Twee weken geleden hebben we een oude Banner 26 gekocht, en afgelopen weekend hebben we de boot gehaald. We wonen in Denemarken, bij Aalborg in de buurt. De boot lag helemaal bij Ebeltoft, dat is ergens in het midden van Jutland aan de oostkust. Erik had een lang weekend vrij, daarom konden we donderdagmiddag er al naartoe gaan en toen hadden we drie dagen om hem terug te zeilen.
Dit was ons avontuur :
Donderdagavond kwamen we aan in Ebeltoft, waar de vorige eigenaar hem klaar zou hebben liggen. Maar er zat geen benzine in, het gas om op te koken was bijna op, de accu´s voor de instrumenten en de verlichting waren leeg. Dus heeft hij ons even naar een tankstation gereden om benzine en gas te kopen. Aan de accu´s was even niks te doen, er was geen stroom in de haven zei hij, dus de eerste dag hebben we zonder instrumenten gezeild. Gelukkig was de GPS zo´n ding dat eruit ziet als een mobiele telefoon en het werkte op batterijen. Dus misten we eigenlijk alleen de dieptemeter.
Vrijdagochtend de zeilen klaargemaakt en vertrokken. De haven in Ebeltoft kan je alleen verlaten door een sluisje. We kwamen daar aan, zagen niemand, geen sluiswachter of wat ook, dus we legden de boot in de sluis en Erik dacht even te gaan plassen. Maar in no time was er een tweede boot ook in de sluis en Erik was nog geen halve minuut weg of ik zag de sluisdeuren achter me dichtgaan. Dus ik spring uit de boot, ren naar Erik, zeg dat hij NU moet komen, ren terug en daar hing onze boot al bijna boven het water. Gelukkig was de sluiswachter wakker en pompte onmiddellijk extra water in de sluis. Dus goed afgelopen. Maar jee, zonder enige waarschuwing die sluis starten terwijl je kan zien dat er niemand op de boot is, beetje dom van die meneer? OK, dat was onze eerste fout
Toen moesten we vervolgens door een HEEL smalle geul tussen twee ondieptes, dat moest uiteraard op de motor. Dat ging goed. En daarna waren we op zee en konden we voor de wind wegzeilen. Dat was om 10.00 uur.
Om 17.00 uur waren we bij Grenaa, het was prachtig weer maar erg weinig wind en de hele tijd voor de wind varen met zwakke wind vind ik vervelend. Gek genoeg draaide de wind om 4 uur zo´n 90 graden en werd ook iets sterker en voeren we lekker een uur met halve wind, dat was fijn.
Perfecte landing in Grenaa, benzine ingeslagen (lastig hoor, we moeten altijd naar een tankstation lopen want in de meeste havens verkopen ze alleen diesel), vroeg naar bed.
Zaterdag was het hetzelfde weer. Deze keer al om 8.30 vertrokken en de zee overgestoken, we zagen nergens land, met de GPS gemikt op Ă˜ster Hurup en dat lukte fantastisch. Geweldig was dat, nergens een boot te zien, nergens land, helemaal niks alleen wij en de boot. Jammer genoeg geen dolfijnen of zeehonden. Alleen weer de hele tijd voor de wind. En op de motor varen, want soms lagen we maar wat te dobberen. Totdat Erik toch maar even controleerde hoeveel benzine we eigenlijk nog hadden. Nou, 1 centimer in de tank nog maar! Daar schrokken we wel van, want we hadden gehoord dat de motor ongeveer 1 liter op 1 uur varen gebruikte, dat was echter minstens 2 of 3 liter per uur.
Dus moesten we verder dobberen want we wilden de benzien bewaren om de haven in te lopen. Maar we hadden geluk, er stond een stroming die de goede kant opging, en die nam ons heel langzaam mee naar de overkant. Op die manier waren we toch nog voor het donker, om ongeveer 8 uur, in de haven, dat moest ook want de accu´s zijn oud en niet meer op te laden zo hadden we ontdekt, dus we hebben geen mastlicht.
Wederom perfecte landing in de haven.
Zondag wilden we de thuishaven bereiken. We waren echter een beetje lui en gingen pas om 11 uur weg. Alweer voor de wind.....maar dit keer na een paar uur varen een behoorlijke wind. Toen we bij de ingang van het Limfjord kwamen (dat was om 3 uur), draaide de wind met ons mee en blies ons zo het Limfjord in. Erg aardig van de wind, maarre...toen we net een kilometer in het fjord waren draaide de wind weer, nu helemaal naar west! Dus toen hadden we ineens wind tegen, en het fjord is heel smal. Je kan wel zeilen, maar opkruisen tegen de wind (en de stroom) in met de genua was moeilijk, het lukte ons maar net om voorbij de pont te komen die daar heen en weer ging
. En ik durfde daar even geen fokken te gaan verwisselen op de punt van de boot.
Bovendien had Erik de maandag voor we weggingen gevoetbald en waarschijnlijk een rib gebroken, dus hij kon ook niet zoveel kracht zetten om de fok aan te trekken. Als ik vroeg, kan de fok wat strakker zei hij gewoon 'Nee'.
