Mosselrace 2014
Als hongerige jonge honden hebben we de woensdag avond wedstrijden voor spek en bonen gevaren. Niet genoeg wedstrijden om mee te doen voor de prijzen, maar hebben ons best gedaan om als smaakmaker toch mee te tellen. Deze zaterdag is de afsluiting van het wedstrijdseizoen. Het is een op zichzelf staande wedstrijd met als afsluiting een mosselmaaltijd voor alle deelnemers. Het is vrije inschrijving en dit jaar varen er 30 schepen mee. 15 in de A klasse en 15 in de B, waar wij in varen. En dat allemaal op dat kleine Eemmeer. Het is onze enige kans op een prijs dit jaar en we gaan er voor.
Als we begin van de week het startschema krijgen krijg ik haast een rolberoerte. We "mogen" als laatste van start, 37 minuten later dan de eerste starter (die nota bene eerste staat in de competitie). "Goeie genade, dat wordt knallen schat" zeg ik tegen Lisa. 1uur en 48 minuten om dat goed te maken. De weersvoorspellingen lopen wat warrig deze week, maar eindigen met een dikke 3 bft op de klok.
Hmmmmm, net genoeg om kneiter hoog aan de wind te gaan, precies mooi om, wat onervaren als we nog zijn, de spi er op te zetten.
Lisa haalt me op uit mijn werk en we gaan direct door naar de boot. Alles moet kloppen vandaag, dus neem ik de tijd. Als even na half twee Peter en Patrick ook aan boord zijn schuifelen we rustig richting Eemmeer. Dwars door een bommetjevol startveld vertrekken we naar achter. We draaien wat rondjes op het grootzeil en bekijken het veld. Links en rechts schieten de spinakers omhoog en over de hele breedte van de baan is er wind zat. Langzaam loopt het startvak leeg en kruipen wij richting startlijn. We kijken elkaar nog èèn keer aan, nemen onze posities en timen de start. "30.....20...15: GO" Als een gebeten hond vliegt de spi uit de zak en exact op tijd gaan we over de startlijn. Even later zitten we op volle snelheid en met 7,2 stw zetten we de achtervolging in. In het eerste rak pakken we gelijk al een paar schepen en bijna komen we in de verleiding om boven langs een van de concurrenten te passeren. Gelukkig zien we op tijd de ton en blijven even hangen. We passeren de ton aan de goeie zijde en laten ons wat vallen. We komen er niet voorbij en moeten nu ruimte maken voor het inmiddels binnenliggend schip. We droppen de spi iets later en profiteren zo nog van de extra meters die we moeten maken. De spi komt soepel beneden en het volgende rak is net aan bezeild. Als de wind ietsje shift blijkt het een lifter en hoppa! Gotcha ruikt de volgende tegenstanders al en gaat als een haas op de ton af. Ondertussen prop ik benedendeks de spi in de zak en als we een gijpje maken om de volgende boei hoor ik de boom op het dek om het hardst met de genua klapperen. Ik heb de boom te snel weggelegd en niet gezien de schoot er onder lag. Patrick herstelt de schade en we gaan weer. Er komt een boot aan lij op ons af zeilen en in al mijn enthousiasme roep ik keihard "BAKBOORD". Gelukkig hadden Peter en Patrick al lang gezien dat het andere schip ook over bakboord gaat en Peter verlegt haarscherp de koers en we gaan net voor langs. De schipper roept mij aan en ik maak excuses.
Recht voor ons vaart een jong stel wat twijfelend in het midden van de geul. Om boven langs te kunnen wordt het erg scherp aan de wind. Onder ze door denderen kan, maar dan wordt de boei slecht te bezeilen. Het jonge stel herpakt zich en valt wat af richting juiste koers. Nu kunnen we gewoon bovenlangs en bij de boei hijsen we voor de tweede keer de spi. Het is een heel kort rakje en te laat beginnen we aan de drop. Als Patrick de boom tegen de stag laat lopen laat hij per ongeluk de schoot los. Net als ik de schoothoek wil releasen schiet de lijn door mijn handen en meer verbaasd dan geschrokken geef ik een flinke brul. De stoom komt dan wel uit mijn oren, maar mijn natte handschoenen houden de vingers koel. Een lichte schroeiplek is alles.Ik laat de schoot voor wat hij is en ren naar achter om de spi de kajuit in te werken. Hij komt nog niet echt naar beneden, maar als hij een beetje begint zakken gooit Peter het over de andere boeg. We moeten 180 graden om en met een daverende klap komt de spinaker nu naar binnen zetten en vouwt zich om de zijstag, tegen het grootzeil en in mijn gezicht. Gelukkig haakt hij nergens vast en schadevrij komt hij toch naar binnen. Ik zie twee boten binnendoor piepen. Als ook de boom weer op zijn plek ligt en de rust in de kuip is weergekeerd brom ik nog wat na. "Nou is het klaar" bromt Peter terug en Patrick maant mij te gaan zeilen. "In je hok, zit de spi al in de zak?" Lisa, die de hele tijd keihard aan het werk is met schoten en vallen houdt het hoofd koel en