Welkom  

   

Mijn Menu  

   

What's Up  

za apr 05 @ 2:00PM -
Zeilersforum Wintermeeting 2025
   

Wedstrijd  

Geen evenementen
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
   
Welkom, Gasten

Onderwerp: VERHALEN VAN TOEN.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 12:14 #379092

  • Faran
  • Faran's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 14868
In mil. dienst gebruikten wij die glazen spuiten ook. Record spuiten was de naam, althans zo noemden ze die dingen. De naald moest je met je pink vasthouden.
Jeanneau Sun Odyssey 37

Gecertificeerd werkloos
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 13:38 #379118

  • Peper
  • Peper's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 3650
Er zijn twee soorten spuiten, ingedeeld naar het opzet stuk of conus voor de naald: Record (dunne conus) en Luer (dikke conus) daarnaast kun je ook nog de mogelijkheid hebben om de naald te vergrendelen en dan wordt het woord 'lock' toegevoegd zoals in 'Luer-Lock'. Record spuiten waren meestal niet van een 'lock' voorzien en dan moest je de naald vasthouden, anders bleef de naald soms vastzitten in het 'doel'.
Mij verbaast het dat er geen disposable spuiten werden gebruikt. Die zijn in aanschaf goedkoper en het is veel hygiënischer dan reusable. Zelfs als ze al over de verloopdatum heen zijn. Anders breng je de 'groene roe' over op iemand anders.
Peper.
Volg mijn adviezen en raadgevingen NOOIT op!
Ik ben een 'misfit', een 'square peg in a round hole' en een 'wereldverbeteraar' van de ergste soort:
Eentje met een zeilboot en een elektrische buitenboordmotor.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 14:30 #379133

  • Albert 45
  • Albert 45's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 12601
Die spuiten waren waarschijnlijk bij de nieuwbouw van het schip, 1953, aangeschaft en natuurlijk nooit vervangen. Dat de naalden in de loop der jaren een stuk botter waren geworden, begreep ik door de uitroepen van pijn van de "levende dartborden", waardoor ik op mijn beurt de diepere wijsheid begreep van de Bijbelse uitdrukking, "Het is zaliger te geven dan te ontvangen." :whistle:
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 14:57 #379146

  • Peper
  • Peper's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 3650
Ja, dat verklaart het wel!
Volg mijn adviezen en raadgevingen NOOIT op!
Ik ben een 'misfit', een 'square peg in a round hole' en een 'wereldverbeteraar' van de ergste soort:
Eentje met een zeilboot en een elektrische buitenboordmotor.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 15:26 #379163

Albert, hoe was het boekenbal? Schrijf jij volgend jaar het boekenweek geschenk. Zou best wel een hit kunnen worden ;)
Schippert niet meer met de Windfall
Laatst bewerkt: 16 mrt 2013 15:27 door Hurley Ruud.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 16 mrt 2013 19:16 #379229

  • Albert 45
  • Albert 45's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 12601
Ik naar het boekenbal? Ben bang dat ik dan op te veel tenen trap. ;)
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 21 mrt 2013 22:29 #381141

  • Albert 45
  • Albert 45's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 12601
Neut 40.



Afscheid en een ontmoeting.



