Parallel waren we druk bezig de tocht zelf voor te bereiden. Kaarten konden grotendeels geleend worden van Roberth van het forum, nog bedankt daarvoor! Daarnaast moest de oude boot leeggehaald worden, er was wel wat uitrusting aan boord van de Dutch Rose, maar lang niet genoeg om 450 mijl mee over Atlantische Oceaan en Noordzee te varen. Dat bracht het volgende probleem aan het licht: hoe krijg je al die spullen mee als je naar Cornwall reist? Mijn echtgenoot bracht de perfecte oplossing: gezin heeft een cottage gehuurd voor de herfstvakantie, vlak bij Falmouth waar Dutch Rose ligt. We rijden met de auto met gezin en spullen heen, zij blijven daar vakantie houden en mijn broer en ik zeilen terug.
Bij de voorbereiding hoort ook een checklist. Je gaat met een nieuwe boot niet zo’n tocht maken zonder die boot uitgebreid door te lopen.
Uiteindelijk levert nadenken en lezen een lijst op van wel 100 punten waarop de boot gecontroleerd wordt. We hebben de hele zondag om dat te doen, wel hopen dat we niets tegenkomen dat tot vertraging leidt, want de weerberichten geven aan dat we met maandagochtend afvaren goed uitkomen: we kunnen dan in anderhalve dag varen tot Brighton komen, de laatste goed aanloopbare haven voor het nauw van Calais. Die nacht gaat het dan stormen en woensdagochtend kunnen we dan verder het kanaal door en richting Den Helder. Kon je die weerberichten maar vertrouwen…
Zondagochtend staat we dan voor de nieuwe boot, samen met David de makelaar. De Dutch Rose is een Victoire 34 uit 1976. Een mooie boot (ja, vinden wij dan!), zeer degelijk, behoorlijk compleet uitgerust met een bijna nieuwe motor. Romp ziet er erg net uit voor deze dame op leeftijd, nog het oorspronkelijke witte polyester met alleen wat gele aanslag. Dek is ook nog netjes maar de kajuit moet wel een beurt hebben, op het polyester is verf gesmeerd, maar niet netjes, korrelig en variërend van kleur. Dat wordt werk aan de winkel. In de kajuit is de boot nog ontzettend netjes, alleen de kajuitvloer mag wel eens gelakt worden. De binnenruimte is –geredeneerd vanuit onze Friendship 28- gigantisch, een goed vooruitzicht om hiermee op pad te gaan. Het sturen gaat met een stuurwiel, dan gaat wennen worden!
De overdracht gaat in de vorm van een… checklist! Romp? Check! Motor?
Even kijken, ja, hij ligt er nog in, check! En zo door. Alles is natuurlijk keurig zoals afgesproken. Met een half uur kunnen we daarom de koop afronden met het overdrachtsdocument en is de boot echt van ons!
Het klussen kan beginnen. Dolf gaat de checklist aflopen, ik ga de plotter inbouwen, de AIS aansluiten, de aanwezige boordapparatuur checken enzovoort. Na een dag zo bezig zijn we ’s avonds nog niet helemaal klaar, maar wel voldoende om het sein op groen te zetten voor maandagochtend. We vieren dit met uit eten bij Fish en Chips bij Rick Stein’s, schijnbaar een beroemde TV kok in Engeland, die zowaar in Falmouth is neergestreken! Nou, het was lekker!
Maandagochtend gaat de wekker om 7 uur. Dat voelt nog als uitslapen omdat de klok hier een uur later staat. En eerder opstaan is niet nodig, ik wil toch pas bij licht afvaren, onbekende boot enzo. Om 8 uur nemen we afscheid en koersen het zeegat uit. De weerberichten en grib files laten ons meteen in de steek, inplaats van een lekkere windkracht 4 mee is het zo ongeveer windstil dus de motor staat aan. En helaas heeft het veel meer gewaaid, dus de zee heeft een ruwe deining. We worden alle kanten op gegooid en binnen een uur voel ik me belabberd! Gelukig heeft Dolf hier geen last van, dus ik kan rustig binnen gaan liggen en ik weet dat ik liggend langzamerhand herstel van zeeziekte! Gelukkig geen problematische navigatie enz, dus mijn tijdelijke afwezigheid is wel ok.
