Vakantieperikelen van Marjanne en Albert, deel 17
Breskens – Stellendam
Wo. 20-06-'07
Om vijf uur ratelt de wekker.
‘Wat is dat nu voor een onzalige tijd om op te staan, doe ik dit nu echt voor mijn plezier?
Dat noemen ze verdomme vakantie, het begint anders al aardig op werken te lijken.’
Terwijl ik lekker aan het chagrijnen ben trek ik snel wat aan en zet een keteltje koffiewater op.
Marjanne, die zich niets van mijn door slaapgebrek veroorzaakt ochtendhumeur aantrekt, zegt:’Heb je al op de navtex gekeken? Ze geven nogal wat wind af.’
Ik kijk ook en jawel, ze verwachten windkracht zes.
Nu is dat nu ook weer niet zó veel, maar we hebben hier wel de mogelijkheid om binnendoor verder te gaan.
We overleggen en kiezen voor binnendoor.
Ik start de laptop en bekijk de kaart van de Westerschelde.
De eerste vijf mijl gaan onder de banken door, zogezegd over het fietspad, pas daarna krijgen we weer met de grote jongens op de snelweg te maken.
05:20 De eerste bak leut en een dikke plak ontbijtkoek heb ik al binnen, kalm varen we de haven uit, het is nog wat heiig dus staat de radar bij.
Buiten het havenhoofd gaan we meteen stuurboord uit, dan zet ik zeil en kan de motor af.
Hier in de smalle geul,tussen de kust en de banken, liggen aardig wat hoppers, zandzuigers, en beunbakken voor anker.
We varen ze zonder problemen voorbij en moeten alleen even wijken voor een duwboot met een bak voor zijn kop.
We hebben de wind schuin achterin en zeilen met een behoorlijk gangetje richting Terneuzen.
De nevel is verdwenen dus kan ik weer een paar foto’s nemen.
De industrie bij Terneuzen.
Een doosjesboot.
Terneuzen. De Veerhaven.
Het is druk op straat.
We worden met een bloedgang opgelopen door een Reefer (koel/vries schip) met doosjes aan dek.
De “Skulptors Tomskis”.
We naderen Hansweert, dus wordt het tijd om over te steken.
Eerst nog een tanker voorbij laten gaan en dan haaks de vaargeul over.
De motor is al standby en in de voorhaven rol ik de zeilen weg.
De sluis gaat open en na een paar grote binnenvaart schepen mogen wij ook de kolk in.
Na de sluis varen we door het kanaal naar Wemeldinge en komen daar op de Oosterschelde uit.
Via; Keeten of Mastgat – Krammersluis – Volkeraksluis - een stukje Hollandsdiep en het Haringvliet komen we bij Stellendam.
De wind is helemaal gaan liggen, het water is als een spiegeltje, dus gaan we de haven niet in maar pikken een stuk voor de haven een mooring op.
De motor kan af, de rust en de stilte zijn een verademing.
Onderweg hebben we al warm gegeten dus gaan we, na zestien uur varen, met kaas en wijn in de kuip zitten genieten.
Aan de overkant van het Haringvliet zien we de haven van Hellevoetsluis, het licht van de vuurtoren is al ontstoken.
Morgen gaan we weer naar zee, richting IJmuiden.
Vakantieperikelen van Marjanne en Albert, deel 17
- Geschreven door Albert 45
- Hits: 11205