Het was al duidelijk, we zouden vandaag flink wat wind krijgen. Ik lag op Texel en moest vandaag weer terug naar Lemmer. Voor mij was het een mooie buitenkans: voor de zomervakantie heb ik het kotterfoksysteem op Dutch Rose gemonteerd maar ondanks 5 weken op zee was het nog steeds niet zoveel wind dat die voor zijn echte doel gebruikt kon worden. Wel flink gebruikt bij licht weer in combinatie met de genaker.
Gisteravond de boot maar even flink nagekeken, verstaging, terminals etc, als je dit weer bewust opzoekt, moet je er boot natuurlijk klaar voor zijn.
Bij Oudeschild naar buiten is het meteen 30 knopen op de kop. Gelukkig heb ik het grootzeil in de haven al gehesen, is wel zo confortabel. En het 1e rif zit erin. Omdat het licht hogerwal is daar valt het met de golven wel mee, maar dat verandert snel. Door stroom tegen wind zijn de golven kort en hoog. Het ziet er zo uit:
Voor de oplettende kijkertjes: van de kotterfok is het voorlijk niet goed gespannen. Ik heb dat nog wel gedaan terwijl het zeil al op was, maar het wilde niet echt naar boven en ik wilde het ook niet langer laten klapperen in deze wind, is erg slecht voor het zeil.
In tussen de 26 en 36 knopen schijnbare wind is deze zeilvoering (1 rif en kotterfok) heel mooi, de boot ligt rustig en gaat met ongeveer 6 knopen door het water. Scherp aan de wind zou een extra rif wellicht nog mooier zijn.
Ik stuur heel ruim om het Gat van de Stier heen. Vaak snij ik daar vaak af, maar met hoge golven en de ondiepte op lagerwal is enig beleid wel handig, ik blijf liever ver van dat soort ondieptes af.
Zodra ik gerond heb voelt de wind veel rustiger en ook de golven zijn minder, ook doordat golven en stroom nu niet meer tegen elkaar ingaan. Met grote snelheid stuif ik op halve tot ruime wind verder, met hele stukken boven de 88 knopen bootsnelheid en soms boven de 10 op de GPS.
Zo stuif ik verder, door het Vissersgaatje naar Den Oever. Onderweg kom ik op een zandplaats nog een kleine kudde zeehonden tegen, die heerlijk liggen te... ja, zonnen zal het niet zijn
Ze zijn denk ik aan het rusten!
Als ik daar bijna bij Den Oever ben bereid ik het strijken van de zeilen voor. In je eentje moet je in dit soort wind alles goed voorbereiden. Ik kies ervoor om de kotter eerst in te rollen en daarna voor de spuisluizen op te loeven en in de wind het grootzeil te strijken. Gelukkig begin ik ruim om tijd met de kotter indraaien, want die wil ff niet. Na wat prutsen wel, bleek dat er een blok in de reeflijn gedraaid zat.
In een recordtijd heb ik Den Oever bereikt, binnen de anderhalf uur. Het is daarr uitgestorven en de sluiswachter heeft vrijwel onmiddelijk de sluis open. Ik kan dus zo doorvaren.
Meteen uit de sluis stuur ik de boot weer in de wind richting de Zuiderhaven om het grootzeil in de haven te kunnen hijsen. Eenmaal op het IJsselmeer blijkt dat niet nodig te zijn: het is onder de wal van Den Oever voor mijn gevoel bijna windstil. Ik twijfel erg of ik in plaats van de kotterfok niet de genua moet zetten, maar ik verwacht toch dat eenmaal uit de wal de wind weer flink aantrekt. En dat blijkt helemaal te kloppen. Op halve wind stuif ik verder op een totaal leeg IJsselmeer. Maar dat leeg blijkt later wel wat mee te vallen. Ondanks de wind en ook zo nu en dan lichte regen passeren er best wat boten. Het is vast ook laatste dag van de vakantie van aardig wat mensen en dan moet je wat.
Dat het mis kan gaan blijkt na een tijdje: de eerste mayday komt langs, boot die tussen Stavoren en Urk met een genaker verward in de voorstag rond drijft en steeds dichter bij de ondiepte komt. Hoe je het met deze wind in je hoofd haalt op een genaker te zetten is mij een raadsel, dat later wordt opgelost: er is een wedstrijd. Wat me opvalt is hoe ontzettend rustig het jacht de communicatie met Den Helder Rescue afhandelt, een schoolvoorbeeld van hoe het kan en moet.
Als ik in de buurt kom van het Vrouwenzand, zie ik tot mijn schrik een flink eind verder een boot op de ondiepte af gaan. Tussen de jachtbetonning door, paar honderd meter naar binnen en dan loeven ze wat op in de richting van Stavoren. Maar blijven dus wel ruim binnen de aangegeven ondiepte. Ik twijfel hoe ik ze kan waarschuwen. AIS hebben ze niet, dus ik heb geen bootnaam. Oproepen dan? "Wit jacht met witte zeilen dat op het Vrouwenzand af vaart, je vaart op het Vrouwenzand af!" Als ze dat wisten zouden ze daar niet varen... Ik hoop het het beste van.
Als ik de Zuidkardinaal van het Vrouwenzand (ruim) rond, zie ik tot mijn verbazing nogmaals een jacht dwars door de tonnenlijn varen. Die draaien gelukkig na 200 meter wel, hoef ik me daar niet schuldig over te voelen
Ondertussen staat kanaal 16 niet stil: "Wij loipen an der grond". Met veel moeite krijgt Den Helder Rescue de informatie uit deze duitse man. Het jacht Anna is op het Vrouwenzand gelopen en vraagt hulp. Vast dat jacht dat ik eerder al zag. In tegenstelling tot het jacht met de genaker is de communicatie hier warrig en de schipper (of degene die aan de marifoon zit) is duidelijk totaal niet opgeleid en weet van niets. Ze worden gelukkig later wel door de reddingsboot losgesleept en komen veilig in Stavoren aan.
Ondertussen zit ik op het ruimwindse rak van Vrouwenzand naar Lemmer. Eigenlijk had ik voor de ronding van de Zuidkardinaal Vrouwenzand het grootzeil willen strijken, maar omdat:
- ik steeds verder moest oploeven
- de golven zo hoog waren ter hoogte van het Vrouwenzand
voelde ik daar niet veel meer voor. Ik koos er dus voor het grootzeil te laten staan en flink te zekeren met een bulletalie. Die was echt wel nodig, want met de oplopende golven is de koers zeker niet recht en gaat dus zo nu en dan ook richting voor de wind.
Opeens zie ik een RIB naar me toe komen. Reddingsboot Alida. Ze draait in een wijde boog om me heen en dan zie ik schuin naast me de boot met de genaker drijven. Alida gaat langszij en zet zo te zien opstappers af. Even later zie ik de genaker langszamerhand ontwarren en na een kwartiertje lijkt het varkentje gewassen. Hulde voor deze moedige mannen (en vrouwen).
Ik vaar verder langs de Friese kust. Als ik bij de Steile Bank langsvaar, zie ik naast de vele vogels tot mijn stomme verbazing een zeehond op de zandbank liggen. Ik wist dat het wel eens voorkomt, een zeehond in het IJsselmeer, maar dit is voor mij de eerste keer.
Na 6 uur varen (inclusief sluis) en 42 afgelegde mijlen kom ik zeer voldaan binnen in Lemmer. Mijn vrouw zei voor het weekend, heb je wel zin in zeilen met dat weer, nou, ik had vandaag voor geen goud willen missen!!