Het is even na middernacht, wanneer die ouwe begint te geeuwen, zich uitrekt, opstaat en zegt: ‘Het was weer ouderwets gezellig maar het wordt tijd dat ik mijn nest opzoek. We – die ouwe, Fred, Manuel, Jesus, Mimi, Flip en ik - hebben buiten onder de kastanjes voor de Mira Mar Bar, gezellig in de zwoele avondlucht op ons gemak wat pilsjes achterover geslagen en tussendoor wat lekkere hapjes gegeten. Neut, die er ook bij is, heeft het - daar heb ik persoonlijk op toe gezien - bij cola gehouden. Alleen de hoofdstoker is er, omdat hij in de veronderstelling verkeerde dat we weer naar San Sebastian zouden gaan en hij destijds een partijtje vlugge seks in het veld toch niet zo wist te waarderen, niet bij. Die ouwe heeft gelijk, het wordt tijd om aanboord te gaan, het is straks weer vroeg dag. Ik sta ook op. ‘Hombres zullen we gaan?’ We wandelen naar de boot. Die ouwe en Neut gaan gelijk naar hun hut. Fred en ik willen eerst nog een bakkie doen en vinden de Opperfietsenmaker, met een verse kan pleur, in de messroom. Hij schuift zijn boek aan de kant, legt zijn leesbrilletje er bovenop en kijkt ons verbaasd aan. ‘Zijn jullie nu al terug, beviel het niet zo in San Sebastian?’ Met een onschuldig smoelwerk zeg ik: ‘San Sebastian? Hoe kom je daar nu weer bij, we hebben de hele avond bij de Mira Mar Bar doorgebracht, heel gezellig en zonder veel geld uit te geven.’ ‘Dat had je verdomme wel even kunnen zeggen, dan was ik ook meegegaan.’ Hij moest eens weten dat dát nu juist de reden is dat we hem niet hebben ingelicht. ‘Maar meester, ik dacht dat jij alleen mee wou als we juist wél naar San Sebastian zouden gaan, nou ja, volgende keer beter.’ Hij vermoedt wel maar weet niet zeker, dat ik hem in de maling neem. ‘Maar wees blij dat je er niet bij was, want wat die Neut nu weer uitvrat, niet normaal meer, wat jij Fred?’ Fred die nog niet weet waar dit naartoe gaat , knikt. ‘Ja, hij was weer lekker bezig.’ ‘Wat dan? Vertel!’ Ik pak, nagevolgd door Fred, een stoel. Flip en Mimi, die ook nog even zijn binnengekomen, ploffen neer op de bank en kijken me, net als de Hoofdstoker, nieuwsgierig aan. ‘We zaten daar in alle rust, met een pilsje, tapas en wat zachte achtergrondmuziek met elkaar te babbelen, toen het gebeurde.’ Ik pauzeer, haal de kan pleur naar me toe en schenk een mok in. ‘Nou? Ga verder!’ ‘Wel, het begon met die kat, nietwaar Anna?’ Mimi, die net als Fred in het duister tast, speelt het spelletje vlot mee en beaamt wat ik zeg. ‘Ja stuur, het begon met die kat.’ ‘Kat? Wat voor kat?’ ‘Wat voor kat, meester? Wel, het was een zwarte, met witte vlekken en een gescheurd linkeroor, of was het nou toch zijn rechter? Weet jij het nog, Anna?’ Mimi denkt even na. ‘Nee stuur volgens mij was het wel degelijk zijn linkeroor.’ ‘Weet je dat wel zeker? Ik sta een beetje te twijfelen en je moet het maar zeggen als ik me vergis maar volgens mij was het toch echt het rechteroor, want toen hij met zijn rug naar me toe stond en …’ ‘Wat kan mij dat oor van die klote kat verdommen, wat is er gebeurd!?’ ‘Klote kat meester? Nu je het zegt, die kat had inderdaad zijn kloten nog, dat heb ik duidelijk gezien toen hij op ooghoogte voorbij vloog maar dat was nog voordat de politie kwam, he Flip?’ ‘Ja, ver voor die tijd.’ Zegt Flip en kijkt me vragend aan. Die eerste heeft het niet meer. ‘Zit er nou godverdomme niet omheen te zeiken, zeg nu gewoon wat er gebeurd is!’ Ik sta op en speel de vermoorde onschuld. ‘Kijk meester als je zo begint zeg ik niets meer en ga naar mijn kooi, laat die tweede maar vertellen wat er gebeurd is.’ Fred werpt me een vuile blik toe en zegt: ‘Ik? Beter van niet stuur, ik zat er met mijn rug naartoe maar jij hebt het allemaal van het begin af aan gezien en kan het dus veel beter vertellen.’ ‘Nou goed dan, als die vetputbeheerder tenminste een beetje beleefd blijft en me niet steeds onderbreekt.’ Met moeite weet de vetpriester er uit te brengen. ‘Sorry stuur, ga asjeblieft verder.’ ‘Goed dan, waar waren we? O ja, bij die kat met dat gescheurde rechteroor, of was het nou toch het linker?’ De fietsenmaker, die al een beetje rood aanloopt, klemt zijn kaken op elkaar en zegt niets, maar “God hoort hem brommen”. ‘Nou ja, doet er ook niet toe. De kat, die met dat oor dus, bakende zijn territorium af tegen het linkerbeen van Neut, hoewel, het kan ook zijn dat het zijn …., - ik zie aan het smoel van die eerste dat er niet veel rek meer in zijn zelfbeheersing zit – maar goed, Neut springt overeind en geeft die kat, die met dat oor, een kolere schop. Nu weet jij, als werktuigkundige, alles af van dingen als, actie is gelijk aan rectie en dat soort zaken, dus zal het je niet verbazen dat dit het moment was dat die kat op ooghoogte voorbij vloog en ik duidelijk kon zien dat hij zijn kloten, de zelfde kloten waar jij daarnet al aan refereerde, keurig tegen het inregenen voor zijn hol had hangen.’ Ik neem op mijn gemak een slok pleur en vervolg: ‘Nu raad je van ze leven niet waar die kat terecht kwam, nou raad eens?’ ‘Weet ik veel, voor mijn part boven op het zonnescherm.’ Zegt de vetputtenist ongeduldig. ‘Wauw, ben jij helderziend of zo? Dat is precies waar die kat, die met dat oor dus, terecht kwam.’ ‘Ja vooruit en toen?’ Toen? Toen sprong die kat van het scherm, miauwde, zwaar beledigt, naar Neut en verdween, met zijn staart recht omhoog, in de bar.’ ‘Ja, maar wat gebeurde er toen?’ ‘Toen? Niets meer.’ ‘Ja wacht es effe en die smerissen dan, waar kwamen die dan voor?’ ‘Waar die smerissen voor kwamen? Ja zeg, voor mijn part voor een espresso of zo, hoe zou ík dat moeten weten?’

