Eeuwige liefde? Ja, zoiets klinkt bekend. Ik denk dat ik al 30 was voordat ik met zeilen in contact kwam. Nochtans al heel mijn leven gedroomd om te leren zeilen, maar om de een of andere reden kwam het er niet van. Kom dan ook niet uit een zeilersfamilie. Eerder het tegenovergestelde: bergen, ja, maar de zee op? Ben je gek?
Niet gehinderd door enige kennis of ervaring kocht ik op een dag mijn eerste boot: een Vaurien! Schattig klein open bootje, uit de jaren ’60, van hout. De houten mast was ooit vervangen door een aluminium exemplaar zodat een houten blokje nodig was of haar vast te zetten. Er zat een trailertje bij dus ik kon meteen op weg. Mijn lief meegekregen op de maidentrip: Veerse Meer, bij De Piet erin.
Er was heel veel volk dus aanschuiven bij de helling. We werden beetje per beetje wat nerveuzer, want ervaring met een trailer hadden we ook niet. Hoe kunnen wij tussen al die manoeuvrerende auto’s met trailer de boot in het water krijgen? Het is gelukt. Hoe? Dat weet ik niet meer, maar aan het steeds toenemende aantal toeschouwers te oordelen op een best wel originele manier.
Het volgende probleem dient zich aan: wegzeilen van de kant als de wind recht naar de kant staat. Een wakkere motorboot doorziet ons probleem direct: beginners, armetierig zeilbootje, wind op de kant… hier is hulp nodig! De brave man heeft een elektrisch motortje achterop hangen: hij biedt ons een sleepje aan. Terwijl wij afwachtend het lijntje vasthouden (toen noemden wij dat nog een touw) probeert hij van de steiger weg te varen. Na amper een meter varen blijkt er wat mis te zijn, buigt over zijn elektrische pruttel, trekt de boel even op en wordt zichtbaar zenuwachtig. Met een eenvoudig: “Ja, zeg, dat gaat hier niet!” maakt hij het lijntje los, geeft gas en laat ons moederziel alleen afdrijven. Van verbazing weten wij gedurende enkele tellen niet wat zeggen of doen.
Ik weet niet of jullie bekend zijn met de helling aan De Piet. Achter de helling loopt het Veerse Meer daar over in een soort smal kanaal. Probleem is dat er over dit kanaal een lage brug loopt en die kwam verrassend snel dichterbij. Met de moed der wanhoop trekken wij het grootzeil omhoog en slaan de fok aan, maar ja, voor opkruisen was geen plaats en nog minder kennis aanwezig, dus binnen enkele tellen hangen wij met onze verstaging in de verschansing van de brug. Roeispanen hadden we niet. We hingen daar goed…
Een stel wakkere jongens in een opblaasbaar bootje met motor kwam vragen of we enige hulp konden gebruiken. Een sleepje weg van de brug zou fijn zijn, ja. Zo geregeld: lijntje overgegooid en weg waren ze. Het veel te dunne lijntje sneed elke bloedvat in mijn handen af en de Vaurien haalde een topsnelheid die ze waarschijnlijk in haar verdere carrière nooit zou verbreken. De helling van De Piet kwam voorbij en ik zag een van de jongens zijn duim omhoog steken. Foutief dacht ik dat hij vroeg of het goed ging en knikte van ja. Meteen daarna liet hij het lijntje los en voer weg!
Een kleine vloek kon ik echt niet onderdrukken, maar profiterend van de restsnelheid bracht ik het bootje in een hoek waarvan ik dacht dat die wegzeilen mogelijk maakte. Aanvankelijk leek het goed te gaan! Maar dan komt het moment dat de oever nadert en je dus overstag moet. Op goed geluk duwde ik de helmstok een kant op en warempel het lukte! Zo fier als een gieter, het grootzeil dichttrekkend, zoefden we voort en boorden amper 50 meter verder ons zwaard in de grond.
Ik ben nog verschillende keren moeten uitstappen om diep wadend het bootje in de goede richting te duwen. Maar dan was het moment daar dat de neus eindelijk in de goede richting wees, de oever ver genoeg wegbleef en ik ook eens in de boot mocht blijven zitten.
Het moment dat het grote genieten begon! Wat waren we fier op het bootje. En onszelf. Het water werd van de bodem geschept met een afgesneden bus wasverzachter en nu we de ruimte hadden haalde ik mijn kennis uit de boekskes boven om de zeilmanoeuvres te oefenen.
Een gijp resulteerde bijna in kenteren en enkel een luid: “Laat dat touw los!” naar mijn lief heeft ons gered. Gelukkig heb ik niet “schoot” geroepen, want dan zou ik in de rapte nog hebben moeten uitleggen wat dat precies was.
We schepten het water nog een keer uit de boot. Ach, het was lekker weer. Stevig windje, dat wel.
“He! Wat staat er op die plakkaat?”
“Weet niet, iets te ver om te kunnen lezen. Zal er even naartoe sturen.”
Een luide bonk, neus hoog richting hemel: “Opgelet! Grindrug!” stond er duidelijk leesbaar op.
Nog maar eens te water om het bootje vlot te krijgen…
We schepten het water opnieuw uit de boot. Nu al? Dat is precies zo snel? Komt het langs de looskleppen? Nee, die zitten goed dicht. Het komt gewoon door de bodem heen! We maken water! Naast de zwaardkast, aan beide kanten, zaten zwarte plekken in het hout. Later zou ik leren dat dit de kleur van rot hout is...
We hadden geen luchtzakken. Zou een houten Vaurien blijven drijven? Toch maar niet proberen. Richting kant dus, wat gemakkelijk ging met de wind recht van achter. Even leek het nog of we de helling gewoon zouden voorbij schieten, maar een snelle zwieper voorkwam dit. Wel was ons dek te laag om tegen de steiger te kunnen leunen, waardoor we er ongeveer half onder zaten.
Met de boot terug op de trailer, wat ook niet geheel onopgemerkt gebeurde, bleek de omvang van de rotte plek: de verf kwam daar zelfs gewoon los.
Met houtreparaties had ik geen ervaring. Polyester zou wel lukken. Op een warme dag schuurden we de hele Vaurien kaal en legden er twee lagen glasmatten over. Achteraf gezien veel te veel , maar nu is ze zeker bullet proof. De houten bovenkant kreeg meerdere lagen hoogglans vernis.
We kochten nadien luchtzakken voor je weet maar nooit, gooiden een tent en andere spullen in de punt en vertrokken voor een paar dagen zeilen en kamperen naar het Veerse Meer. Overheerlijk! Op het einde van een intense zeildag legden we ons bootje bij de “grote jongens” aan een steiger en genoten van ‘ons eiland’.
Momenteel ligt de Vaurien ergens in een schuur stof te vergaren. Nu onze grote verkocht is wordt het misschien tijd om de bejaarde meid nog eens wind in de zeilen te laten voelen!