Onderwerp: Electrische schema - ader en kabelmarkeringen

Ik heb een begin gemaakt de electrische installatie van mijn boot op schema te zetten. Deze is netjes, degelijk en heel logisch aangelegd, echter een schema en draadmarkeringen ontbreken.

Hieronder een deel van de "DC distributie" achter het paneel. Het is nog lang niet klaar, aderkleuren, diktes en hoe deze aders bij de gebruikers komen ontbreken bv nog.

Wat ook ontbreekt (in het schema en in het echt) zijn adermarkeringen om te herkennen wat een draad doet en waar deze aangesloten hoort te zijn.

Wat is nu het handigst te doen daarvoor om, in combinatie met een schema, fatsoenlijk problemen op te kunnen lossen? Het DC systeem gebruikt voor zover ik nu heb gezien nergens kabels met meer dan 2 (plus en min) aders (alleen windset etc); ik denk dat adermarkeringen voldoende zijn en ik kabels geen aparte namen hoef te geven.

Wie heeft goede voorbeelden?

Optie simpel:
Elke unieke ader tussen twee apparaten/terminals een uniek nummer geven. Aan beide einden van deze ader dit nummer printen. Functie en waartussen deze ader loopt kan uit het schema worden gehaald.

Optie uitgebreider:
Elke elecrische functie een naam geven en aan beide uiteinden printen waar aan welk apparaat deze horen. Bv "DEKLICHT / P1.S4" en aan andere kant "TB1.6 / DEKLICHT" Het panel heet in dit voorbeeld dan P1 en de terinalstrip TB1.

Wat werkt goed in de praktijk? Mijn eerdere franse boot had alleen adernummers, deze leken arbitrair; ik geloof dat Bosch dit met haar automotive installaties ook zo doet.




Beneteau draadoverzicht (geen schema in owners manual):


en bijbehorende lokatietekening:

Mijn ervaring met bekabeling in gebouwen is dat je de nummering het beste zo generiek mogelijk kunt houden; er veranderen in de loop van de tijd altijd wel dingen waardoor functionele benamingen niet meer gaan kloppen. En dan daarnaast een goed schema maken en onderhouden van wat waarvoor dient.

koelkast?

Optie 3, op de ader de locatie waarop die is aangesloten aanbrengen.
Bijvoorbeeld, X1-1, klem 1 van klemmenstrook 1.
Beide uiteinde van de draad krijgen dus verschillende coderingen.
Voordeel is dat je weet waar je een losgehaalde draad vast moet maken schema.

Overigens passen we bij mijn werk (elektrisch installatie bedrijf in de scheepvaart) optie 1 toe.
Elke ader krijgt een uniek nummer.
Dit nummer wordt gegeneerd door ons tekenpakket.

Toevallig ben ik juist met hetzelfde bezig. Er is nog zoveel onduidelijk en niet in de beton epoxy gegoten dat ik gewoon ben begonnen met nummeren, jouw optie 1 dus. Markering doe ik met Dymo XTL krimpkous.

PvO schreef :
+1

Wij hadden vroeger een codering uit 3 letters en 3 cijfers
de 3 letter waren een gevoelsmatige afkorting van de functie.
MK = machine kamer
GNG = gang
SH = stuurhuis
NAV = navigatieruimte
WAS = was & droogruimte
ADK = achterdek
MDK = middendek
VDK = voordek

etc.

1e cijfer was de spanning soort, 12VDC, 24VDC, 230VAC, 400VAC.
2e cijfer was het deknummer
3e cijfer was het ruimte nummer

Dus met 6 caracters kon je het hele schip duiden.

Ik kon de lijst niet meer zo snel vinden.

Dat zal meer voor kabels door het schip dan draad in een paneel geweest zijn, vermoed ik zo.