Vanmorgen om half tien waren we leeg en om tien uur zijn we vertrokken. We zijn in ballast onderweg naar Les Sables-d’Olonne, om daar mais te laden voor Rotjeknor. De matrozen zijn in het ruim bezig en ik zit met Fred in de messroom en ben bezig een lekker puddinkje weg te werken. Mimi komt terwijl ze haar handen aan haar schort droogt, even bij ons zitten. ‘Heeft het gesmaakt jongens?’ ‘Anna, het was weer heerlijk maar toch voel ik me zeer verdrietig.’ Mimi kijkt naar de grijns op mijn smoel en zegt: ‘Ja, ik zie het, het straalt er vanaf, lucht je hartje maar bij ons jochie, waarom ben jij zo verdrietig?’ ‘Wel sinds gisteravond lult onze 1e w.t.k. niet meer tegen me. Nu zou ik echt niet weten waarom maar het is net of hij een beetje boos op me is. Zelfs wanneer ik mijn rechter oor dubbelvouw en vriendelijk “Miauw” tegen hem zeg, kijkt hij me aan alsof hij me wel wurgen kan, snap je dat nou?’ ‘Nee stuur maar misschien moet je het eens met je linkeroor proberen?’ ‘Goed idee Anna, dat doe ik.’ Ik kijk op de messroomklok en sta op. ‘Ik ga die ouwe maar weer eens aflossen, de mazzel.’

Boven krijg ik iets van een déjà vu gevoel, wanneer die ouwe, die bij de radiozender hangt, mij een knipoog geeft en in de spreeksleutel zegt: ‘O ja Meier, hoeveel stander had je ook al weer in?’ En als antwoord krijgt. ‘Ach vent, sterf!’ ‘Hoi cap, waar zit die Zuiderzee ergens?’ ‘Op de Gironde, een paar uur voor Bordeaux, hij moet laden voor Santa Cruz, op Tenerife.’ ‘Echt waar? Dat reisje hadden ze aan ons moeten geven, ‘t is lekker stappen op Tenerife daar is altijd wel wat te versieren.’ ‘Niks te Teneriffen, naar Rotterdam moeten we. Eerst lossen en dan een dag of tien op de werf, ik wil eindelijk weer eens mijn vrouw van heel dichtbij in haar ogen kijken.’ ‘Alleen maar kijken cap?’ Hij grijnst. ‘Dat ga ik jou niet aan je snotkoker hangen, lelijke aap die je bent. Wat ga jij doen, ga je na de werf weer mee of maak je eerst al je verlofdagen op?’ ‘Dat laatste cap ik ga eerst eens een week of zeven zeilen en daarna, als u me tenminste nog niet zat bent, kom ik weer aanboord.’ ‘Zat? Ik ben je verdomme al járen zat maar nu ik net een beetje aan je begin te wennen, heb ik er geen trek in om weer een nieuwe eigenwijze snotneus te moeten temmen.’ ‘Nu u het zegt, ik heb in u altijd al iets van een dompteur gezien. Ik zie het al helemaal voor me, u met kapiteinspet en zweep, gekleed in een pantervelletje in de arena, samen met twaalf Bengaalse tijgers. Of heeft u, just to be save, toch liever witte konijntjes?’ Die ouwe zucht. ‘Wat zou ik nú graag even die zweep hanteren.’ Ik lach hem bemoedigend toe, loop naar de kaartentafel en pas vanaf de laatste positie af hoever het nog is naar Les Sables-d’Olonne. ‘Dat wordt morgenochtend een uur of halfelf.’ Die ouwe komt naast me staan. ‘Ja daar zal, zeker met dit rustige zeetje, niet veel aan mankeren. Ik heb de agent al aan de lijn gehad, ze beginnen zodra we voor de kant liggen en de ruimen zijn goedgekeurd.’ ‘Goed dat ik dat weet cap, kunt u nog even hier blijven? Dan ga ik even beneden kijken hoe ver ze zijn.’ ‘Als je maar opschiet, ik heb honger.’ Wanneer ik aan dek loop, komen net de matrozen het mangat uitgekropen. ‘Hoe staat het er voor hombres?’ Manuel zegt dat ze straks nog een uurtje met de dekwas aan de gang gaan en dan de graanschotten kunnen gaan zetten. ‘Goed, ik zal die tweede zeggen dat de dekwas af kan maar dat hij wel zachtjes blijft drainen op de vullingen. O ja, zet straks de hoeken open om te luchten, dan kan die handel nog een beetje drogen, ga nu eerst maar eten.’

s’ Morgens om kwart voor zes heb ik, behalve die ouwe, ook de heren matrozen uit hun vlooienbunker laten komen. ‘Hombres, ga eerst maar een bakkie doen ik kom zo bij jullie.’ Die ouwe komt boven met twee mokken pleur. ‘Verdomme stuur, woarom hest doe de man’n zo vraug al oet nest hoald? Da’s ja aalmoal overwaark, dat kost ja veuls te veul sinten.’ ‘Ja bedankt cap en u ook een hele goeiemorgen. Ik heb ze nu al gepord omdat we zo meteen gaan beginnen met het zetten van de graanschotten en die wil ik hebben staan voor we vastliggen, want als we vóór de middag kunnen beginnen met laden, hoop ik vandaag nog vol te komen en vanavond weer naar zee te gaan. En Cap dat doe ik alleen maar zodat u uw wichtje een dag eerder , van héél dichtbij, in de ogen kan kijken.’ ‘Vanavond al he? Hm, niet slecht stuur, niet slecht.’ ‘Dank u wel voor dit compliment Cap.’ ‘Compliment? Bist doe wel zuver?’ Toch wel cap, ik vaar nu al lang genoeg met jullie mollenbonen om te weten dat wanneer een Grunniger zegt “niet slecht” hij eigenlijk bedoelt “hartstikke goed”.