(uit ervaring weet ik overigens dat als het nodig is, ik ook in deze staat uitstekend in staat ben te zeilen, navigeren etc).
Plotseling word ik wakker geroepen. Erik, aan dek komen, nu! Eenmaal boven zie ik wat er aan de hand is: dolfijnen, een hele school. Ze zwemmen wel een kwartier naast ons, spelend in ons zog en onze boeggolf.
Volgens mij hebben ze door dat ik wat vertier nodig had, want na deze intermezzo ben ik er weer helemaal! Dat geldt helaas niet voor de wind, die nog steeds verstek laat gaan. We motoren door en wisselen elkaar af met wachtlopen.
De wind steekt iets op, we besluiten de zeilen bij te zetten maar de motor ook aan te houden. Ik wil nameklijk voorkomen dat we de volgende dag te laat in Brighton aankomen, te laten zijnde – donker en – de storm is al opgekomen.
We eten ons avondeten en we krijgen de mooiste maansopgang die ik ooit gezien heb! Rood als een zonsopgang, maar de kleuren zijn zoveel zachter! Na nog een paar uur ik besluit maar eens de ogen dicht te doen.
Om drie uur ’s nachts gaat de motor uit,eindelijk kunnen we echt zeilen. Ik neem de wacht over en stuur de ochtend in. Ondertussen neem de (ruime) wind steeds verder toe. Het log staat ondertussen bijna continu boven de 8 knopen! In die toestand scheuren we verder, totdat we via de marifoon weerberichten horen. Er is voor allerlei gebieden stormwaarschuwing tot 8 en 9! We zeilen ondertussen bij het eiland Wight, maar zijn eigenlijk al te laat om de Solent in te varen, de stroom is strak mee, we kunnen eventueel wel om het eiland heen de Solent in, maar dan tegen de stroom in. Daar kan de stroom wel lopen!
Ondertussen zijn wij vertwijfeld of die waarschuwingen nu werkelijk ook over het gebied gaan tussen Wight en Brighton, de waarschuwingen zijn voor een hele lijst gebieden waarvan we sommige herkennen, in Ierland, Noordzee maar ook West Cornwall. Maar komt die storm ook zo snel naar het oosten? Geen idee. Uiteindelijk besluit ik om de kustwacht op te piepen en om nadere uitleg te vragen. Dat kost wat moeite, de dienstdoende wacht heeft gek genoeg niet het antwoord en we worden 3 keer doorgeschakeld. Tot slot krijgen we een glasheldere uitleg: de storm komt uit het westen en zal dinsdagavond pas Brighton bereiken, dus als we gewoon doorzeilen krijgen we flink wind maar geen storm. Wel draait het steeds verder naar het zuiden, we zullen dus bij Brighton op lager wal naar binnen moeten. Uiteindelijk besluiten we dit toch maar te doen, vooral omdat we uit verschillende bronnen hebben vernomen dat Brighton behalve met zuid-oosten storm goed aan te lopen is.
We varen verder, de golven worden hoger en we varen steeds meer halve wind. De boot begint loefgierig te worden en net als we denken er maar een rif in te zetten begint de stuurautomaat ontzettend te gieren. Ik schakel de automaat uit en we zetten eerst het rif. Als we daarna de automaat weer proberen in te schakelen doet deze niets meer behalve wat kleine geluidjes. Klote, dat wordt een lange tocht als we alles op het handje moeten sturen!
Met de boot schiet de dag voort en doordat we stroom mee hebben zijn de 50 mijl tot aan Brighton voorbij voordat we er erg in hebben. We strijken op volle zee op behoorlijke golven (3m) de zeilen en zetten op de motor koers naar het havenhoofd. Vlak bij het havenhoofd is de zee ontzettend wild en gooit ons meters heen en weer. Vlak achter het bakboord havenhoofd is de ingang, terwijl het stuurboord havenhoofd met strekdam pal op lagerwal ligt te beuken. Zaak dus om zo krap mogelijk langs het bakboord havenhoofd te scheuren, motor flink open en zodra we dat havenhoofd dwars hebben de boot omgooien en de haven en beschutting in sturen. 30 meter te laat reageren en we lopen op lagerwal… Uiteindelijk gaat het perfect, dit bootje kan wel wat hebben en het overtollige motorvermogen komt onder dit soort omstandigheden goed van pas! Veel eerder dan verwacht, om half drie, liggen we in Brighton Marina. De eerste helft (195 van de 425 mijl) zit erop en de boot presteert zoals verwacht ontzettend goed!