Daarom gingen we maar op de motor varen. We dachten dat we nu wel wisten hoeveel benzine hij gebruikte en geloofden dan ook dat we genoeg hadden.
Omdat het Limfjord aan de zijkanten erg ondiep is, moet je goed opletten als je geen dieptemeter hebt, er zijn wel veel boeien maar niet overal. Maar dat ging goed.
Na een paar uur begon het behoorlijk vervelend te worden, saai landschap, allemaal vieze industrie en het begon hard te regenen en het was toch koud! Dus gaf Erik het roer aan mij om even warm te worden met een kop koffie in de kajuit. Tja... en toen stopte de motor. Eerst dachten we dat de benzine op was, maar nee... ik was vastgelopen op ondiepe grond. Erik startte de motor opnieuw (dat ging!) en zette hem in zijn achteruit en toen waren we weer los.... gelukkig!
Toen durfde Erik het roer niet meer aan mij te geven, maar hij moest af en toe wel want het was gewoon te koud om steeds aan het roer te zitten. En ik deed het natuurlijk geen tweede keer.
Al met al was het al kwart over 8, dus zo´n 4 uur zwoegen op de motor tegen de wind en de regen en de stroom in. We waren op de lelijkste plaats van Aalborg, de grote oliehaven. En toen stopte de motor weer... en nu hadden we echt geen benzine meer. Gauw het zeil gehesen en naar de kant gestuurd, waar we aanlegden tegen een enorm hoge kade met van die grote vrachtautobanden eraan.
Tja, wat nu? Eng hoor, stel je voor dat er zo´n grote olietanker op je af komt! Dus ik onze haven bellen om te vragen of ze het telefoonnummer van de Aalborg industriehaven hadden, en wie krijg ik aan de telefoon? De baas van de Aalborg industriehaven, had ik toch thuis per ongeluk het verkeerde telefoonnummer opgeschreven! Die man was zo aardig, hij kwam binnen een kwartier met zijn auto naar ons toe, nam Erik mee naar een benzinestation om benzine te kopen en bracht hem weer terug naar de boot, en vertelde ons waar we een eindje verderop aan een andere kade konden aanleggen om daar veilig de nacht door te brengen. Want we konden niet meer naar onze eigen haven, want dan moet je onder twee enorme bruggen door en die zijn gesloten tussen 9 uur ´s avonds en 5 uur ´s ochtends.
Dus wij weer varen, dat was maar tien minuten, toen waren we er al. Maarre.... er lag ook een ENORM schip dat cement maakte. Daar gingen we maar een veilig eindje bij vandaan liggen.
Toen probeerden we te slapen, maar ik was de hele tijd bang dat dat cement-schip zou vertrekken en zoveel golven zou veroorzaken dat ons bootje tegen de kade te pletter zou slaan. En ja, om 6 uur ´s ochtends begon de boot toch te bonken! We schrokken wakker en gingen er meteen vandoor. Maar het was niet het cementschip, het bleek dat we naast een waterafvoer geparkeerd lagen en daar kwam ineens een heleboel water uit... gek hoor. (En ja, we hadden natuurlijk wel stootwillen, maar die sprongen na de eerste klap omhoog aan hun touwtje, dus bij de tweede klap waren ze weg, de derde klap vingen ze weer op enzovoorts...)
Nu hadden we geluk, want ik belde de brugwachter van de eerste brug en die zei dat als we snel waren, we meteen onder de brug doormochten. Tien minuten hadden we, dat haalden we precies! Het spitsverkeer was namelijk al op gang aan het komen en dan doen ze de brug anderhalf uur lang niet open. Zelfs nu, zo vroeg nog, veroorzaakten wij met ons kleine bootje al een hele file daarboven op die enorme brug.
Tien minuten later waren we bij de tweede brug, dat was een spoorbrug, daar moesten we even wachten omdat er eerst 3 treinen langs moesten.
Uiteindelijk waren we 35 minuten na vertrek van onze nachtplaats in onze haven! Zo dichtbij waren we...
Erik stelde voor om de boot maar even de boot te laten, naar huis te gaan om warm te worden en later terug te komen om alles op te ruimen. En dat hebben we dus gedaan.
De volgende dag moest Erik naar de dokter omdat zijn rib echt meer pijn deed dan in het begin. Gelukkig was het allemaal in orde, geen longproblemen, maar toch maar even niet zeilen.
Het was ZO leuk! Het was echt geweldig, en we zijn heel gelukkig met ons bootje. Daar gaan we hoop ik nog wel plezier van beleven. Ze is oud en moet nodig geverfd, wat kleine reparaties omdat alles zo oud is maar verder heel solide, zeilt fijn, de zeilen zijn goed en de motor is fantastisch betrouwbaar gebleken (behalve dan dat hij benzine SLURPT). De boot heet Frk. Larsen.
Maar eigenlijk weten we maar zo heel erg weinig van boten... ik kan een beetje zeilen en Erik heeft een motorbootje gehad, maar dat is het dan wel. Dus jullie zullen me nog wel vaker zien met allerlei vragen