Wanneer we tien voor elf vastmaken bij de silo’s staat de controleur, samen met de agent, ons op de kaai op te wachten. Terwijl de agent met die ouwe in de salon verdwijnt, laat ik de mannen beginnen met opengooien en daal, na aan die 1e fietsenmaker te hebben gevraagd om te beginnen met ont ballasten, samen met de controleur, af in het ruim. Binnen tien minuten is het ruim bekeken en goedgekeurd. De Controleur loopt naar het kantoortje op de kaai en ik stap bij die ouwe binnen. Die staat net, naar oud Frans gebruik, handje te schudden met de agent. Wanneer de agent vertrokken is, kijkt die ouwe me vragend aan. ‘En, stuur?’ ‘Goedgekeurd natuurlijk, ze gaan meteen beginnen. Iets anders cap, wilt u zo vriendelijk zijn om bij het laden te blijven? Dan ga ik een uurtje of zes pitten.’ ‘Wat jij pitten? Niks daarvan, de enige die hier gaat pitten ben ik, straks, na het eten.’ ‘Beste gezagvoerder, mag ik u er op wijzen dat ik al vanaf middernacht op mijn pootjes sta? Volgens de controleur zijn ze pas vanavond om een uur of acht klaar zijn, waarna wij nog moeten opzakken en zeeklaarmaken, dus voor tien uur vertrekken we zeker niet. Dat houdt in dat het voor mij de moeite niet meer is om mijn kooi in te duiken en ik dus een Chinese wacht van meer dan dertig uur draai.’ ‘O en dertig uur kan stuurman watje niet aan? Nou, in mijn tijd stonden we rustig achtenveertig uur op ons poten en gingen daarna nog vrolijk stappen ook.’ ‘Ja ja, de tijd van houten schepen en ijzeren mannen, die zich, tegen de sneeuwstorm in, op de riemen rond Kaap Hoorn worstelden. Die verhalen ken ik onderhand wel maar voor “veiligheid van schip en lading”, is het beter dat er straks geen inslaapgevallen stuurman boven staat dus cap, of u neemt vanmiddag voor me waar, of ik zoek vanavond een hotelletje in de stad om eens lekker het klokje rond te slapen.’ Hij kijkt me verbluft aan. ‘Jij verdomde ellendeling, je bent er nog toe in staat ook he?’ ‘Ja cap, dat ben ik, maar zuiver uit bezorgdheid voor schip, lading en opvarenden. Iets dat ik, indien nodig, graag voor de “groene tafel” zal herhalen.’ Die ouwe brult kwaad. ‘Da’s is ja pure chantage!’ Ik lach hem bemoedigend toe. ‘Dat klopt cap, pure chantage.’ Van buiten komt opeens het geluid van mais die door een stortpijp in het ruim stroomt. We kijken allebei naar buiten en zien de eerste stofwolken uit het ruim opstijgen. Die ouwe haalt een paar keer diep adem, laat zijn opgetrokken schouders zakken en zegt dan: ‘Je bent een schooier maar ik ken er een die nog erger was dan jij.’ ‘O ja, cap?’ ‘Ja zeker, die greep zijn ouwe en sloeg hem finaal knock-out.’ ‘Wie was dat cap, ken ik hem?’ ‘Nou en of je hem kent!’ Zegt die ouwe trots en wijst met zijn duim naar zijn borst. ‘Goed zeun, je kan gaan pitten maar kom eerst even mee om mijn instructies aan de voorman te vertalen.’ ‘Dank u cap. Maar die ouwe knock-out slaan he? Wat een fantastisch idee!’ Terwijl die ouwe voor me uit aandek stapt, steekt hij zonder om te kijken een grote Grunninger vuist op. ‘Any time zeun, any time.’

In het gangboord staat de voorman, met het bedieningskastje voor zich, in het ruim te kijken we gaan achter hem staan. Ik tik hem op zijn schouder en zeg dat het achterste deel van het ruim, tot aan het onderdeks, helemaal vol moet. Hij draait zijn hoofd naar links en kijkt me aan, het is dezelfde knaap van verleden keer. Blijkbaar herkent hij me niet, want hij schud van nee ‘dat doen we hier niet’ en kijkt weer voor zich. Dit antwoord behoeft geen vertaling. Nu is het die ouwe die hem, onzacht, met staalharde vingers op de schouder tikt. Boos in het Frans scheldend draait hij zich om en ziet het smoelwerk van die ouwe. Er gaat een schok van herkenning door hem heen. Die ouwe grijpt hem, net als toen, in zijn “Gerrit Jan de Tuinman broek” en trekt hem naar zich toe. Met zijn gezicht geen tien centimeter van dat van de voorman, zegt hij: ‘Oké Fransie?’ ‘Oké oké oké!’ Roept “Fransie” met een doodsbleek gezicht. Die ouwe draait de voorman weer met zijn gezicht naar het ruim en gaat naast hem staan en legt amicaal een arm om zijn schouder. ‘Ga maar pitten stuur, wij tweeën redden het hier wel, ik zal je om vijf uur laten porren, oké?’ Naast hem klinkt angstig. ‘Oké oké oké!’

