Onderwerp: voor de wind, rollen en omslaan

Beste forumleden,

Wie heeft er tips hoe ik kan voorkomen dat mijn boot voor de wind gaat rollen bij harde wind met het risico op omslaan.
Moet de bemanning aan weerszijden gaan zitten of juist in het midden blijven?
Moet het zwaard omlaag blijven en hoever dan?
Moet ik de grootschoot wat inhalen?
En wat als je ook de spinnaker er nog bij wilt hebben? Dat laatste heb ik nog niet gedaan bij harde wind, want we hebben onze handen nog vol aan het rechthouden van de boot en het controleren van de gijp. Dat laatste lukt nog niet, waardoor we uiteindelijk omslaan. Daar heb ik nu wel goede tips voor, maar het tegengaan van het rollen lijkt vooralsnog een kwestie van geluk.

uit mijn laser tijd, rollen voor de wind ontstaat zodra je zeilpunt voorbij je mast komt, wat helpt is je zeil een beetje inhalen zodat je zeilpunt voor je mast blijft.

Zie ook hier, hoewel dat vooral over waterverplaatsers gaat. Wellicht zijn er analogiën...

o ja, zwaard wat omhoog zodat je daar niet over struikelt. helpt ook

alegria schreef :
Ja, maar niet helemaal, is mijn ervaring. Onze Javelin rolt een stuk minder als het zwaard half naar beneden staat. Met harde wind doen we geen moeite om het op te halen; weerstand is dan niet zo belangrijk meer en het rolt (dus) veel minder.

Gewichtsverdeling is wel belangrijk. Zo veel mogelijk vlak varen en dat lukt voor de wind het beste door ieder aan een kant te gaan zitten. Meestal stuurman aan lij en bemanning aan loef. Dat laatste vooral omdat je dan de spi goed kunt bedienen.

Neerhouderspanning is een leuk item; te strak en je hebt veel druk, vooral na de gijp, te los en je loopt meer risico op rollen.
Bovendien gijpt het rottig met de neerhouder strak, zowel voor (het zeil wil niet over) als na de gijp (te snel druk op te hoge koers).
In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht moet de neerhouder dus los(ser) op ruime koersen. Maar niet té...

Ik weet niet wat voor tips je hebt gehad over gijpen, maar meestal gaat het mis nadat het zeil overkomt.
Om je Simoun te gijpen maak je een soort slinger die erg op een S lijkt: Je valt hard af, zodat het zeil overkomt en terwijl het zeil over je heen komt, stuur je hard terug naar de oude, voordewindse koers. Als je timing goed is, valt de wind weer in je zeil op het moment dat de boot weer precies voor de wind ligt.
Het lastige is, dat als je te laat terugstuurt, de wind op een te hoge koers invalt en je veel druk en meestal veel helling krijgt. Dat wordt dan zwemmen

Afijn, genoeg te oefenen denk ik.

Trouwens.... Plat voor de wind met veel wind is het beter mét spinaker, omdat je dan zó hard gaat dat je niet gaat rollen.
Het wordt wel wat moeilijker om met 15 knopen op de klok te moeten strijken, maar het is vreselijk gaaf als het lukt kan ik je zeggen

Gr, Arent

Dit is wat ik de volgende als het hard waait ga doen:
-zwaard laten staan,
- neerhouder redelijk strak houden, maar schoot wat aanhalen, zodat zeilpunt niet voor de mast kan komen (of moet je hem dan toch vieren. Als de giek omhoog komt, zal het zeilpunt naar voren willen lijkt me, maar met de schoot aangetrokken voorkom je dat.
- spinnaker zal ik dan niet hijsen, want het plasje waar ik op vaar is nog geen km in doorsnee, dus als-ie goed en wel staat kun je alweer strijken (komt dus later nog wel, met 15 knopen heb je 2,5 minuut voor de procedure van hijsen, varen en strijken over een afstand van 1 km, zeker spannend!)
Wat betreft de gijp: heb ik me inderdaad bedacht om tijdens de gijp goed tegen te sturen, want daar ging het bij ons mis (sterk oploeven met helling, resulterend met de giek in het water en omslaan) En met de hoogste snelheid gijpen, lastig is dat.
Ikheb ook wel gelezen dat je in plaats van voor de wind, beter met ruime wind kunt gijpen naar ruime wind aan de andere kant ( en zo dus het rak af te kruisen) omdat dat sneller zou zijn. Heeft iemand daar nog ideeen over?

