Noorderzon schreef :
Ik begrijp de toepassing van long range wifi verbinding tussen RIB en moederschip. Persoonlijk vind ik het wel risicovol als je in onbekende gebieden met het moederschip in principe gewoon de RIB volgt. De veronderstelling is dat er dan sowieso een 'veilige' doorgang is.
Het komt weleens voor dat je in getijden gebieden gewoon een dag aan het surveyen bent met een RIB voordat je een geultje hebt gevonden. En vooral in koraal gebieden wil ik ook echt zitten broeden op satelliet beelden i.c.m. logs van RIB's. Het komt bijvoorbeeld voor dat ik een RIB er opnieuw op uit stuur om bijvoorbeeld de diepte van een bepaalde rots die ik op satellietfoto's zag te controleren: misschien is die diep genoeg om te negeren. Zo'n route uitstippelen is op dat schip dus echt een proces waar op een gegeven moment iets uitrolt waar je voldoende vertrouwen in hebt (vooral in koraal gebieden duurt dat voor mij wel even). Ook i.v.m. the middle of nowhere met veel mensen.
Daarnaast is het met meer dan 100 mensen die nautisch noob zijn ook belangrijk om gepland te varen. Onverwachte wijzigingen in een schema zijn moeilijk. Dat blijft voor mij als kapitein een beetje schipperen.
Duidelijk dat de verantwoordelijkheid voor schip en 100 opvarenden de nodige voorzichtigheid vereist. Het is niet mijn bedoeling om een "betere" manier aan te geven, maar misschien dat het volgende wat ideeen geeft ter aanvulling op je huidige werkwijze en mogelijk wat tijdsbesparing.
Het is natuurlijk niet de bedoeling dat het moederschip domweg de rib volgt.
Uitgangspunt is een als kap kaart gecalibreerde GE-image (van baai, lagune met rif enz.) zonder enige navigatie details. De kale kaart is zonder verdere gegevens onbruikbaar voor navigatie.
Er zijn maar een paar manieren om in zo'n kaart externe data te plotten:
1. Door overlay van bathymetric map (voor calibratie plaatsvindt).
2. M.b.v. standard NMEA WPL zinnen. De aldus gecreeerde waypoints behoeven niet waypoints te zijn om naartoe te navigeren, maar kunnen ook als markers gebruikt worden voor points of interest of gevaren zoals rotsen of andere onderwater obstakels.
De werkmethode voor gebieden met een hoge risico graad is meestal als volgt: De rib met datalogger volgt een zigzag vaarpatroon voor het verzamelen van xyz data (lat,long,depth). Bij elke GPS fix (1x/sec) wordt een record aangemaakt. De operator kan "stamps" toevoegen door indrukken van een datalogger toets. Stamps kunnen points of interest aangeven of om waypoints te genereren. De rib heeft vaak ook een plotter of tablet met nav app aan boord om het eigen track te controleren.
Wanneer een redelijke hoeveelheid random data is verzameld, keert de rib terug naar het moederschip. De random data wordt als csv file overgezet naar een computer. Uit de random data wordt op de computer met Surfer of equivalent een regelmatig grid gecreeerd en vervolgens op basis hiervan een bathymetric map (contourlijnen van de zeebodem). Deze wordt als overlay gebruikt op de GE-image en gecalibreerd. Door downloaden van de points of interest en waypoints (als WPLs) kan door observatie verkregen informatie worden toegevoegd. De afhankelijk van het stamp type automatisch aangemaakte beschrijvingsveld in de WPL wordt als tekst in de kaart weergegeven. Deze bestaat bijv. uit: UTC, diepte, type. Op dat moment is er al een redelijk bruikbare detail kaart voor navigatie ontstaan, maar natuurlijk niet 100% safe. Er wordt op basis hiervan een route bepaald, die eerst door de rib wordt gevaren (tegenwoordig soms met een plotter met side scan als extra controlemiddel). De rib kan via wifi real-time waypoints versturen die het moederschip kan volgen, of eerst terugkeren en de waypoints van datalogger downloaden om in de kaart te plotten. Pas dan gaat het moederschip de route volgen.
Sommige klanten maakten gebruik van USV's (Unmanned Surface Vehicles) met de datalogger uitgerust en sturen alle xyz data real-time via wifi.
Soms wordt bij gebieden met laag risico van vastlopen de bathymetric map fase overgeslagen. De rib met sidescanner vaart een proefroute. Als alles OK is vaart deze de route nogmaals over het eigen track en stuurt via wifi navigatie waypoints naar het moederschip om te plotten in de GE-image kaart.