We zitten tegen het einde van de competitie. Geheel onverwacht blijken we heel dicht tegen de podiumplaatsen aan te schurken. Meer dan er tegenaan schurken wordt het niet meer, maar de pret is er niet minder om. Zo tegen het einde van de competitie stopt de vereniging met het publiceren van de uitslagen en wordt de ranglijst niet meer bijgewerkt. Das om de spanning er in te houden, als het ware.
Onze vereniging telt de best of twelve en wij hebben aan het begin van het seizoen nog wat magertjes gevaren. We hebben de rode lantaarn aan boord gehad, de spinaker niet gehesen als het wel had gemoeten, verkeerde zeilkeuze, you name it.
Maar ja, we blijven niet aan de gang. Dus kruipen we steady naar de betere resultaten. Derdes, tweedst en vorige week zelfs de nr 1 te pakken. In een best of twelve schiet dat lekker op, want zo verruil je de mindere resultaten voor de betere. Maximale winstpakkers dus.
Vorige week zeilden we niet alleen de duizendste mijl dit seizoen, maar ook de eerste plek. Ik weet niet het met jullie gaat dan, maar bij ons aan boord levert dat de nodige drive op. Zeker in de wetenschap dat we onze laatst bekende positie op de ranglijst (8e) een flinke schop hebben gegeven. Als we even doorknallen kunnen we nog vierde worden en dus zet ik de bemanning op scherp. "Mannen, vrouw, als we vanavond eerste varen is de vierde plek van ons. Als we tweede varen staan we gelijk. Met andere woorden: AAN DE BAK!”
De Gotcha lig in een dooie hoek van de haven en het is onmogelijk daar al de wind in te schatten. Dus pak ik de gribs van Xiphias er bij en besluit dat de g1 er op gaat. Het lummelbeslag is nog niet gerepareerd, dus kunnen we alleen het eerste rif steken.
Maar dat is niet nodig, aldus Harmonie. Toppie! Vol zeilplan, moet lukken.
Al fluitend gaan we richting startveld en constateren: een echte spinakerstart! Geweldig!
We draaien onze rondjes en zoeken naar de plek voor de boom. "Bakboord", of toch niet? "Stuurboord?" De schepen die voor ons mogen starten zetten geen spi, maar wij hebben het paarse monster. Gemaakt voor wind tot 6 bft, wie maakt ons gek?
We besluiten op het laatst stuurboord voor de boom, en zo geschiedt.
1minuut, 50 sec, 35sec, 25sec: "RAMMUUH!" Mijn schoonvader rost het paarse monster de hoogte in, kapitein ballonfok trekt de boom in positie en 3 sec na starttijd knallen we over de lijn.
Die lijn ligt bij deze wind een beetje ongelukkig. Eenmaal over de lijn schift de wind nog een beetje en vandaag blijft het een gokje. "Hmmmm, zit die boom wel goed?" Bulletalie dan maar? En zo rommelen we nog even verder. Maar eenmaal uit de luwte is snel duidelijk: het hangt er om.......En dan begint het gedonder.
We beginnen te rollen. Rol bb, rol sb, ROL bb en pfffft, weer controle. We lopen rompsnelheid, 13 tot 14 kts ware wind, gijpen? Liever niet!
En weer rollen we van kant naar kant. Het water staat diep in het ganboord en de spi rolt weer naar de andere kant. Het is duidelijk: het is echt de vraag of we het gaan houden en bereiden de gijp voor. Neerhouder los, bulletalie d'r uit en....... weer rollen we een blokkie om, de punt neemt een duik, we lopen vet uit het roer en met een daverende klap komt het grootzeil over: KLABOEM,! Mijn schoonvader trekt zijn hoofd nog op tijd in, ontwijkt de giek maar kan niet voorkomen hij met zijn rechtermouw bakken met water schept. Het water loopt nu zo de kuip in.
Alsof het zo was afgesproken trek ik de boom uit de mast, viert Patrick de schoot en voor we er eigenlijk in hebben is ook de spinaker gegijpt. Die blijkt nog een zwiertje om de voorstag te hebben gemaakt, maar met het betere duw en trekwerk lossen we ook dat nog op. Dan kijken we elkaar met grote ogen aan en vraagt Joris (stuurman): Sambal bij?
Naast ons vaart nu de Avanti. "Neeuhhh", antwoorden ze. "Het is zo wel pittig genoeg".
Eigenlijk zijn we niet eens van de schrik bekomen, maar daar is de boeironding al. En dus gaat de genua omhoog, spinaker down en aan de wind de Eem in.
We houden het aardig, maar met mijn laarzen onder water in het gangboord vraag ik me af of een rifje niet een goed idee is.
In de kuip hebben ze het aardig onder controle, dus laten we het zo. Eem uit gaat lekker, kort rakje voor de wind zetten we de boom in de genua en dan kruisrak richting Nijkerk. Weer poetsen we de ramen en bijna lopen we uit het roer.
Tijdens de 24 uurs is mijn lummelbeslag gebroken en zodoende ben ik mijn reefhaken kwijt. Gelukkig ben ik wel van safety first en had ik een alternatief voorbereid.
Als we nog een keer bijna uit het roer lopen zetten we het rif en gelijk lopen we weer.
De Avanti is ietsiepietsie uitgelopen en dus moeten we iets anders doen dan zij. We maken een extra klappie, raken zo uit hun vuile wind en koersen nu richting dijk. Strak langs de visfuiken halen we de boei net, maar de Avanti blijft ons voor. Zo jagen we de rest van de tijd achter ze aan, inhalen doen we ze niet meer. Ook op ons wordt flink gejaagd en drie minuten voor tijd wordt het nog spannend ook. Om reglementair te finishen moeten we om half negen in de betonde vaargeul liggen. En de vaargeul is net wel, net niet bezeild. We worden opgejaagd door een schip dat net iets hoger kan dan wij. Heel langzaam dreigen we uit de geul te verlijeren, maar overstag gaan is 2e plek weggeven. En dus knijpen we de Gotcha langs de rand van de geul en tellen we de secondes af. Pffft, net gered.
In de kantine zijn de felicitaties kort, maar de verhalen des te mooier. Alle schepen en hun bemanning hebben gezien hoe we die Oosterse hap verorberden. En de een kan nog kleuriger vertellen van de neusdip als de ander. Mijn schoonvader laat zijn vrienden zijn natte mouw nog even voelen, terwijl we nog even nablussen met een biertje, want dat hoort bij een goeie chinees, niet dan?