Zodra koning winter zijn greep op Auxonne en omgeving even verslapt zakken we de Saône verder af. In St. Jean de Losne liggen we een meter van de kade af. We kunnen niet dichterbij komen, het is te ondiep. Onze stootplank, die onmisbaar was en is bij de vele sluizen, doet hier dienst als loopplank. Want naar de wal wil ik! De wasserette is hier namelijk 25 meter van onze meerplaats gelegen. De huisvrouw in me neemt direct de leiding: dit is echt de ideale plek om eens even alle vuile was weg te werken. Als die klus geklaard is mogen we weer verder.
Via Seurre op weg naar Chalon-sur-Saône. Op dit traject worden we voor het eerst getrakteerd op mist. In het dorp lijkt het mee te vallen, maar eenmaal onderweg is het zicht belabberd en na een half uurtje besluiten we terug te varen. Zonder radar, gedemonteerd vanwege de lage bruggen en tunnels op de kanalen, voelen we ons niet veilig.
De mist blijft ons plagen. In Chalon-sur-Saône vinden we dat geen probleem. De jachthaven is tegenover een Centre Commercial met op z'n zachtst gezegd een gigantische Carrefour. 'Perfect place to be' voor kerstinkopen en de aanschaf van een luchtontvochtiger die ons hopelijk blij gaat maken door heel veel vocht in de boot op te slurpen.
Als de zon haar gezicht weer laat zien worden we gelijk beloond met een mooie dag. Varen dus! En de radardome monteren. Helaas is het goede weer van korte duur, we ontwaken de volgende ochtend weer in dichte mist. En de volgende ochtend weer. Echter, vandaag lijkt de zon haar uiterste best te doen de mist te verdrijven. Samen met de Pools-Franse lotgenoten van SY Alinoé besluiten we te vertrekken. Met vier bemanningsleden, acht ogen en twee schepen die elkaar kunnen helpen in geval van nood moet het toch lukken?! Het is de juiste beslissing; het wordt een prachtige vaarmiddag die eindigt in Maçon. En ja hoor, we ontwaken 's ochtends weer in dichte mist. En de volgende ochtend weer. Als wij terug komen van de markt, helemaal in kerstsfeer, compleet met fazanten, eenden en zwijntjes voor het kerstdiner (die wij lekker hebben laten liggen...) heeft SY Alinoé besloten te vertrekken. De zon prikt heel voorzichtig door de mist heen. Wij willen ook heel graag verder, weg uit de vrieskou en de mist en we vinden het wel een mooie testcase om eens op de radar te moeten navigeren. We vertrekken een kwartiertje later. Dit blijkt echter een heel slecht plan. De mist wordt alleen maar dichter, we lijken in een Turks stoombad te varen, het zicht is nog geen 5 meter. Pas als we onder een brug zijn zien we tussen welke pilaren we mogen doorvaren, we turen naar betonningen en aanknopingspunten, ons oriëntatiegevoel lijkt ons compleet te hebben verlaten. Dit is geen doen. Waarom doen we dit? We brengen onszelf (en anderen?) in gevaar. En dat terwijl we alle tijd van de wereld hebben... Op het moment dat we besluiten bij de eerstvolgende halte Nautique aan te leggen meldt SY Alinoé via de marifoon dat zij dit ook van plan zijn.
Om de mist-stress kwijt te raken maken we een lange wandeling en doen we een, wat later blijkt, beste aankoop tot nu toe: een electrisch straalkacheltje van nog geen € 20,-. We kunnen behoorlijk vaak gebruik maken van walstroom en dit klein rode monstertje doet alle vochtprobleem verdwijnen als sneeuw voor de zon. In de namiddag borrelen we met Franse wijn, Poolse wodka en Nederlands bier en proosten we in drie talen op de goede afloop.
De mist op de Saône heeft ervoor gezorgd dat we bijna twee weken over het traject 'Saône' (245 km) hebben gedaan. Het is al bijna half december als we in Lyon arriveren. Lyon staat voor mij voor zon, Mediterraanse sferen en temperaturen. Het is indrukwekkend om deze wereldse stad binnen te varen. Het is ook koud... een kleine desillusie dus... Maar dat wordt ruimschoots goed gemaakt door de zuidelijke ambiance die de stad uitstraalt. Vanuit de marina, aan de rand van het centrum, fietsen we dik ingepakt de stad in. De prachtige straten, het oude centrum met de smalle straatjes en het Romeinse amfitheater. En als hoogtepunt de basiliek Notre-Dame de Fourvière, waar, naast heel veel marmer, letterlijk alles goud is wat er blinkt. Zelfs in kil Lyon is sightseeing groots. We sluiten de dag af in één van de voortreffelijke restaurants van Lyon, dat hebben we verdiend vinden we.