Brighton Marina is een kunstmatige haven die met strekdammen onder de krijtrotsen uit het water is ‘ getrokken’. Enorm groot, met langs de haven veel eettentjes en daarachter nog weer grote appartementen complexen met booteigenaren die aan alleen een boot niet genoeg hebben.
Wel ideaal voor ons, we kunnen zonder te reizen de chandler en de eettentjes bereiken. We laten het ons goed smaken!
’s Avonds bekijken we de net gedownloade grib files terwijl de wind om de boot giert, kracht 8! Gelukkig dat we binnen zijn! De files voorspellen rustiger weer morgenochtend. Wat gepuzzel levert op dat als we rond 10 uur vertrekken, we door het nauw van Calais stroom mee hebben die wel tot 4 knopen kan oplopen. Dat klinkt goed. We gaan slapen met een wekker om op tijd op en weg te gaan. Die nacht giert het om de boot en lijkt het inplaats van af alleen maar toe te nemen. Ook draait de wind nog wat, waardoor we half op lagerwal liggen te dreunen. Niet lekker, maar de stootwillen moeten het maar houden, met deze omstandigheden is verleggen vragen om moeilijkheden.
De volgende ochtend wordt ik voor de wekker wakker, steek mijn hoofd uit het luik en trek het gauw weer naar binnen. Storm en regen, de golven zijn buiten zo hoog dat ze tegen de strekdam om de haven heen opbeuken en de spray er overheen vliegt. Let wel, die dam is hoger dan onze mast, dus die golven… Meteen wordt de afvaart uitgestelt en het bed voor nog wat langer opgezocht.
Het uitstel geeft de mogelijkheid nog wat klusjes te doen en te checken hoe het weer zich ontwikkeld. Alle weerberichten die wel kunnen vinden geven aan dat het ’s avonds wel rustig wordt. De vooruitzichten op de Noordzee zijn zuidwest oplopend tot 5. Dat draait als we in de buurt van NL zijn volgens verwachting naar zuid, zodat we het laatste stuk op hogerwal af koersen. We babbelen nog even met de havenmeester, die ons aanraadt om een paar uur eerder te vertrekken. Door een lokale stroming kunnen we, als we onder de kust blijven, dan al stroom mee verwachten en die zal ons dan meenemen tot ver voorbij Dover.
We vertrekken om half zeven, in het donker. De omstandigheden zijn rustig, nog wel wat deining maar niet te gek en een ruime wind kracht 4.
We zeilen heerlijk langs de engelse kust, ontzettend mooi met al die lichtjes. Zo nu en dan een stuk helemaal donker waar de krijtrotsen uit de zee oprijzen en geen huizen staan. Na een tijdje komt de maan op boven een dal en gaat de volgende heuvel weer onder. Het is me nog niet eerder gebeurt dat ik in een uur tijd vijf keer de maan op zie komen! Na een paar uur varen komen we bij Beachy head, waar we het nauw van Calais inbuigen. Folkstone streks zich voor ons uit, een oneindige rij lichtjes. Wat hebben mensen toch tegen ’s nachts zeilen, dit is zo mooi…
De wind steekt nog iets meer op en draait nog verder naar achter. De fok begint vervelend te klapperen achter het grootzeil, maar wil op deze koers ook niet te loevert. Ik pruts wat met de enorme paal die op deze boot spinakerboom heet, maar in het donker laat ik die uiteindelijk toch maar liggen. Na een half uurtje klapperen rollen we de fok in: rust, maar wel een knoop minder. Gelukkig hebben we steeds stroom mee, niet die 4 knopen, maar wel 1 a 2, dus de voortgang is er wel. Gek genoeg is dit stuk van het nauw nog zo breed dat de drukte in de TSS niet op ons overkomt. Dat veranderd ter hoogte van Dover, waar de grote boten zo ongeveer file varen. Op het smalste gedeelte laat dat voor kleine scheepvaart een stukje over dat maar 3,5 mijl breed is!