merkt haarscherp op dat we iets hoger moeten koersen. "Dan pak je zo 3, 4, nee 5 schepen" telt ze hard op. Terwijl ik de spi in de zak prop hoor ik achter mij Patrick timen. "Tegen de dijk gaan we overstag, dan tot iets voorbij de geul, goed kijken en precies bezeild naar de ton", hoor ik hem instrueren. Ik merk dat Peter aan het zoeken is naar de groove en al gauw vind hij die. Als de spi klaar is en weer op zijn plekje in de preekstoel zit kan ik ook weer genieten. Wat een schitterend weer, geweldige wind en mooi rak zijn we aan het varen. Zoals door Lisa geteld schuiven we 5 plaatsen op de ranglijst naar boven. Even lijkt het vijfde schip niet toe te geven. "We zijn zo binnenliggend schip" denkt Patrick. "Tenzij hij eerder als wij binnen drie bootlengtes van de ton is" zeg ik. "Shit" zegt Patrick, maar het schip gaat ineens overstag, van ons vandaan. Hij heeft zich vergist en haalt het niet. Strak achter ons maakt hij opnieuw een klapje maar heeft nu het nakijken. We kijken elkaar fanatiek aan. "We gaan goed mannen" zegt Lisa enthousiast. Haar vader grijnst van oor tot oor en stuurt Gotcha op centimeters langs de ton. 50 mtr verderop ligt de volgende ton al klaar om verschalkt te worden en dan mag het paarse gevaarte de lucht weer in. Lisa en Patrick jagen hem nu samen de top in en "klaboem". In èèn klap gevuld. "Kickuh" juig ik naar een toerzeiler die zich benauwd door het wedstrijdveld heen manoeuvreert. Deze keer timen we de drop uitstekend en mooi draaien we om de ton. Alweer is dit rak bezeild, beter dan net zelfs. Er is blijkbaar een tweedeling ontstaan in het veld. We zijn terecht gekomen in het niemandsland tussen de voorhoede en de achterblijvers en zeilen twee rakjes zo hard als we kunnen. We overleggen en besluiten dat we de spi in de zak laten voor het korte stukje en de boom in de genua te zetten. We hebben aardig verloren bij de eerste keer en het is bijna de moeite niet. Terwijl ik de boom in de genua hang hoor ik achter me "dat gaat niet goed, dat gaat niet goehoed". Ik zie niet waar ze het over hebben, dus het zal wel. Ineens zit ik met mijn kont op het kajuitdak. Peter draait met een wilde stuurbeweging vlak langs twee schepen die een aanvaring hebben. Niet leuk, maar het risico is er altijd. Wij beginnen aan het kruisrak en geraken in de voorhoede. Wederom blijkt hoogte zeer waardevol en nu we de weg kennen lopen we weer in op de koplopers. Met een paar rake klappen geraken we bij de Avanti die moedeloos moet toezien hoe we hem op hoogte kloppen. Bij de keerboei zwaai ik vriendelijk en zij zwaaien breeduit lachend met hun vuisten terug. Er is nog iets van 20 minuten te gaan en voor de laatste maal gaat de spinaker de lucht in. We raken in een duelletje met de 4Fun, die zeker niet meedoen voor de gein. Ze beginnen vast wat op te sturen, maar wij happen niet echt. We kammen het haar in hun spiegel en in een vlaagje proberen we onder hen door te komen. Dat lukt niet helemaal, maar naast hen komen we wel. Nu zitten zij aan loef en dus in de shit. Wij houden echter koers en concentreren ons op de spi drop. Zij worden binnenliggend schip en gezamelijk draaien we om de boei. Met hun kortere draai liggen ze weer voor en weer loefen ze iets. Het gaat hoog aan de wind en even proberen we of het lukt. Bij hen valt de speed iets naar beneden en ik dirigeer Peter opnieuw naar de spiegel. " Niet bovenlangs, op zijn spiegel" fluister ik. Met gespannen bekkies loeren we naar elkaar en ineens valt de 4fun weer een beetje stil. "Onderlangs, onderlangs" sis ik nu naar Peter die direct reageert. Nu wij ruimer gaan varen loopt bij ons de speed juist op. De mannen van de 4Fun kijken ons verbaasd aan. Van de weeromstuit blijven ze te hoog sturen en leggen zichzelf.......nou ja, niet stil natuurlijk, maar harder gaan ze niet. Het is te laat voor ze en vol onbegrip kijken ze naar Gotcha. Nog steeds gaan ze niet mee en zo drijven we ze net voorbij en als we weer wind krijgen is het gedaan met ze. Achter me hoor ik de verbaasde reacties. Als we de vaargeul weer indraaien prik ik de boom weer in de genua, maar een minuut later is tijd. Er komen ons drie boten tegemoet. De Senang, een A boot en de de First Klaas. Dat is het. Even is het stil aan boord. "Huh??"
De Senang wint altijd als ze meedoen en ook nu zijn zij 1. "Maar dan zijn wij 2 of de nr 3"? De First Klaas doet niet mee met de competitie, maar voer vroeger in de A klasse, weet Peter nog.
Waar hij nu in zit?
Bij een biertje fantaseren we verder. Dan zijn wij dus 2 of 3 herhalen we onszelf.
Eenmaal in de haven blijken we echt tweede te zijn! Geweldig! In het eerste seizoen gelijk al een podiumplek. Wie had dat gedacht!