Kerst en Oudjaar zullen we met familie en vrienden in Nederland doorbrengen. We laten onze dame dan achter in de haven van Condrieu aan de Rhône. Op één of andere manier zijn we door verhalen van anderen een beetje huiverig voor de Rhône. En dan voornamelijk voor het snel stromen van deze regenrivier die vrij onvoorspelbaar schijnt te zijn. Al weken houden we het weer, en dan vooral de regenval, en de stroomsnelheid van de rivier via internet bij.
Als we bij Lyon de laatste hindernis voor onze aankomst op de Med opdraaien zijn we beiden een beetje gespannen. Maar het heeft de afgelopen weken nauwelijks geregend en de rivier stroomt rustig.
In Vienne leggen we aan langs de kade in het stadscentrum. Nergens anders tref je zoveel historische gebouwen en ruïnes aan, verweven in het dagelijkse stadsleven. Van een tempel tot een amfitheater en Romeinse opgravingen. Vienne is een bijzondere stad en meer dan de moeite waard.
We liggen er echter op een ontzettend vervelende plek. 'S nachts worden we meerdere malen gewekt als beroepsvaart op de rivier passeert. We blijven heen en weer gegooid worden en ik maak me zorgen of de mast wel op z'n plek zal blijven liggen. Dat maakt dat we na één nacht besluiten om onze 'vakantieplek' in Condrieu op te zoeken. Daar liggen we in een goed beschutte, veilige haven. Er zijn veel overwinteraars (of booteigenaren die er permanent wonen?) en de sociale controle is er groot. Het dorp is niet bijzonder, maar alles wat we nodig hebben is in de buurt. We besteden de tijd tot Kerst aan wandelingen door de wijngaarden van de Côte du Rhône.
We doen klusjes aan boord en als we onze huurauto hebben opgehaald bezoeken we het Palais Idéal in Hauterives. Een bizar en wonderlijk gebouw in de tuin van wijlen postbode Ferdinand Cheval. Hij verwezenlijkte zijn droomwereld tussen 1879 en 1912. Een surrealistisch paleis van schelpen, sintels, stenen en beton.
Na fantastische feestdagen in Nederland zijn we weer terug in Condrieu. De mistral waait en deze is ijzig koud. We kunnen niet wachten om onze reis voort te zetten, maar Meteo France zegt ons dagelijks dat we nog wat geduld moeten hebben. Elke ochtend bestuderen we het weer. Omdat de overnachtingsmogelijkheden op het Rhône-traject minder dicht bezaaid zijn (alhoewel overnachten bij iedere sluis tot de mogelijkheiden behoort maar niet onze favoriet is), puzzelen we of we in korte trajecten gebruik kunnen maken van ochtenden of middagen met enigszins goed weer. Het heeft ook in onze kerstvakantie niet geregend in Midden- en Zuid Frankrijk, de stroomsnelheid van de Rhône is nog steeds laag. Maar hoe wordt dit na de regen (en sneeuw) welke de komende dagen wordt verwacht? Daar willen we eigenlijk niet op wachten... Op maandagochtend zijn we er uit. We vertrekken! De puzzel is gelegd, de planning tot aan Port Saint Louis is rond. Nu nog hopen dat de Franse Piet Paulusma het bij het juiste end heeft.
De Rhône wordt breder en breder maar blijft ons vooralsnog goed gezind.
De Rhône wordt breder en breder maar blijft ons vooralsnog goed gezind.
Totdat Koen 's ochends bij de Halte Fluviale in Saint Vallier weg vaart. Ik ben druk met het opruimen van de meerlijnen en het verhangen van de fenders als voorbereiding op de volgende sluis. En dan liggen we met een enorme klap stil. Ik grijp de reling vast en kan nog net voorkomen dat ik voorover in de rivier duikel. De adrenaline giert door mijn lijf. Verschrikt kijk ik naar Koen. Hij kijkt zo mogelijk nog meer geschrokken terug. "Geen diesel in het water?" "Nee, ik zie zo direct niets." Onze dieselvoorraad zit in de kiel. De kiel ketste met flink geweld op de, wat later blijkt, stenen drempel onder water. De onderste 30 cm van de kiel bestaat voornamelijk uit lood, een diesel lekkage zal dus niet zo heel snel gebeuren, maar... Vooruit, achteruit, en nog eens, en nog eens, een hoop geschuur en gekraak over stenen en keien, maar we komen los. De aanvaar-route gisteren was diep genoeg, de afvaart-route duidelijk niet! Met toch nog wat schrik in de zeemansbenen varen we verder, stroomafwaarts naar Valence. De omgeving, het varen, het onderweg zijn, het zonnetje dat haar best voor ons probeert te doen en het fijne gezelschap maken dat de letterlijke en figuurlijke opschudding snel verdwijnt.
