kvertaalt schreef :
...
‘Unfurl the mizzen mid-gallant, haul in the for’ard bleachers, make fast the jib-cleats, double-up the yardarm stays and hold a course nineteen degrees north-north-west – there’s a hard blow rising to larboard that’ll shake the teeth from our heads if we don’t face her down!’
Veel piraten hadden een schip ongeveer als dit:
Formeel is dit een brigantijn, varianten zijn schoenerbrik en brik. In de tegenwoordige tijd zijn meestal de marsen en brammen gedeeld in ondermars, bovenmars, bram en royal, maar in de piratentijd nog niet. Kleine snelle schepen die ook goed aan de wind konden varen, waren favoriet bij de piraten.
Eerst maar even de woorden op een rijtje:
- the mizzen is de bezaanmast, de achterste mast.
- mid-gallant bestaat niet, wel topgallant: het ra-zeil aan de derde
steng vanaf dek gezien: de bram of bramzeil
- forward bleachers - geen scheepsuitdrukking, uitschuifbare tribune
NB met 'bleechers' kunnen 'blokken' bedoeld zijn, waar een lijn/schoot doorheen gaat
- jib-cleats - voorzeil kikkers of pinnen (waarop je de schoot belegd)
- yard-arm - buitenste deel van een ra, wordt vastgezet met brassen, niet met
- stays - stagen die de mast ondersteunen
- 19 graden is NNO, niet NNW
- larboard -bakboord
- face her down - afrekenen, overwinnen
De logica om een zeil te zetten als de wind toeneemt, ontgaat me. Er zijn 2 methoden om met een vierkant getuigd schip te varen bij harde wind:
1. aan de wind is ongebruikelijk, maar het kan.
2. met ruime wind weglopen is verstandiger.
In beide gevallen worden alle razeilen gestreken behalve de marsen, worden de
stengen geschoten.
Bij 1. zet je zo nodig achter wat extra zeil, bv de bezaan (maar zeker niet de topgallant), bij 2 zorg je voor meer druk op het voorschip, door achter meer zeil weg te nemen.
Mijn vrije vertaling:
Strijk het bezaan-bramzeil, schiet de stengen, maak de fokkeschoten goed vast, verdubbel de brassen en zet een koers NNW - er komt een harde wind van bakboord die de zeilen uit de lijken blazen als we niet oppassen.