Ik heb mijn jeugd met mijn ouders op een Danish Rose 31 gevaren. Stalen kitsgetuigde kimkieler. Van achter naar voren, bezaan, grootzeil, fok en kluiver.
Voor de wind grootzeil met uitgeboomde kluiver, dat heb je maar weinig oppervlak, schiet niet op.
Ruime wind bezaan, grootzeil en fok naar lij, uitgeboomde kluiver naar loef. Als het te hoog voor de boom is dan boom weg, kluiver naar lij en fok weg.
Halve en aan de wind gewoon vol tuig.
Op ruime koersen moet je bij een toenemende wind van achter naar voren reven. Dus eerst de bezaan weg, dan grootzeil reven en pas bij nog meer wind iets aan de voorzeilen doen.
Halve wind en hogere koersen geldt dit eigenlijk ook. Reef eerst grootzeil en bezaan. Probeer altijd zolang mogelijk fok en kluiver te laten staan. Deze zeilen fungeren als 'motor' van de boot. Als je bij toenemende wind begint met het weghalen van de kluiver valt de boot stil.
Op een aan de windse koers bij echt harde wind kan je op een gegeven moment wel de kluiver weghalen. Dan vaart de boot goed onder gereefd grootzeil en fok. Terug naar sloep
Ik hoop dat je er wat mee kunt.