In Valence overnachten we aan de meest onromantische kade ever-seen. Het onkruid groeit er hoog, de muren zijn beklad met lelijke graffiti en het stinkt er naar pies. De snelweg Route Du Soleil ligt zowat naast de kade en 's nachts lijken de vrachtwagens en auto's naast mijn oor langs te razen. Maar... deze foeilellijke en luidruchtige plek ligt wel op steenworp afstand van het centrum met het voor ons zo belangrijke heerlijke Franse brood :-)
In Valence overnachten we aan de meest onromantische kade ever-seen. Het onkruid groeit er hoog, de muren zijn beklad met lelijke graffiti en het stinkt er naar pies. De snelweg Route Du Soleil ligt zowat naast de kade en 's nachts lijken de vrachtwagens en auto's naast mijn oor langs te razen. Maar... deze foeilellijke en luidruchtige plek ligt wel op steenworp afstand van het centrum met het voor ons zo belangrijke heerlijke Franse brood :-)
We hebben besloten om in de steden Montelimar en Avignon aan te leggen en deze te bezoeken. Arles gaan we vanuit Port Saint Louis doen. We zijn van plan daar nog een paar dagen een auto te huren om de omgeving te verkennen. Nimes, de Pont de Gard, de Camargue en de Gorges du Verdon staan al lange tijd op mijn verlanglijstje. Hier is Arles nu aan toegevoegd omdat er in deze stad blijkbaar geen goede aanlegmogelijkheden zijn.
Vandaag staat Montelimar op het program. Een reisgids geeft aan dat het middeleeuwse centrum van de stad de moeite waard is en dat je er struikelt over de befaamde nougat. Koen vindt een bezoek aan deze stad niet persé noodzakelijk, maar ik vind dat ik me nooit meer bij een snoepkraam op de kermis kan vertonen als ik niet met eigen ogen heb gezien waar die beroemde nougat vandaan komt. Niet dat ik zo'n zoetekauw ben, maar je kunt er toch niet zomaar voorbij varen!?
Het aanleggen in Montelimar blijkt een huzarenstukje. De van damwandprofiel voorziene, ruim vier meter hoge kade is niet echt bedoeld, of eigenlijk echt niet, voor pleziervaart. Na een heleboel geklauter en lijnen aan elkaar vastbinden omdat de bolders dertig meter uit elkaar staan, ligt de dame veilig en mooi in het blauwgroene water van de Rhône te deinen. Op dat moment komt juist een testcase voorbij. Of liever gezegd twee. Een vrachtschip stroomopwaarts en één stroomafwaarts passeren. We wachten de zuiging en vervolgens de golven, veroorzaakt door de schepen, af. De HM deint, de lijnen houden haar netjes op haar plaats zonder al teveel rukken en bonken. Ok! Wij kunnen de stad in! Op naar de nougat!
Ik vind het stadje in eerste instantie behoorlijk vergane glorie. Maar als Koen me meesleept naar een ambachtelijk nougat-fabriekje wordt er veel goed gemaakt. We krijgen uitleg van een goed gemutste, olijke nougatbakker, die zelf net iets teveel van de eiwit-met-honing-brij heeft gesnoept. Hè top! Wat leuk! Nog wat nougat kopen en dan in de startblokken voor de lange wandeling terug naar de HM door het toch wel mooie stadje.
Avignon is een klasse apart. De tocht er naar toe ook. Het is vandaag lente, zowat windstil en de tempeAvignon is een klasse apart. De tocht er naar toe ook. Het is vandaag lente, zowat windstil en de temperatuur loopt op tot 15 graden. Wat een feest na al die kou! Zodadelijk ecluse Bollène. Hier verheugen we ons al dagen op. We gaan in deze sluis 23 meter naar beneden! Ruim voor het invaren hebben we alle camera's die we aan boord hebben in gereedheid gebracht om deze 'attractie' te kunnen filmen. De Go-Pro achterop de brug, de fotocamera filmt vanaf de punt en met de telefoon maak ik een timelaps. Het gaat allemaal vliegensvlug, in zeven minuten zijn we van boven in de zon, beneden in de donkere sluisbak beland. En als we onder de bolle hefdeur naar buiten varen realiseren we ons dat het eigenlijk niet heel veel anders was dan de 13 of 15 of 10 meter verval welke we al meerdere malen hebben gehad. Met de drijvende bolders is het een kwestie van goed vastleggen, af en toe een duwtje met de pikhaak of aantrekken met de stalen haak en met een heleboel creepy gepiep en gekraak, alsof je in een spookhuis bent, wachten tot je beneden bent.
