteruit want ik kan niet voorbij buur 1. Ik let erg goed op terwijl ik de laatste paar meter binnenhaal, op een meter of 10 van buur 2 rol ik de kluiver uit van op het voordek, trek met de hand de schoot naar loef tot voorbij het midden, zo dat het zeil de boeg wegdrukt met minimale voortgang, pas als ik zie dat ik voorbij buur 1 kan laat ik de kluiver trekken. en daar gaan we. Ik slalom tussen de geankerde jachten door, in het midden van de binnenzee is de wind zeer zwak (door de berg waarop Poros gebouwd is) en omdat ik hoor dat de Apollon ferry zijn motoren start geef ik een beetje onderstutting met het elektro motortje. Bij die grote ferry heeft een zeilbootje geen voorrang, die kan slechts rechtdoor. Ook bij Galata slalomen tussen de jachten door, bij velen vaar ik op een halve meter van hun fopspeen voorbij, slechts twee merken het, mijn bootje maakt geen lawaai. De rest van de dag is de zon versluierd, wel een beetje wind voor de twee windgeneratoren. Opnieuw optoppen van de lithium accu.
Die twee buren ankerden te dicht, dat komt omdat ons bootje erg “aaibaar” is. Ik zie het iedere dag, komt een jacht in de vrije ruimte tussen mij en een grote trimaran (25 ton) en wat doen ze, ze ankeren op 2/10e van de beschikbare ruimte, zeg maar 10 meter tot mijn bootje en 50 meter tot de grote. Ik zeil van mijn anker, het elektro motortje is te zwak om van stilstand in de wind te varen, bovendien ben ik solo, sta aan de ankerlier te winchen terwijl de boot aan de haal gaat.
Zelfs al bestond er een teken dat aangeeft dat het om een puur zeilboot gaat en dat die boot bovendien totaal anders reageert als de huidige jachten, geen mens zou dat teken opmerken. Laat staan je ruimte geven. De twee buren van deze morgen zullen mij volgende keer meer ruimte geven. Bij nr 1 ben ik letterlijk op een meter achter zijn spiegel langs gevaren, zijn opblaas bijboot daarbij een beetje samengedrukt. IIIIIIEEEPPPP. En 4 man stond er naar te kijken. Zal ik weer het onderwerp van gesprek zijn als deze avond happy hour gevierd word aan boord.