Bij het schijnsel van het kompaslampje zet ik de twee mokken pleur op de bierviltjes die op de toonbank liggen. ‘Koffie cap?’ ‘Ik kom eraan.’ Die ouwe draait de dimmer van de lamp boven de kaartentafel op nul en komt het stuurhuis in. Zwijgend slurpen we onze koffie. Dan zegt die ouwe: ‘We hadden meer stroom tegen dan ik verwacht had, pas om kwart voor negen had ik Ouessant dwars. Dat vuurtje hier dwars is Île de Viérge. Let op dat je niet te ver naar binnen wordt gezet ik wil Guernsey minstens acht mijl aan stuurboord houden. Goeie wacht.’ ‘Komt voor elkaar cap, goeie wacht.’ Ik drink de laatste slok pleur, kijk goed om me heen naar mee, tegen en dwarsliggers. Nothing in the fucking road? Mooi, eerst maar eens een paar vuurtjes peilen. Wanneer ik tevreden ben over de nieuwe positie, pas ik ook nog even de afstand naar De Hoek van Holland af. Nog dik vierhonderd mijl, dat wordt dus overmorgen, in de vroege ochtend, aankomst Rotjeknor.

We zijn keurig door The Englisch Channel gekacheld en via Dover Street op de Haringvijver beland. Zes mijl achter ons laat Lichtschip Goeree zijn lichtbundel langs de horizon gaan en vooruit bij de Hoek wemelt het van de toplichten van schepen die van de Nieuwe Waterweg op of af stomen. Ik haal de stop uit de spreekbuis en blaas. ‘Ja wat mot je?’ ‘Nog drie mijl naar de loods cap,’ ‘Ik kom.’ Ik ga vlug even naar beneden om Jesus en Manuel te porren. ‘Manuel, de loodsladder aan stuurboord, er is koffie maar doe eerst die ladder.’ ‘Bom, steerman.’ Ik ga weer naar boven, kijk rond en geef de autopilot tien stuurboord om een of ander flierefluiter wat meer ruimte te geven en blaas in de lulpijp van de machinekamer. ‘Fred, we zijn over een kwartiertje bij de loods.’ ‘Ay, ik maak de rotzooi klaar om te manoeuvreren.’ Wanneer die ouwe boven komt met twee mokken pleur, ben ik net weer bezig om langzaam op koers te komen. ‘Morgen cap, ik heb al contact gehad met de loodsboot, of we lij willen maken over stuurboord.’ Ik zie, in het donker, beweging aan dek. Het zijn Manuel en Jesus die onderweg zijn naar het kabelgat om de loodsladder te halen. Ik doe dat deel van de dekverlichting dat niet naar het stuurhuis schijnt aan, zodat de mannen straks niet met loodsladder en al onderuitgaan. Intussen heeft die ouwe de telegraaf op halve kracht gezet en van autopilot overgeschakeld naar sturen met het knuppeltje. We naderen de wit en rood rond schijnende toplichten van de loodsboot. ‘Stuur, geef maar een roepie dat we er zijn.’ Ik roep de loodsboot op en zeg waar we ten opzichte van hen zitten. Op de loodsboot gaat de dekverlichting aan en zet het kraantje de loodsjol overboord. Wanneer de jol langszij komt, sta ik aandek om de loods welkom te heten. ‘Hombres trek de ladder maar omhoog en laat hem aandek liggen. Goeiemorgen Loods, loopt u mee?’

In de Waalhaven moeten we, met hulp van vletterlui, afmeren tussen een paar boeien. Nog voor zessen, komt er een sleepbootje met een graanelevator langszij. Hij ligt amper vast of er komt een spits bij hém langszij. De matrozen, die op de Nieuwe waterweg al losklaar hebben gemaakt mogen aftaaien. De elevator start de handel op en steekt een zuigmond in onze lading. Het gaat hard, wanneer de eerste spits vol is, ligt de volgende al te drijven, klaar om stuivertje te wisselen. In het voorruim komt een stukje buikdenning in zicht. Vanaf de elevator laten ze een mini-bobcat in het ruim zakken. Het kleine ding rijdt driftig heen en weer en haalt met zijn laadschop, bijgestaan door twee mannen met een schep, de hoeken leeg waar de zuigpijp niet bij kan. Kort na de middag zijn we leeg. De elevator wordt weggesleept en wij vertrekken richting Kapelle aan de IJssel. Nog voor vijf uur staan we daar, hoog en droog, op de dwarshelling van Scheepswerf Vuyk.

De volgende morgen na het ontbijt, wanneer het werfvolk bezit neemt van het schip, ruim ik mijn hut uit. De vuile was en nog wat andere spulletjes die ik tijdens mijn verlof niet aanboord wil laten liggen, prop ik in een plunjezak, de rest pak ik in een paar dozen en zet die, met mijn naam erop, in het magazijntje.