De oevers zijn in deze regio bezaaid met kastelen, soms schitterend gerenoveerd en nog bewoond, soms is het niet meer dan een ruïne. Na elke bocht grinniken we: "oh jemineel, weer een kasteel!", maar het blijft geweldig.
Aan het eind van de middag, in de oranje gloed van de ondergaande zon, varen we Avignon binnen. Ik ben even sprakeloos. Het enorme Palais des Papes, de stadsmuren met stoere kasteeltorens, le Pont Bénézet (le Pont d'Avignon), wij varen er gewoon langs op... Dit voelt zo bijzonder. Alsof we in een heel ver verleden een stad binnenvaren.
We proberen dit gevoel vast te houden door 's avonds alvast wat door de smalle straatjes te slenteren. De avond is voor ons idee bijna zwoel. We strijken neer op een terras en onder de verwarmingslamp genieten we van een Affligem en een Côte-du-Rhône. En alhoewel niet van geweldige kwaliteit lijkt het een eersteklas wijn door de eersteklas sfeer. Ons allereerste terrasje tijdens deze reis. It's a perfect day. De volgende dag bezoeken we alle hoogtepunten van deze stoere stad. De lente is door de stevige mistral compleet verdreven. De zon staat nog te stralen, maar de wind is steenkoud.
Als we aan het laatste traject beginnen weten we dat het een dag bikkelen wordt. De mistral bouwt met het uur in kracht op. Ik vind het behoorlijk spannend om met deze wind te gaan varen. Mijn maag knijpt wat samen en mijn lijf voelt gespannen aan. Maar wachten en in Avignon blijven liggen is ook geen optie. De mistral neemt de komende vijf dagen nog verder in kracht toe en de temperaturen nemen alleen maar af. Nu moet het nog te doen zijn. Lange onderbroek, skibroek, zeilbroek, hemd, t-shirt met lange mouwen, trui, vest, ski-jack, muts, twee shawls, handschoenen, met schapenvacht gevoerde laarzen. Dit alles moet ons warm houden tijdens de lange tocht die we vandaag voor de boeg hebben. We hebben het grootste deel van het traject wind mee, dat helpt ons tussen de 0,5 en 1 knoop. De stroming mee, die helpt ons aan een extra 1 tot 2 knopen in snelheid. De plotter geeft aan dat we 'op tijd', d.w.z. voor 16.30 uur, bij de sluis zijn die ons van de Rhône naar Port Saint Louis brengt. Als de rivier wat kronkelt en we daardoor wind van opzij krijgen loopt de aankomsttijd met 10 tot 20 minuten op. Dan wordt het even spannend: zullen we vandaag nog door de sluis kunnen of moeten we wachten tot morgen? De wind is constant 6 tot 7 Bft met windstoten tot 9 Bft. Ik krijg het steeds kouder, de lagen kleding houden de ijskoude wind niet meer buiten, zelfs niet als ik in de luwte van de kuiptent ga zitten. Koen beleeft alles als een feestelijke roes. De kou kan hem niet deren, het eerste doel van onze reis is bijna bereikt! We gaan als een speer, we vreten mijlen en ruim voor 16.00 uur roep ik de betreffende sluis aan. We willen erdoor! Als de sluisdeuren tergend langzaam open gaan, varen we zonder stress de sluis in, we zijn na 256 sluizen immers ervaren 'sluisgangers'. Dit is echter een vreemde eend in de bijt. De bolders zijn enorm en staan bijna een meter van de sluiswand en vele meters uit elkaar. De wind is enorm. De stroming is enorm. Gevolg: binnen luttele seconden ligt de HM met de preekstoel tegen de sluismuur geplakt (die gelukkig is beschermd met een brede rubberen band). Ik probeer af te duwen maar met geen mogelijkheid komt er beweging in. Hier is toch echt mankracht voor nodig. Natuurlijk staat Koen al naast me en na wat geduw en getrek en gehannes liggen we veilig vast. Dian en Mikolaj van SY Alinoé verwelkomen ons, wat fijn! Zij stellen ons gerust: ook zij hebben enorm liggen klooien in deze sluis. Het ligt dus niet aan ons maar aan de sluis ;-) .
En dan is het zover: we varen Port Saint Louis binnen. We zijn euforisch, koud en moe maar voldaan. Jippieeeee! Na ruim drie maanden varen op binnenwateren en fantastische avonturen zijn we eindelijk op de Med. We zijn trots! PSL, zout water, de plaats waar de mast weer overeind kan en de HM weer een zeiljacht wordt. De plaats waar we ons verder gaan voorbereiden op het bezeilen van de Middellandse Zee. De plaats waar de HM weer kan gaan roesten, de wereld van zee, wind en volgende avonturen. Zilte avonturen.
Vind je het leuk om onze zilte avonturen te volgen, meld je dan aan op onze site www.deheavymetal.nl.