EHaan67 schreef :
Ton Mitz schreef :
Volgens een eigenaar van een delphia "dweilt" een delphia met de kiel omhoog
Een feeling 32 vaart nog redelijk strak
Met de kiel helemaal omhoog zeil je makkelijk 60 graden aan de wind
Wel zorgen dat je 3 knoop + doet, anders ga je alleen opzij
Met ruime wind en foute golven op het IJsselmeer kan een feeling aardig rollen
Dat zal bij een delphia niet beter zijn, want die zijn afgeleid van een feeling
Kijk dat was informatie waar ik ook naar op zoek was. ik hoorde (zojuist) van een voormalig Delphia 31 eigenaar dat de boot bij Bft 5 op IJsselmeer met golven schuin van achter/ruime wind d eboot moeilijk bestuurbaar was. Zou mogelijk komen door de kleine roerbladen maar ook doordat (met stuurwiel) de overbrenging hydraulisch is en dat je dan geen tegendruk " voelt" wat het sturen moeilijker maakt. Maar rollen doet een Feeling dus ook op die koers. Wist overigens niet dat de Delphia afgeleid is van de Feeling. Dank voor je info.
Update via. Chat GPT: Top! Dan vergelijken we dus twee boten die allebei een keelmidswaard + twin rudders hebben:
• Feeling 32 DI – centreboard in een korte kielkist, dubbele spade-roeren. Diepgang ca. 0,65–1,90 m; verpl. ±4.450 kg. In testen staat expliciet dat de centreboard-configuratie de koersstabiliteit wat kan verminderen (dus sneller slingeren/uit het roer lopen als het rompeinde wordt “geduwd”). 
• Delphia 31 “PH/IA” (keel & centerboard, twin rudders) – uitvoering met korte vaste vin + midzwaard (0,45–1,65 m variabele diepgang) én dubbele roeren in de ondiepe-versie. Verpl. rond 5,1 t (modelrange). Diverse advertenties en specs bevestigen de combo “keel & centerboard” en “double rudder”. 
Wat betekent dit specifiek voor “ruimewind, golven schuin van achteren”?
Overeenkomsten (beide boten)
• Twin rudders: top als je overhelt; minder “bite” als de boot vlak vaart (ruimewind), waardoor bij een pushes van een achteropkomende golf de kont wil uitzwaaien.
• Midzwaard: stand van het zwaard beïnvloedt de koersvastheid sterk. Te ver opgetrokken = minder lateraalvlak → makkelijker “weathervanen”.
Verschillen die je voelt aan het roer
• Feeling 32 DI: lichter en door het volledig geïntegreerde centreboard (zonder echte “mini-vin” eronder) heeft ze in tests iets minder richtingsstabiliteit. In quartering seas merk je sneller dat ze wil “vallen” en dan agressief moet worden gecorrigeerd. 
• Delphia 31 (keel+centerboard): de korte vaste vin onder de romp geeft een constante “ruggengraat” waartegen het midzwaard werkt. Dat helpt de boot een recht spoor te houden wanneer een golf de spiegel optilt/duwt. In de praktijk voelt de Delphia dan vaak iets vergevingsgezinder en minder geneigd om abrupt uit het roer te lopen dan de Feeling – mits zwaard en zeilplan goed staan. 
Why: de combinatie “korte vin + variabel zwaard” verplaatst het centrum van laterale weerstand (CLR) minder dramatisch dan een puur centreboard-kielkast; samen met iets meer massa (traagheid) dempt dat de initiële uitzwaai. 
Praktische trimtips per boot (ruimewind, quartering seas)
Geldt voor allebei
• Reef vroeg; hou het grootzeil relatief klein en laat een (kleinere) voorstagfok staan voor balans.
• Koers: niet pal ruimewind; 10–20° variëren (een fractie oploeven/afvallen) om surfs gecontroleerd te sturen.
• Gewicht: niet te veel achterin; hou de kont licht zodat de roeren beter blijven “grijpen”.
• Autopilot: hogere respons en een goede gyro helpt, maar handsturen is vaak beter in echte quartering seas.
Feeling 32 DI – extra aandacht
• Midzwaard: vaar niet volledig opgetrokken. Zet het zwaard 1/3–1/2 neer om het CLR vooruit te houden en slingeren te dempen. Dit helpt tegen het “wegvallen” bij een golfduw. (Het testverslag benoemt juist die wat lagere koersvastheid.) 
• Roerhoek: anticipeer vroeg; kleine correcties, sneller frequent.
Delphia 31 (keel+centerboard, twin rudders) – extra aandacht
• Midzwaard: meestal ¼–⅓ neer is genoeg; de korte vin doet al veel. Bij meer surfen kun je naar ½ om de spoorvastheid te vergroten, maar zet ’m niet te ver omlaag (onrustig stuurgevoel). 
• Speed control: rem net-te-harde surfs met iets meer twist in het grootzeil (traveller omlaag, beetje schoot los) zodat de kont rustiger blijft.
Samenvatting
• Ja, beide typen (twin rudders + midzwaard) kunnen op ruimewind met achterlijke zee sneller uit het roer lopen dan je aan de wind zou verwachten.
• Tussen deze twee zal de Delphia 31 (keel+centerboard, twin rudders) doorgaans iets koersvaster en vergevingsgezinder aanvoelen in quartering seas dan de Feeling 32 DI, waar de centreboard-opzet in tests juist als minder koersvast is aangemerkt. Goed trimmen en zwaard deels neer maakt bij allebei het grote verschil. 
Wil je dat ik dit doorreken voor jouw typische Wadden-/IJsselmeer-golflengtes (bijv. 0,8–1,2 m, 4–6 s) en een concreet zwaard-/zeil-advieskaartje maak per windsnelheid?