Nu komt het moeilijkste deel. Afscheid nemen van de mensen die ik na mijn verlof waarschijnlijk niet meer terug zal zien. Om te beginnen Neut. ‘Neut, ouwe gifmenger, die ouwe wil je na de werf niet meer meehebben, dus wordt het tijd dat je wat anders zoekt maar gefeliciteerd.’ Neut kijkt me stomverbaasd aan. ‘Huh???’ ‘Ja zeker, gefeliciteerd je hebt je eigen record gebroken. Je hebt nog nooit zo lang achtereen op één schip gezeten. Ik denk dat we elkaar nog wel een ergens ontmoeten, dan doen we samen een pilsje. Het beste!’ Van de oppervetpriester, die ook niet meer terugkomt, neem ik afscheid met ‘Meester, de mazzel en pas op voor laagvliegende katers met een gescheurd oor.’ Die ouwe, Jesus en Manuel zie ik over een kleine twee maanden weer terug. Ook Fred gaat na de werf weer mee maar nu als eerste en enige fietsenmaker. Hoe dat zit? Wel de overheid heeft de regeltjes veranderd in het voordeel van de reders, we krijgen de motor bediening op de brug en in de vetput wordt het smeersysteem zo aangepast dat de machinist zes op, zes af kan lopen en het, theoretisch, in zijn eentje afkan. Wel krijgt hij een paneel met mooie gekleurde lampjes en een luide zoemer in zijn hut. Ook mogen we straks met twee in plaats van met drie matrozen varen. ‘Zo Fred ouwe stapmaat, jij gaat nu voor het grote geld? Het is je van harte gegund. We zien elkaar weer na mijn verlof, tot dan.’ ‘Een goed verlof Albert en zorg dat je wel op déze prauw terugkomt.’ Van Manuel en Jesus neem ik, ook al is het maar tijdelijk, hartelijk afscheid. ‘O ja, Manuel, jij krijgt straks de sleutels van de kombuis en de storeroom want jij mag, zolang er nog geen nieuwe kanenbraaiër is, voor kok spelen. Wanneer ik wegloop, roept Jesus ‘Steerman!’ Ik draai me om. ‘Sim?’ Jesus doet alsof hij zijn jongeheer in de Engelse greep neemt, lacht breed en zegt: ‘Dieke loel tribier!’ ik schud mijn vuist. ‘Ha wacht maar, als ik weer terug ben mag je iedere dag de hele witte opbouw soppen, …. met een tandenborstel.’ Jesus en Manuel liggen krom van het lachen. Hasta la vista amigo’s. ‘Bye steerman.’ Nu nog even naar de kombuis, waar Mimi en Flip gezamenlijk de laatste afwas doen. ‘Flip kerel, je krijgt nu niet alleen de kans om wat te bereiken, je hebt je bovendien een pracht van een vrouw naast je staan die, Joost mag weten waarom, dol op je is. All the best!’ ‘Flip pakt mijn hand. ‘Stuurman, bedankt voor alles, op de schoppen voor mijn kont na dan, die had je mogen houden.’ ‘Nee Flip dat zie je verkeerd, dat waren lichte pedagogische terechtwijzingen die er aan mee hebben gewerkt een man van je te maken.’ Mimi komt voor me staan. ‘Stuur, als je mijn Flip ooit nog eens voor zijn kont durft te trappen krab ik je, heel pedagogisch, je ogen uit.’ ‘Kijk Flip dat bedoel ik nou, jij verdient eenvoudig weg zo’n vrouw niet.’ Ik steek mijn hand uit. ‘Anna meisje, het beste en let een beetje op die kwajongen.’ Ze negeert mijn hand, gaat op haar tenen staan en zoent me vol op de mond. ‘Stuurman, het was een fantastische reis, ik zal jou en de rest missen, gelukkig heb ik mijn lieve Flip nog, tot ziens.

Samen met die ouwe, stap ik bij de portiersloge in een taxi die ons naar Rotterdam centraal brengt. Daar in de hal nemen we afscheid. Hij gaat richting Groningen en ik reis via Amsterdam. ‘Wanneer gaat u weer aanboord Cap’ Morgen stuur, dan parkeer ik de jongens bij hun oma en ga samen met mijn vrouw in mijn auto weer naar Capelle. Een goed verlof zeun, ik ga naar mijn perron.’ ‘Wel thuis cap, doe uw wichtje de groeten.’ ‘Zal ik doen zeun, zal ik doen.’

