Sunday schreef :
Kwam ik tegen, beschrijft een aantal leuke bijboten:
www.wavetrain.net/component/co...dinghy-does-it-exist
Portland Pudgee, de "Nederlandse" DinghyGo, de Tinker (jaja buurman!) en nog zo wat.
De ideale bijboot is voor mij in ieder geval niet de obligatie en alomtegenwoordige rubberboot.
Die zijn vooral ontworpen om te blijven drijven, met zoveel mogelijk lading aan boord, waarbij ze zo stabiel zijn dat ze niet omkukelen.
Je voelt aan je water dat zoiets nooit goed kàn varen, laat staan zeilen.
Op een klein moederschip wordt het een nog groter dilemma.
Het ideaal lijkt mij een bijboot die je makkelijk aan dek kan nemen en die daar in (bijna gebruiksklare toestand) zonder al te veel in de weg te liggen kan blijven zo lang als nodig is.
In dat kader ben ik al jaren van plan een nesting dinghy te maken.
In de praktijk kunnen heel veel bootjes van het type Optimist of Piraat worden omgevormd tot nesting dinghies door er op een strategische plek twee schotten in te lamineren, met een paar mm piepschuim er tussen. Vervolgens zet je er de zaag in en zaag je, tussen die schotten en door het piepschuim de boot in tweeën. Als het bootje een zwaardkast heeft is de ideale plek klem achter de zwaardkast. Bij de meeste van die bootjes staat de zwaardkast vrij ver naar voren, omdat het mastje ook vrij ver naar voren staat (er hoort een klein logger- of cattuigje op). De achterkant van de zwaardkast zit dus voor de plek waar het bootje zijn grootste breedte bereikt. Hierdoor past, na het doormidden zagen, de voorkant altijd in de achterkant.
Helften voor gebruik weer aan elkaar bevestigen met strategisch geplaatste bouten en (vleugel-)moeren, met een neopreen ring (zelf stansen uit een lapje neopreen) aan beiden kanten (onder boutkop en moer). Als de schotten die de naad tussen voor en achter vormen, boven de waterlijn eindigen ben je keurig waterdicht.
Nou zijn Piraat en Optimist wat mij betreft niet de meest optimale voorbeelden, maar bijvoorbeeld Jacques Mertens en Danny Green hebben bijboten getekend die òf al zijn ontworpen als nesting dinghy, of makkelijk tot zoiets kunnen worden omgevormd. Bootjes met een lichte v-bodem, waardoor ze drie knikken hebben in plaats van twee en daardoor veel makkelijk in stitch-and-glue en grotendeels spantloos te bouwen zijn.
Zo'n bootje van pakweg 2.40 x 1.20 zou niet veel meer dan 15 - 20 kg hoeven te wegen, als je het bouwt van 4 mm triplex met een laag glasweefsel binnen en buiten. Dat is lichter dan een rubberboot van die maat. Het roeit en zeilt beter en neemt (nested) niet eens zoveel meer plaats in dan een opgevouwen rubberboot (pakket van 1.40 x 1.20 x 0.35 m.)
Ik hoop met een jaartje een voorbeeldje te kunnen tonen.