Hier nu de wat uitgebreidere versie van mijn verslag.
Woensdagavond melden ik, wybeslot en mijn vriend ons bij schipper Dekadent. Opstapper nummer 4, Kapitein Bob, is dan al ter plaatse. Opstapper nummer 5, Mariëtte, zal zich de volgende ochtend om 6 uur bij ons melden. Na een kleine tochtplanning gaan we nuchter en fris naar bed.
De volgende ochtend, staan we om 6 uur fris en fruitig weer klaar. We gaan op weg naar ons doel voor die dag: De Veerhaven. Daar kunnen we overnachten, en vroeg vertrekken, zonder dat er nog bruggen en sluizen in de weg zitten. Rustig varen we door een ontwakend Zuid-holland.
Het gaat voorspoedig met al die bruggen en sluizen! Zo voorspoedig, dat we al vroeg in de middag in de Veerhaven aankomen. Dekadent stelt voor om dan meteen maar door te karren naar Engeland, en ook een bezoekje te brengen aan Ipswich. En zo varen we na enkele uurtjes, de grootste haven ter wereld uit. Spannend!
Zeeschepen: Groot, groter, grootst.
Kranen op de Nieuwe Maasvlakte.
Gelukkig is de wind rustig. Geen golven. Zo varen we de avond en de nacht in. Een prachtige sterrenhemel komt tevoorschijn. Het schuim onder onze boot licht op. Magisch. Helemaal alleen op de grote zee. Dit is waar ik het voor doe. Om half twee is onze wacht afgelopen en duik ik mijn kooi in.
De volgende ochtend is de zon alweer op. Het is bijna juni, dus belachelijk korte nachtjes. Ik zie een paar meeuwen. Dat betekent dat we bij land in de buurt komen! Ook horen we IlCigno over de marifoon, hij roept ons op. We zenden terug, maar hij hoort ons niet.
De koers is minder comfortabel, zo recht voor de wind. Ik voel een lichte
opkomen. Een klein dutje verhelpt dat probleem, maar een lastige koers blijft het.
Voorbij het windmolenpark zien we een wit vierkant opdoemen. Is dat nou een schip, of zien we werkelijk waar een gebouw op het land? (Later lees ik dat het waarschijnlijk een grote kerncentrale is, een duidelijk herkenningpunt vanaf zee. Dekadent zegt dat het misschien wel de centrale van Sellafield is. Maar lag die niet aan de oostkust? Jawel, maar volgens Dekadent draaien ze in Engeland alles om. Vandaar!)
Langzaam krijgt onze kerncentrale gezelschap van een heuse kustlijn. Tussen de ferry’s en brulboeien door (die brullen niet, maar zeggen ‘hoe, hoe’
) manouveren we de Orwell op. Met vol tuig racen we wat andere jachies eruit. Na een paar mijl duikt de Orwell Bridge op. Hier strijken we de zeilen.
De containerterminal van Felixstowe.
Daarna is het goed eten en drinken in Ipswich. Vriendelijke mensen ook. Voldaan duiken we onze kooi in.
‘Cock and Rye’, ‘Butt & Oyster’.. Als 13-jarige had ik flink wat afgegniffeld om de namen van de kroegen hier.
Hier worden dus de strijkijzers gemaakt.
De volgende dag zakken we de Orwell weer af naar Shotley. Nog even de wereldberoemde Butt&Oyster aan doen. Leuke kroeg. Lekker eten. Leuke wandeling erheen. Maar wat er nu zo wereldberoemd aan is?
Als we weer zijn vertrokken komen we IlCigno tegen. We vertellen hem dat het bier in de Butt&Oyster op is, en dat ie beter terug kan gaan naar Shotley.
Wie we ook tegenkomen: De Oosterschelde, die al in de Veerhaven lag. Een statige dame, zoals forumlid tonsr ook al opmerkte.
Daarna meren we aan in Shotley Marina. Tijd voor een havenbiertje met Zonsnel, IlCigno en hun crews. Daarna zetten Dekadent, Marriet en ik ons aan het bereiden van een maaltijd, onder het genot van een heerlijk toastje. Na de maaltijd is het (alweer!) tijd voor bier. Op naar de Shipwreck Inn. Na 1 minuut stilte te hebben gehouden voor onze overleden biertjes, toasten we op deze prachtige tocht. Daarna gezellig kletsen met andere forumleden.
Veel mensen vinden het niks, al die industrie, maar het levert toch een aantal aardige plaatjes op.
En jammer maar helaas, we moeten weer terug. Net voor de winkel in de marina open gaat, gaan we weer door de sluis. We moeten het eerste stuk flink kruisen. Na de Northern Shipwash kunnen we gelukkig wel oostelijk varen. De koers is nu ook comfortabeler. Tenminste, als er wind is. En die gaat er in de loop van de nacht vanaf. We horen een oproep van Toxiq, die zonder motor en wind ronddobbert. Het zal je maar overkomen..
De Oosterschelde. Ditmaal op de terugweg.
De ferry kwamen we ook meerdere malen tegen.
Zoals voor de meeste ZF schepen eindigt de tocht voor ons vrij spannend, met mist. Vooral als je dan de drukste haven ter wereld wilt binnenlopen wordt het vrij hectisch. Ik en mijn vriend slapen echter volledig door alle hectiek heen… Na de Maaslandkering trekt de mist op.
En ja hoor, daar is ze weer, de Oosterschelde. Ze is gezellig met ons meegereisd.
Stijlvolle pakjesboot, vermoedelijk eigendom van de heer S. Nicolaas.
Even daarna leggen we aan in de Veerhaven. Ook voor mij was het een droomtocht. Ik heb een boot naar Engeland gebracht, en terug, samen met mensen die ik praktisch niet kende. Ik ben heel wat ervaring en zelfvertrouwen rijker! Ik heb nu al weer zin in de volgende zeilvakantie..
Groetjes, wilweg.