Twee x bijna brand, nou ja, de tweede was echt.
1e, de Sprinta met een uit-inschuif keukenblok, onder het varen water gekookt op de Origo.
Daarna keteltje met een kleinvuurtje er onder nog even laten staan.
Niets aan de hand, met de ketel er op kan het blokje niet inschuiven,
Voor spoelen laatste beetje water gebruikt, ketel opgeborgen en ..........., blokje voor de helft ingeschoven.
Dat blokje verdwijnt onde de kuipbank moet je weten.
Ik weet niet meer hoe, maar ik voelde onraad, ik denk dat de kuipbank een beetje warm werd of zo, of een geurtje, dat weet ik niet meer.
Als de weerlicht het keukenblok weer uit de kast, viel gelukkig mee, geen schade, maar had anders af kunnen lopen.
Daarna altijd direct die lapjes op de origo, zie een ander draadje.
2e, voor anker achter de steile bank, eerste vakantienacht 2014.
Nieuwe voorraden ingelagen, waar onder wijn en , eigenlijk voor tijdens de forummeet, plastic wijnglazen met een los voetje.
Wegwerpspul, dat snap je wel.
Na een paar wijntjes nog even koffie zetten in een sumier verlichte kombuis, halogeen lampjes, vandaar.
Stroom sparen achter het anker.
Bij het open maken van een van de kastjes hoor ik wel iets vallen, iets lichts, geen aandacht aan geschonken.
Het koffie keteltje staat op het gas in dit geval,
Het schemert al aardig , ik ga de kuip in om de vlag te strijken, etiquette hoort er bij niet waar.
Dan hoor ik de schipperse, die lag te dommelen, roepen, BRAND, ik stiefel de kajuit weer in en zie een dikke vlam naast de ketel.
Direct gas uit en in een flits denk ik, branddeken, die hangt onder handbereik.
Dan zie ineens wat het is, het plastic voetje van dat verdomde wijnlas is op de kookplaat gevallen in het donker en is gaan fikken door de gasvlam.
Met een ferme teug lucht blaas ik het smeltende restand uit.
Pfff, net op tijd, de lucht in de boot is niet te harden.
Nu nog vindt ik in sommige hoekjes de roetsporen, wat een zo, stom plasic frutseltje teweeg kan brengen.
Resumee, geen tweedelige plastic wijbekers meer, die zij direct in de kliko.
Maar belangrijker, altijd wacht houden als er een vuurtje brandt, en niet een aan dek en de ander half slapend.