Wanneer ik, na in Amsterdam te zijn over gestapt op de bus, in Purmereutel arriveer, wandel ik met mijn plunjezak over mijn schouder naar huis. Zoals gewoonlijk loop ik achterom en stap mijn moeders keuken binnen. De geur van warme appeltaart komt me tegemoet. Ik gooi mijn plunjezak in de gang en stap de kamer binnen. Hoi ma, ik heb een beetje was voor je opgespaard, het ligt in de gang. Mijn moeder vliegt me om mijn nek en smoort me zowat. Het duurt een tijdje voor ze me loslaat en zegt: ’Ga zitten jongen, dan schenk ik een bakkie voor je in en ik heb ook appeltaart voor je gebakken, je lust vast wel een flink stuk.’ Mijn oog valt op de Duitse buurvrouw die vol verbazing van mij naar mijn moeder kijkt. ‘Tag Ab, jou moeter hat gezagt, iek ga ein apfeltaart maken der Ab komt vandag thaus. Und iek hat dat nicht geloobt. Wie maakt zij das?’ Ik kijk daar al niet meer van op, maar inderdaad is het een heel klein beetje vreemd dat, hoelang ik ook weg blijf, of het nu acht dagen, acht weken of acht maanden is, mijn moeder altijd weet wanneer ik weer thuis kom. En nee, ze heeft geen telefoon en ook stuur ik nooit een telegram, zelfs schrijven doe ik nooit maar toch is er iedere keer appeltaart of boterkoek wanneer ik thuiskom. ‘Ha die buuf, dat komt omdat mijn moeder eigenlijk een zigeunerin is met een glazen bol maar niet verder vertellen hoor.’ Ze kijkt me even aan. ‘Ach joengen toch, jij neemt mij in de grap.’

’s Avonds komt mijn jongere broer Lex thuis. Omdat hij het, zoals gewoonlijk, even nodig heeft, laat ik hem alle hoeken van de kamer zien, net zo lang tot pa roept: ‘En nu ophouden of ik stoei ook even mee!’ Omdat pa, wat grote harde handen betreft, niet achteraan stond bij het uitdelen, maken we een eind aan de strijd. Onder het eten zegt Lex. Ga jij van het weekend nog zeilen?’ ‘Ja, ik ga eerst nog mijn vrienden opzoeken en wat dingen regelen maar van het weekend zit ik op mijn bootje, hoezo wou je mee?’ ‘Ja samen met mijn vriendin.’ ‘Ada? Die was toch bang voor boten die schuin gaan?’ ‘Je loopt achter grote broer. Sinds Ada heb ik er nog twee gehad, dit is nummer drie.’
‘Lex, broertje, ik weet niet of ik daar wel zin in heb. Jullie twee het hele weekend een beetje zitten te tortelduiven en ik mag daar, in mijn uppie tegenaan zitten kijken. Maar als die vlam van jou toevallig een leuke vriendin heeft ….’

Vrijdag avond zegt Lex: ‘Het is voor elkaar, een vriendin van haar gaat morgen mee, we kunnen om een uur of vijf aanboord zijn maar een ding, grote broer. Ze is net achttien geworden en nog niet veel gewend, zeker geen door de wol geverfde zeeman, dus hou je een beetje in.’

Zaterdagochtend ga ik met Pa naar Amsterdam Noord en vaar samen met hem, mijn Trotter Pandora naar en door de Oranjesluizen. We zeilen het Buiten IJ af en maken een rondje Pampus. Halverwege de middag zetten we weer koers naar het Buiten IJ en meren af in de jachthaven van Schellingwou, net buiten de oranje sluizen. In het café op de dijk eten we een uitsmijter. Pa met een pilsje en ik met een bakkie pleur. Daarna stapt Pa op de bus en ga ik aanboord om mijn gasten op te wachten. Het duurt een tijdje maar eindelijk komt Lex, met twee meisjes in zijn kielzog, de steiger oplopen. Lex helpt zijn verkering aanboord en ik steek mijn hand uit naar een schoonheid van een meid, met prachtig lang rood haar en leuke sproetjes. Ik kijk in haar ogen en ben meteen verkocht. Ik zeg: ‘Welkom aanboord, ik ben Albert.’ Een beetje verlegen zegt ze zachtjes: ‘Hallo, ik ben Marjanne.




Appendix:

Hoewel ik Flip en Mimi nooit meer gezien heb, bleef ik ze, via het “Kustvaart-breikransje”, volgen.
Die twee bleven onafscheidelijk. Toen Flip op school zat voor zijn stuurmanspapiertje, nam Mimi een baantje aan in een restaurant, waar ze al snel van de bediening naar de keuken verhuisde. Toen Flip zijn papiertje op zak had en voor het eerst als stuurman naar zee ging, monsterde Mimi op dezelfde schuit aan als kok. Een jaar of wat later ging Flip naar school voor zijn aanvulling en weer werkte Mimi in een restaurant maar nu als Chef-kok. Nog voor zijn dertigste voer Flip als kapitein. Het spreekt voor zich, dat op elk schip waar hij op voer, een zekere Anna uit Zonnemaire meeging als kanenbraaister.

Flip en Anna, behouden vaart!

Albert.

Einde
Laatst bewerkt: 22 mrt 2013 09:56 door Albert 45.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 21 mrt 2013 22:44 #381144

  • Delphi32
  • Delphi32's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 17794
Ik ben sprakeloos. Wat een fantastische reeks en een schitterend einde. Super.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 21 mrt 2013 23:06 #381145

  • Azimuth!
  • Azimuth!'s Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 555
Ik zou gaan slapen, tot ik een nieuwe neut zag, die moest natuurlijk eerst gelezen worden, en terecht, een prachtverhaal en een prachteinde van een geweldige reeks. Een groot dankjewel en een diepe buiging.

Kort samengevat, niet slecht, Albert.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 05:25 #381150

  • Koezt
  • Koezt's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 8149
Albert, alle 40 delen Neut heb ik met veel plezier gelezen. Wat kun jij goed vertellen!
Dit laatste deel is wat mij betreft wel 1 van de beste.

