Onderwerp: Vergelijk Optima 101/Optima 106/Dehler 34

Ik ben geinteresseerd in een Dehler 34 van eind jaren 80/begin 90.
Nu zijn er drie verschillende types in de markt. Wie kan mij het verschil vertellen tussen een Optima 101 en een Optima 106/Dehler 34.
Ik lees overal dat de romp hetzelfde is. Maar waar komt die 50 cm lengte verschil vandaan? En wat zijn de verschillen in zeilen en zeileigenschappen en waarom? En de kuip, welke heeft een ruime kuip?
En uiteraard het interieur en de lengte van de bedden. Wij hebben 3 jongens die natuurlijk nog langer worden en zelf ben ik ook 1.96 mtr. dus niet onbelangrijk.
Momenteel zit er een naardig verschil in vraagprijs tussen een 101 en een 106/Dehler 34. Zit em dat alleen in de leeftijd?

Graag jullie reactie en bij voorbaat dank!

Wij hadden een Optima 101 nieuw van 1986, 4 jaar gevaren. Snel jacht MAAR let op o.a de klapbare mastvoet, haakterminals onder en topwant. Zijn bij ons schip zeer zwak gebleken! Heeft ca. 2 uur op een zandbank op en neer gestampt bij windkr. 6, geen schade aan romp/ kiel. Sterke constructie dus.
Bij de 106 zijn verbeteringen ( dikker materiaal ) aan mastvoet en haakterminals toegepast.

Rompvormen zijn inderdaad hetzelfde. De Optima 101 is de eerste zogenaamde toervariant van de DB2.
Niet de haakterminals maar de mastverankeringsplaatjes kunnen bij de Optima 101 een aandachtspunt zijn. In de meeste gevallen zullen deze echter al vervangen zijn door steviger exemplaren.
De belanrijkste verschillen tussen de optima 101 en 106/34 betreffen de indeling van de kajuit en de het kajuitdak (plaatsing luiken)
De 101 heeft nog een klassieke indeling met de natte cel voor de mast en een 'open' achterkajuit (afgesloten met gordijntje). De 106/34 heeft de natte cel naast de kajuitingang en een met een deurtje afgesloten achterkajuit.
Aan dek heeft de optima 101 een schuifluik direct achter de mast en een vluchtluik direct voor de mast. Bij de 106/34 is het schuifluik direct achter de mast vervallen en zitten daarvoor in de plaats twee vluchtluiken voor de mast. Dit heeft zowel voor als nadelen.
Nadelen 101:
- Door schuifluik achter de mast scherpere hoeken bij valgeleiding (hierdoor lopen de vallen iets zwaarder).
- Schuifluik achter de mast gevoelig voor lekkage bij veel overkomend water.
Voordelen 101:
- Vluchtluik niet boven de kooien dus bij geringe lekkage (luik nog open bij toch wat hoger golfje dan ingeschat) niet meteen natte kussens.
- Schuifluik achter de mast kan langer open blijven tijdens het zeilen dan luiken voor de mast zodat langer goede ventilatie mogelijk is.

De indeling van natte cel voor of achterin de kajuit is wat mij betreft vooral een kwestie van smaak. De lengte van de kooien is voor zover ik weet bij alle typen ongeveer gelijk en minstens 2 meter.

De 34 heeft een iets langere mast dan de 101, of dit voor de 106 ook geldt weet ik niet zeker. Verder zijn er nog wat verschillende kiel een roervormen in omloop. Voor zover ik weet verschillen deze zelfs binnen de type aanduidingen nog wel eens. De rompen zijn van alle typen zijn ondanks de verschillen in lengte duiding alle even lang.

Er bestaat ook nog een Dehler 34 JV dit is een veel jonger ontwerp met een compleet andere rompvorm.

Er bestaat overigens een zeer actieve club voor dehlerzeiler met een website die een schat aan informatie bevat. Zeker als je serieus een dehler overweegt een aanrader om eens te bezoeken. www.dehlerclub.nl