Onderwerp: Genaker

Vandaag heb ik pas voor het eerst gezeild met een genaker, ik weet er dus niet echt veel vanaf...
Mijn vraag is, hoe hoort je genaker te staan, wanneer gebruik je hem. Heeft ie voor of nadelen,...?

Wil erg graag iets meer er over leren, dan kan ik volgende week en de weken daarop iets meer oefenen ermee!

Eigenlijk geen ervaring met een genaker, enige nadeel wat ik ken is dat je niet voor de wind kan varen. Voordeel is dat je wel hoger dan een spinaker kan varen.

Groet,

Eric

Heb vandaag voor het eerst op de Vago gezeild, zit ook genaker op dus, en dat je niet voor de wind kan maakt niet erg veel uit. De Vago kan hoog aan de wind, alleen voor de wind wordt ie überhaupt erg onstabiel...
Eigenlijk moet je afkruisen wil je een beetje lekker gaan. In planee gaat het wel lekker stabiel trouwens, maarja, dat kan niet altijd..

Tja, dat kan een lang verhaal worden.

Hoe vaar je hem?
De schoot zo los mogelijk. Bij een waggelende koerse (weinig wind maar wel golven) iets strakker zetten om wat vergevingsgezinder te zijn.

Hoe ruimer de koers hoe losser de tackline op de boeg.

Als die gaat killen aan de luff dan moet ie als eerste in het midden gaan killen. Begint het killen boven aan of onderaan dan spelen met de een "tweaker" als je die hebt. Dat is een lijntje waarmee je de schoot wat meer naar dek kan trekken om de genaker wat "dichter te krijgen.

Weet wel dat "Genaker" in de volksmond een term is voor bijna al het andere dan een symetrische spinaker. De ene Geny is de andere dus niet. De vlakkere varen hoger aan de wind tot iets ruime wind (reachen) en de vollere zijn gesneden voor net geen halve wind tot zeer diep.

Als ze zo vlak zijn dat je ze kan "furlen" is het vaak een "top genua" voor het aan de windse werk bij licht weer of een code zero die daarna wordt gezet tussen een top genua en een spinaker.

De variaties verschillen dus in:
- boller of vlakker gesneden;
- fractionele of top genakers (niet of wel tot boven in de mast)
- in oppervlak, vaak voor hoe ruimer de koers hoe groter ze worden
- wel (genaker) of niet (asymetrische Spi) op een boegspriet(je)
- materiaal, de furlers zijn vaak van laminaat doek, de reachers en de runners van regulier spinaker doek

FF googelen en je bent een stuk wijzer.

Michel

Let er bij een genaker op dat je geen rekkende vallen hebt. Speling op de randen van de genaker maken hem erg instabiel op hogere koersen. Ook een sterk buigende boegspriet is zo'n onding die je zeil onrustig maakt.
Pieter

En met harde wind: Je kan het beste gijpen als je gezond verstand zegt dat je daar veel te hard voor gaat... Wel nauwkeurig sturen, anders heb je zwemles...

Wij varen nu 2 jaar met een Topper ISO skiff.. (SW 95, wat dat betreft te vergelijken met een 29er).
Het verhaal van Beauty is prima verhaal, ik zal daar nog wat op aanvullen.
De Asymmetrische spi (zoals ie eigenlijk heet) is erg makkelijk bij het hijsen en binnen halen (1 lijn systeem en een slurf) Bij sommige boten zit ie niet in een slurf (Laser 4 en 5000) en dan moet je hem als fokkenist als een normale spi binnen halen..)
Het grote voordeel van een Gennaker komt pas tot zijn recht bij echt snelle boten die met windsnelheid of meer varen... Kijk maar eens op youtube etc... of wat degelijker instructie video's over skiff zeilen)
De spi moet zo los staan dat ie zo bol mogelijk staat zonder te killen. Hoe harder je gaat hoe verder je hem dicht trekt om killen te voorkomen. Start ergen halve/ ruime wind. Trek je bootje vol in plane (recht houden en zo hoog varen dat je hem precies vlak kan varen, Hellen naar lei is slecht (omdat je dan "uit plane valt") Vol in plane gaat het steeds harder en je kunt dan steeds verder afvallen (tov werkelijke wind) Kijk je naar je vaantje zul je zie dat ie de schijnbare wind steeds verder naar voren wijst.. Op de schijnbare wind zet je ook je fok en je grootzeil (taak stuurman in een single trapeze boot) die dus steeds meer midscheeps komt. (deze manier van zeilen is in de boeken van Bethwaite (high performance sailing) de schijnbare wind revolutie genoemd.... Zit je eenmaal in deze modus kun je steeds meer zeil gebruiken en steeds harder gaan. (18 ft skiff heeft opp. van de Gennaker daarom ook vrijgelaten... de daredevils mogen hun gang gaan). Het wordt echter ook allemaal steeds kritischer... Gijpen met volle snelheid gaat veel beter dan indien niet op snelheid, maar in vergelijking met een "normale" zeilboot is de timing veel kritischer... 1 seconde te laat/ te vroeg uit de trapeze betekent zwemmen (en dat doen we nog steeds geregeld boven de 4-5 Bf) De kick is echter waanzinnig.
voordeel van een lichte skiff (70 kg) is dat ie veel sneller accelereert in een vlaag (en dus sneller stabiel is) nadeel is dat ie instabieler is wanner ie niet in plane is... en dat is dus ook erg wennen.
Mooie boten zijn natuurlijk de '9ers. Ook mooi om eenheidsklasse te zeilen. Ook de verschillende RS boten worden populairder (en zijn erg mooi gebouwd.
Wij zeilen een Topper ISO omdat ie de meeste lol per euro geeft... Ouder concept, zwaarder maar wel vleugels en een de Lol (130-180 kg). Hoe meer techniek je hebt hoe minder kilo's je nodig hebt. Het sleuren aan de Genaker is met 5 Bf een goede vervanger voor de sportschool.
Voor de jeugd is wat dat betreft wellicht een Buzz een idee.