Ton,
Een foto van de originele prentbriefkaart zou erg leuk zijn. Dan is een stukje van het raadsel opgelost, nou ja, raadsel.
Wij hebben ons altijd afgevraagd hoe het mogelijk was om in oorlogstijd naar Rotterdam te reizen, zo'n schilderij te maken, en weer terug naar Dordrecht te gaan. Toch wel een avontuur dacht ik.
Aan de VNS schepen die ik ken zijn wel verhalen verbonden. Neem de Amerskerk. Dat was een schip dat bij de Howaldtswerke in Hamburg werd gebouwd, toen de tweede wereldoorlog uitbrak. Schip werd opgelegd, en met Marshallhulp na de oorlog afgebouwd. Er werd een C3 installatie ingebouwd, d.w.z. Westinghouse turbines en 2 Foster Wheeler ketels.
Bij de VNS voer destijds een HWTK die dat schip heeft "uitgehaald". Ik weet z'n naam niet meer, maar die was zuinig!!! Overigens bijzonder kundig. Lag er een afgebrande lucifer op de plaat in de MK; hij raapte hem op en op zijn rondje door de MK gooide hij hem in één van de ketels door het kijkgat boven de branders.
Oude poetslappen, hout, alles wat brandde en door dat gat kon, hup, de ketel in. Bij een ketelsurvey zag je dan al die lappen overal tegen de pijpenbundels in de ketel hangen. Verkoold, maar toch. In de Rode zee bedacht deze HWTK dat ie door de sluiting van de machinkamerkappen in de MK een overdruk zou krijgen, een soort gesloten stookhold dus, waardoor hij toch zou besparen op brandstof. Dat het in de MK daardoor 5 graden warmer werd: "aanstellerij van die machinisten." Bij 42 graden celsius merk je die 5 graden extra héééééĺ goed. Dus het gebeurde dat de HWTK aan de buitenkant op dek de kappen stond te sluiten, en dat een machinist aan de binnenkant de kap weer open draaide. Soms tegelijk, maar tegen elkaar in. Stel je die situatie voor. Wij hadden daar een hele stevige assistent voor.
Vr.groet, peter