Niet echt bootspecifiek. Ik denk dat de Spirit 28 vrijwel hetzelfde spinakert als bijv. een Friendship 28 of een Albin Ballad. Koko zou de hoeken kunnen bekijken op de meetbrief om enigzins te kunnen zien wat de hoeken zijn bij light medium en heavy wind. Echter: hij heeft hier alleen iets aan bij vlak water, een niet draaiende wind, een constante wind en geen concurrenten om zich heen...
Met pompen kun je je Waarschip een windkracht eerder laten surfen en ook langer. Downwind kun je met harde wind zelfs meer diepte pakken door kortstondig binnen de wind (dat lees je goed) te varen. Dit laatste is op Koko 's boot niet echt van toepassing.
Iets wat op beide schepen van toepassing is is bijv. het verschil in lijschootbediening op vlak
water en golven. Stel je pakt een surfje, de schijnbare wind komt voorlijker in. Tegen de rug van de volgende golf rem je vervolgens, de schijnbare wind komt achterlijker in. De lijschoot zal respectievelijk aangehaald en gevierd moeten worden.
Je komt vervolgens in tal van verschillen. Het Waarschip is lichter te bedienen. Koko zal een aardige Schwarzenegger nodig hebben of een grinder erbij. Werkt de communicatie tussen die 2? Snapt de rest van het team het? Zodra 1 detail niet klopt ga je zachter varen en werkt het alleen maar tegen. Vervolgens kun je beter conventioneel bedienen.
Overigens zitten wij ook deels met hetzelfde probleem. Ik vaar met bemanning die 2/3 jaar geleden nog nooit gezeild had of nog nooit een wedstrijd gezeild had (bewuste keuze overigens). Zelfs in de bekende wedstrijden weet ik zeker dat het bovenstaande bij vrij veel boten niet in orde is.
Dus Harm: blij zijn dat je toch wel surft? Ja, dat waren wij ook toen het ons hielp vorig jaar een wedstrijd te winnen. Kan het beter? Absoluut. Volgt een mooie uitspraak van Fred Imhoff: het leven is te kort om goed te leren wedstrijdzeilen, het gaat om prioriteiten stellen. Prachtig.
De prioriteiten liggen bij ons om een voorbeeld te geven als volgt: 1 kruizen bij licht weer 2 basis boathandling 3 schakelen onder wisselende omstandigheden, met name grootzeiltrim (jibtrimmer is met 3 jaar zeilervaring zeer professioneel) 4 spinakeren op golven zoals hierboven enigzins aangegeven 5 professionele manoeuvres (roll tack, roll jybe, float en kiwi drop).
Prioriteit bij Koko zal anders zijn als bij ons Harm. De Spirit surft niet snel en zeker niet snel op het Eemmeer. De omstandigheden varieren daar enorm. Schakelen downwind en upwind zullen gevoelsmatig hoog op de lijst staan. Met een zondag basismanoeuvres (doen met alle respect vermoedelijk weinig concurrenten in die regio) valt waarschijnlijk veel winst te behalen. Dit laatste is overigens stap 1 in de eerder geroemde North-lectuur.
De genoemde 3 "Koko-prioriteiten" zijn enigzins natte vingerwerk omdat ik de situatie niet ken. Aan de andere kant: ik ken de situatie op het meer ernaast . Tussen '88 en '94 wonnen we de zomeravond (f#ck, ik begin op iemand te lijken). Waar Koko vermoedelijk het meeste aan heeft is een ervaren observator die het juiste prioriteitenlijstje opstelt.
En Koko rustig blijven hè. Zei iemand die pas sinds 2014 rustig is
Als je beter voorbereid bent geeft dit ook rust. Houd het leuk aan boord, dan blijft iedereen en krijg je routine. Met 1 ervaren persoon, de juiste prioriteiten en bereidheid tot een paar keer trainen kun je een hele stijle leercurve bewerkstelligen. Heb je het idee dat je blijft hangen? Schakel iemand in.