Ik hoop dat je nog veel verhalen wilt delen.
Dehler Duetta 94 - Koezt
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 05:38 #381152

  • Baines
  • Baines's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker is geblokkeerd
  • Berichten: 4777
Meesterstuk.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 05:57 #381154

  • Toxiq
  • Toxiq's Profielfoto
Een hele bos veren, maar alleen als er snel een nieuw verhaal komt ;-)
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 06:25 #381160

  • Anjo
  • Anjo's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 12549
DANK.


Maar wat moeten wij nu?

Weet niet of ik zonder dit soort vertelsels door kan hier hoor.
Stuurman aan wal ;-)
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:22 #381169

  • sy helios
  • sy helios's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 13801
beste Albert
mag ik u bedanken voor deze geweldige story.
Hoewel ik me vrijdagochtend altijd voorneem zsm naar Lelykstad te kachelen om te klussen enzo, kan ik het telkens niet nalaten eerst de avonturen van klaine Albert te lezen.

PS een schitterend einde.

groet
Hans
Helios is de zonnegod, Zoon van het Titanenpaar Hyperion en Theia, broer van Selene (Maan) en Eos (dageraad). Met zijn zonnewagen rijst hij bij dageraad op uit de Okeanos, rijdt langs de hemelkoepel en verdwijnt `s avonds in het westen weer in de oceaan.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:32 #381172

  • Sprokkie
  • Sprokkie's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 3326
geweldig, bedankt albert.
Mooi einde van een fantastisch verhaal.
Mensen zeggen wel eens dat ik troep verzamel; ik noem mezelf liever een industrieel-amateur-archeoloog die probeert waardevolle artefacten te behouden.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:37 #381176

Wat een fantastisch verhaal! Alle delen met veel plezier gelezen, en dan ook nog een ontroerend einde.
Komt er volgende winter een vervolg? Wil eigenlijk wel weten hoe het nu verder gegaan is met die Albert en Marjanne :-)

Ga eerst maar eens lekker zeilen als het een keer lente wordt, en heel hartelijk bedankt voor het delen van je belevenissen.

Stefan
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:45 #381178

  • Jutter
  • Jutter's Profielfoto
  • aanwezig
  • Gebruiker
  • Berichten: 6155
Albert, in een woord GEWELDIG! :)
Dansen aan zee. Aan de kust, de Zeeuwse kust. Met een Schouw, LM 23 comfort,
Fellowship 27, Rana 17 Fisk, Drascombe longboat cruiser, Beekman Alfa Fish 540, Super Daimio, LM 30, Beneteau Antares 760.
www.wvarne.nl/, www.vnzblankenberge.be/, www.vbc-deurloo.nl
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:52 #381179

  • Pjetrow
  • Pjetrow's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 1863
Albert, wat prachtig! Ik heb er van genoten, en wat een mooi einde. Gelukkig is het Zeebeest nog niet thuis, dus we kunnen nog even van je verhalen genieten.

Pieter
Laatst bewerkt: 22 mrt 2013 07:52 door Pjetrow.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 07:59 #381181

  • Faran
  • Faran's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 14868
Albert, wat een mooie afsluiting van een fantastische serie verhalen! Heel veel dank voor je inspanning en het delen.
Jeanneau Sun Odyssey 37

Gecertificeerd werkloos
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 08:00 #381182

  • Peper
  • Peper's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 3650
Kippenvel en tranen in de ogen! Goede, leesbare stijl. Ik heb het eerder beweerd: een nieuwe Jan den Hartog!
Groeten, Peper.
Volg mijn adviezen en raadgevingen NOOIT op!
Ik ben een 'misfit', een 'square peg in a round hole' en een 'wereldverbeteraar' van de ergste soort:
Eentje met een zeilboot en een elektrische buitenboordmotor.
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 08:12 #381184

  • Maxh
  • Maxh's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 82
Dat allerlaatste woordje bevalt me niks......

Geweldig Albert, ik kijk uit naar de volgende reeks.....
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 08:19 #381185

  • wybeslot
  • wybeslot's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 3852
Hé Albert,

bedankt voor al je mooie verhalen. Dat heeft ons mooi door de winter geholpen :woohoo:

maar...
De winter is nog niet afgelopen :S
Efsix 1100 - Red Baron
Ligplaats Giesbeek
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 08:37 #381193

  • jerry
  • jerry's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 7044
Albert, bedankt voor je mooie verhaal. Je hebt je roeping als schrijver gemist.
Jerry
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 08:38 #381194

  • Minim
  • Minim's Profielfoto
  • Offline
  • Gebruiker
  • Berichten: 714
Ik heb er niets aan toe te voegen, Albert, dan Dank! Geweldig.
Groet, Ambro
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.

Re: VERHALEN VAN TOEN. 22 mrt 2013 09:16 #381210

Bedankt Albert,
Dat was niet slecht. Het was altijd weer een hoogtepunt van de vrijdag.
Ben benieuwd of er nog een vervolg komt.

Gerard
Alleen ingelogde leden kunnen reageren.
Tijd voor maken pagina: 0.322 seconden
Gemaakt door Kunena
   
   
   
   
© Zeilersforum.nl