We hebben de route zo uitgezet dat we richting de Noordzee aan de kant van Engeland blijven, zodat we niet de drukke TSS hoeven te kruisen.
Bijkomend voordeel is dat Belgie en Nederland lagerwal zijn, dus ook wel goed om daar wel te blijven. We varen dus door naar Noordhinder, waar we de koers iets verleggen richting Den Helder. Tot ongeveer 7 uur ’s ochtends blijft de stroom mee staan, dus zo ongeveer 12 uur stroom mee!
Als het licht wordt besluit ik de fok weer te zetten en de spinakerboom erbij om hem te loevert te zetten. Meteen daarna schiet de snelheid met een knoop omhoog, terwijl de boot ook nog rustiger ligt. De dag is grijs, maar gelukkig niet koud. De enige kou die we tot nu toe hebben gehad was bij het wegvaren ’s ochtends uit Falmouth. En dat terwijl we bang waren dat de kou onze grootste vijand zou zijn deze tocht!
De wind is ondertussen een volle kracht 5 en pal achter. De golven bouwen behoorlijk op. Gaandeweg de dag worden ze zo’n 3 meter, en wat ik niet verwacht had op de Noordzee, de golven zijn heel lang. Deze 34 voeter past er wel twee keer in, dus de golflengte is groter dan 20 meter. Dat zeilt wel lekker. (zie Youtube:
Wel zit richting de avond de zeilvoering me dwars. De voorspellingen via de marifoon geven nu kracht 6 zuidwest, en dan is fok te loevert + volledig grootzeil op zulke golven een beetje veel. Het zeilt nog best, maar om dat in het donker te veranderen lijkt me niet slim. We besluiten de fok in te rollen. Dat gaat wel, maar als je maar iets richting ruime wind gaan wordt de loefgierigheid te groot. Ik besluit dan toch maar het grootzeil te strijken. Dat blijkt een aardig gevecht waarbij de wind het zeil alle kanten opgooit terwijl ik bovenop de kajuit probeer de zeilbandjes er omheen te krijgen en de golven me 3 meter op en neer laten stuiteren. Als ik het al koud had is dat nu geheel voorbijJ Eenmaal op de fok loop de boot als een zonnetje, dus we gaan met vertrouwen de nacht in. Die nacht waait het continu windkracht 6. De golven worden steeds hoger, we schatten tot wel 4 meter. ’s Nachts zie je natuurlijk niet zoveel, maar zo nu en dan zie je een zwarte berg achterop lopen die je daarna oplicht en dan surf je er weer vanaf. Elke zoveel golven komt er een nog grotere die breekt als je er bovenop zit, je moet dan flink bijsturen om de boot op koers te houden.
Het tweede deel van de nacht kruipen we langzamerhand onder de Nederlandse kust en wordt het rustiger. Het grappige is dat de Nederlandse kustwacht een stormwaarschuwing kracht 6 afgeeft voor alle districten, terwijl wij denken: “ Goh, lekker rustig hier!” Alles is relatief zullen we maar zeggen.
Om 9 uur ’s ochtends lopen we een heiig Marsdiep op en krijgen we het plotseling koud! Kennelijk heeft de warme golfstroom ons goed warm gehouden en koelt het land ’s nachts veel sneller af. Met stroom mee (gelukje, want op deze afstanden plan je dat niet meer) stuiven we door richting Den Oever, terwijl we een ontbijtje nemen. In Den Oever schutten we snel, lekker rustig in deze tijd van het jaar. Dan het laatste stukje, oversteken naar Stavoren. Aan de wind, de waarschuwing is kracht 6 maar ik vind het geen rif waard en ga wel wat schuin maar met 7 knopen loopt het lekker. In krap anderhalf uur zijn we over, schutten en zetten koers naar de thuishaven. Middenin het Johan Willem Frisokanaal, notabene 1 van de hoofdvaarroutes van Friesland, loop ik vast met mijn 1,80 meter! Nog maar even doorgeven aan de autoriteiten, dit kan toch niet de bedoeling zijn. Een half uurtje later meren we af in onze nieuwe box.
Na 5 dagen zeilen onder diverse omstandigheden kijken we tevreden terug, dit smaakt naar meer, met deze boot gaan we nog veel plezier beleven!
Praat mee over deze trip op het forum!