Wij hebben een bootje met een lange grote kiel. 10 M² lateraalvlak. Bovendien gebruik ik een manuele ankerlier en doe altijd alles solo, ook al is mijn vrouw aan boord. Ik denk altijd dat als ik zelf een manoeuvre vermazzel er niemand schuld heeft (!!!), helpt mijn vrouw(tje) dan is dat anders en ik wil geen heibel.
Dat achteruit varen met een langkieler heb ik na 35 jaar wel onder de knie, het probleem is die ankerlier. Dat is een Simpson Laurens Seatiger die ik een beetje gewijzigd heb. Zo is het nestenwiel kleiner als oorspronkelijk, is daardoor trager maar heeft nog meer kracht. Dat ding kan 400 kg tillen als ik de één meter lange hefboom gebruik in laagste gang. Anker vallen doe je door eerst (vooraf) een grote moer los te zetten die het nestenwiel op de as blokkeert, dan houd een pal het nestenwiel. Ook die pal heb ik veranderd, ik heb de pal van “vingerbediend” naar voetbediend gewijzigd, een trap met mijn voet op die 30 cm lange hefboom ontkoppelt en dan raast het anker naar beneden. Vrijval, dus heb je genoeg ketting moet je remmen door die grote moer weer aan te draaien. Kan link zijn, daarom geen vrouw aan die ankerlier.
Ik kan als ik dat zou willen de pal uit het nestenwiel wippen met een lijntje dat ik naar achter bij het stuurwiel leg. Dan raast echter alle ketting naar de bodem, is dus ook geen oplossing.
Bij weinig zijwind of stroming kan ik achteruit varen in de open plaats aan de kade, anker laten vallen met 10 meter te weinig ketting, weer naar achter, motor in z´n gang op heeel langzaam achteruit, dan weer naar voor om langzaam meer ketting te geven terwijl de boot zich tot tegen de kade trekt. Heb het vaak genoeg gedaan, is ervaring. 35 jaar zowat dagelijks varen met dezelfde boot.
Honderd keer makkelijker is vooruit de kade aan te varen, het grote Viking anker bij de spiegel te laten vallen door aan een hefboom naast het stuurwiel te trekken (ikke patent) Dat anker valt op de goede manier, neemt 10 meter RVS 8mm ketting mee en dan vingerdikke gevlochten polyester lijn. Die zit 60 meter lang op een rol, rolt vanzelf af. De lijn leg ik vooraf tegendraads om een schootlier in de kuip. Zet de diesel in z´n vooruit en kan met twee vingers aan de lijn de boot eerst het anker in de grond laten trekken en dan door de ankerlijn te vieren de boegspriet tot op centimeters van de kade brengen. Lijn beleggen, naar voor lopen, over de boegspriet met landlijnen, die beleggen, terug aan boord en de motor uit z´n werk zetten. Klaar.
Ik ga dan altijd beheerst door lijntje trekken 3 meter van de kade weg, kwestie van ratten en kakkerlakken, ga iedere keer met de bijboot aan land of trek even de boegspriet tot de kade.
Sedert ik elektrisch vaar en slechts één pk ter beschikking heb heb ik geen kades meer aangelopen.
Ik anker onder zeil. Is nog makkelijker en aan de kade is het momenteel 55°. Toch, één keer, ik wilde iemand aan boord nemen die gewoon te zwaar is voor dinghy´s. Het was winter, de hele drijvende stijger vrij, ik kon langszij gaan. Bijna ging het fout, dat één pk trolling motortje brengt de boot tot pakweg 2 knopen, het stil leggen van de boot is echter zowat niet te doen. Onze 8 ton bleef vooruit gaan. Volgende keer leg ik onze stopzak klaar, die is ¾ meter diameter en anderhalve meter lang, die zal helpen remmen.