De enige actie die je moet nemen is dit sommetje maken:
Max cel 3,5 bij Max ongelijk 0,3V
Dan max V voor je oplader: 3,5 + 3x 3,2 = 3,5 + 9,6 = 13,1V
Accepteer je 3,6V dan kan je laden tot 13,5V
Wil je met max 13,6V laden met fictief 4 gelijke cellen op 3,4V dan moet je onbalans bij ma 3,5V met de andere cellen dus beperkt blijven tot:
(13,6-3,5)/3 = 3,37V dwz de onbalans beperken tot 0,13V
Accepteer je 3,6V dan blijft er voor de overige cellen 3,33V een onbalans van 0,23V
Zet je hem op 13,8V dan krijg bij volledige balans 3,45V en bij max 3,6V krijgen de andere 3 3,4V
Kortom, bij een grotere onbalans en toch een veilige maxV op die ene cel leidt tot minder vol.
Uit deze sommetjes zie je de reden waarom de één jaarlijks top balanceert en de ander een balanceer bordje of systeempje gebruikt.
Maar het laat ook zien waarom aan het einde van het laden de lader uit moet. Want doorladen op 3,5V of 3,6V is niet goed.
Daar de laadcycli per cel reproduceerbaar zijn, maar per cel wel verschillend kan je zelf het punt kiezen waar ze steeds op terug moeten komen: top of bottom balanceren. Vanwege de stijle karakteristiek aan de einden. Balanceren in het midden leidt niet tot balans.
Laad je per cel dan heb je die zorg niet, maar dan moet je de cellen zelf opbouwen en je eigen lader bouwen en laad je alle cellen apart met 3,4V
Wat doe ik:
Ik laad niet meer onbeheerd tot vol. Als ik van boord ga gaat de lader er af.
Moet de accu eens helemaal vol voor een lange trip dan controleer ik de onbalans als deze helemaal vol is en net van de lader komt. Bij “gewoon” laden tot niet-helemaal-vol kijk ik nergens naar.
Net zoals je niet altijd je olie etc controleert maar af en toe wel.