Eigenlijk kan ik alleen maar beamen wat Arent zegt, hoewel ik nog niet bedacht had dat de neerhouder op voordewindse koersen ook losser zou kunnen (bij de Laser 2 met aangejengste neerhouder in ieder geval geen probleem met gijpen).

Met het WK van 2010 voor het eerst met de Laser 2 op zee gevaren - en de hele week windkracht 6. Harde wind was voor ons geen probleem. Maar die korte golven! Vaak in de survivalstand. Zwaard half ophalen, schoot beetje inhalen (giek niet tegen verstaging), en spi zetten voor meer stabiliteit, met ondergetekende aan loef aan de spi en mijn stuur, ehm ja, die zag ik niet, want ik keek naar de spi.

Moet je de spigijp wel goed doen althans. Uiteindelijk verloren we minder plekken als we de spi niet hesen en overeind bleven dan als we wel hesen en we toch met een noodgang platgingen bij de gijp. BAM.

Tijdens de heftigste dagen hees alleen de top 3 de spi. De rest hield hem binnen.

edit: de methode om van ruim naar ruim te gijpen is de zogenoemde s-gijp. Doe ik zelf altijd eigenlijk. Plat voor het lapje, binnen de wind gaan varen, giek overhalen en tijdens het overhalen je boot onder de giek doorsturen naar de nieuwe binnen de wind. Als je dan de boot weer vlak hebt, kan je weer afvallen naar voor de wind.

Als je het zwaard te diep laat staan, maak je dan alsnog kans om te slaan (is dat wat jullie bedoelen met struikelen over je zwaard?)

Hi,

Het ligt heel erg aan je boot en aan je zwaard wat voor invloed het heeft op het rollen.
Soms kan een zwaard het rollen juist versterken, als het lift gaat geven, maar meestal zal het zwaard de beweging gewoon dempen en weerstand geven. Met veel wind niet zo erg

Als je je schoot inhaalt op voor de wind, zal de neerhouder losser moeten om de top netjes voorwaartse druk te laten geven.
In principe ga je zo alleen maar langzamer; niet mijn keus.

Ga eens allebei aan een kant zitten. Bemanning houdt de fok uitgeboomd en hangt dus naar loef. Stuurman leunt tegen de giek en hangt dus naar lij.
Vol gas geven met de zeilen, zwaard een beetje naar beneden en niet teveel en te hard sturen, dan is voor de wind zeilen met veel wind een eitje.

Gr, Arent

In de FD:
Vóór de gijp:Zwaard 1/2 omhoog, neerhouder iets los zodat top kan lozen, hangt een beetje af van de spanning in de toplat.
OP VOLLE SNELHEID gijpen, dan is de druk het kleinst. Ná de gijp eventueel iets loeven voor snelheid=stabiliteit.
Met spi: Zelfde verhaal maar dan neemt de stuurman beide spischoten, gijpt de emanning het grootzeil (ja de bemanning, stuurman kan spi trimmen, rondkijken en sturen, de bemanning bepaalt het precieze gijpmoment wanneer de spi om is).
Na de gijp neemt de bemanning de nieuwe lijschoot over, stuurman loeft iets voor voldoende druk, bemanning trimt spi en fok (als die niet opgerold is)
Bij rollen van de boot iets meer loeven, grootschoot iets aan.
Zowel de FD als de 4.85 hebben een flink breed zwaard wat aardig in de weg kan zitten onder water, daarom ophalen voor de wind en zeker voor de gijp, daarna eventueel iets laten zakken, vooral als je iets loeft.
Gr. Louk

Bedankt voor alle tips,
Komende dagen en weekend wordt het mooi oefenweer, waarin omslaan tamelijk onwaarschijnlijk is. Bovendien kan ik mijn zoon van 15 nu wel verleiden om met de spi te varen. Ik ga gewoon doen alsof het hard waait en de manoeuvres vaak herhalen.

succes!!