We liggen op zoet (Kagerplassen) en af en toe een paar dagen op zout. (Waddenzee) In het seizoen ook wel eens een maand op het Markeermeer/IJsselmeer. Dan laten we de boot doordeweeks achter in een jachthaven en elk weekend zeilt er een andere groep studenten op, soms wedstrijden.
De gladheid van het ows voordat de laatste laag erop ging was echt heel goed. Dit ondanks dat we met korrel 100 schuurden. We schuurden namelijk met de hand en met veel water, zo werd het alsnog heel glad. Misschien hebben we ook nog nageschuurd met korrel 180, dat weet ik niet meer. Eventuele krasjes worden gevuld door de verf. Als we de hele romp nog gaan gladschuren wil ik tot korrel 800 of 1200 gaan. En ja, het moet wel glad. Ruw is langzaam. De literatuur is hier eenduidig over. Zéker voor hoge reynoldsgetallen. Een sinaasappelhuid op de verflaag heeft weinig te maken met een haaienhuid.
Ik lag onlangs de tip om vlak na het rollen de verf na te trekken met een schuimkwast, ramentrekker of ruitenwisser. Heeft iemand hier ervaring mee?
Wat betreft die haaienhuid;
Ten eerste wil ik stellen dat je dat nooit goed na kunt maken met de ruwheid van een gewone verflaag. Het effect van een nagemaakte haaienhuid is op te splitsen in twee delen; het effect van harde ribbels zoals die wel eens zijn aangebracht op bijvoorbeeld America's Cup-boten, en het effect van flexibele ribbels. De harde ribbels hebben waarschijnlijk een effect op de frequentieverdeling van de turbulentie in de grenslaag, waardoor deze dunner blijft. Het helpt maar een klein beetje, en bovendien slechts onder bepaalde omstandigheden. De flexibele ribbels dempen waarschijnlijk de turbulentie in de grenslaag, waardoor deze wederom dunner blijft. Dit heeft veel meer effect. Het onderzoek hiernaar is nog vrij jong. Er lijkt ook potentie te zitten in slijmerige coatings en siliconen etc.