Klinkt heel verstandig!
Deel 2 - laatste van deze trip. Heb nog een retourtje Vlieland en de Pinkstertrip waar ik nog wat van wil schrijven. Misschien vannacht...
Morgen zouden we wel veer verder kijken, eerst maar even langs het havenkantoor onze aankomst doorgeven, alsof iemand die gemist had!
Dat verder kijken gebeurde natuurlijk diezelfde avond nog! Zo zonder televisie, maar mét radio, internet en een paar leuke boeken kom je de avond wel door. Ook even de kaarten erbij gepakt en wat bleek, met een vertrek halverwege de ochtend zouden we zonder problemen over voornoemde drempel kunnen varen. Zo kwam het schijnbaar voor mij onbereikbare Vlieland toch weer binnen bereik.
De volgende ochtend zijn we tot de conclusie gekomen dat 3m meer ruimte aan boord toch een wereld van verschil maakt. Een heuse achterkajuit met een tweepersoonsbed, heerlijk! Dat tweepersoons moet je dan wel met een paar kilo zeezout nemen. Je kan er met z’n tweeën naast elkaar liggen, maar dan wel heel stilletjes anders valt er eentje uit. ’s Nachts even omdraaien blijkt toch een hele opgave. Aandachtspuntje voor de grote boot dus, weer wat opgestoken van deze boot!
Nadat we de boot losgegooid hadden zijn we vanuit de haven de Texelstroom opgevaren en daarna het Scheurrak-Omdraai in. De betonning kwam op een gegeven moment toch wel spannend dicht bij elkaar, maar gelukkig was het zicht goed en ondanks de nog altijd vrij stevige noordenwind was er niet al te veel golfslag, dus met zeilen had dit alles niet zo heel veel meer te maken. We zaten strak in de geul en niemand zou ons daar nog uit krijgen. Met de kaart aan dek, zonnebril op en verrekijker in de aanslag, wat te drinken en te knabbelen zaten we heerlijk te genieten van weer een prachtige dag op het water. Zijn er eigenlijk wel eens niet-mooie dagen op het water?
Het productieplatfom kwam in zicht en verdween ook weer uit zicht, de geul werd langzaam breder. Blijft leuk om de eilanden langzaam groter te zien worden. Met een beetje goede wil is mijn vrouw ook een soort afgeleide eilander. Haar opa is op Terschelling geboren en weliswaar vanwege de armoede naar Amsterdam vertrokken, maar ondertussen is ze er heel erg veel geweest. Zelf ben ik vooral in mijn jeugd heel veel op Vlieland geweest Het beeld van de langzaam groter wordende eilanden ken ik dan ook goed. Dat dan eindelijk weer eens vanaf je eigen schip zien maakt dat nog weer veel mooier.
Nu het zeker was dat we naar Vlieland zouden gaan heb ik een rustig moment gezocht om de gastenvlag van Vlieland te hijsen. Deze had ik voor de Helgoland trip van het jaar ervoor gekocht, maar nog altijd niet kunnen gebruiken. Nu kon het dan eindelijk!
Het zeegat blijft een obstakel van formaat, zeker met noord vijf, maar het bootje en vooral mijn vrouw doorstonden dat ongemak zonder enig morren. Eenmaal vlak onder het strand was er weer tijd voor wat lichte paniek. Hoe zat het ook alweer met aanvaren van de haven? Moest ik nou mikken op het groene of het rode havenhoofd? Maakt niet uit, zolang de aanloop maar lang genoeg is heb je meer dan voldoende tijd om te zien wat de stroming met je schip doet. Net een cross-wind landing op Schiphol tijdens een herfststorm op de baan met maximale dwarswind. Altijd hulpvaardig, die verkeersleiding. We zijn nog net niet terug naar de Afsluitdijk gevaren, maar inderdaad, door van ver aan te lopen kun je heel goed inschatten wat de stroming doet en kun je die prima corrigeren. Een klein beetje krabbend schoven we zo tussen de havenhoofden door, kleine correctie nu er geen dwarsstroom meer is en op zoek naar een aanlegplaats. Uit vrees voor een herhaling van het debacle van gisteren maar gewoon met de punt naar binnen gevaren en niet heel veel later lagen we. Het is gelukt!!!
Hoewel de zomer formeel nog moest beginnen was het bijzonder aangenaam in de haven. De zomerdrukte schitterde door afwezigheid dus volop ruimte. Volgens mij hebben we deze keer niet heel van het eiland gezien, we zijn niet eens naar het dorp gelopen. Gewoon lekker bij de Deining op het terras gezeten, later bij de ADHD-patatbakker beneden wat lekkers gehaald en vooral heerlijk veel niets gedaan.
Tussen al het niets doen door toch nog even naar het weer gekeken. Mijn idee om buitenom terug te gaan sneuvelde bij voorbaat al in een voorspelling van NNW 4-6 en zelfs terug over het Wad was nog verre van zeker. Nou ja, ik had nog even vakantie en thuis red zich wel. Desnoods kan de boot altijd nog blijven liggen en gaan we met de veerboot naar huis.
Voor de volgende dag had ik een soort drie-traps-raket bedacht. De eerste trap werd het vrijwel zeker niet, namelijk over de Noordzee, maar de volgende stap, namelijk kijken hoe het voorbij het zeegat is was wel bespreekbaar. Met de afspraak dat we gelijk om zouden draaien als wind of golven vervelend zouden blijken gingen we op pad. Zo vlak onder Vlieland zou je vergeten dat je op zee zit, maar gelijk om de hoek komt de Noordzee, of eigenlijk het Stortemelk, met vol enthousiasme op je af beuken. Mijn vrouw hield zich goed en eenmaal om de Richel heen bleek de Waddenzee met wind in de rug rustig genoeg om stap drie te nemen en door te varen naar Den Helder.
Over de tocht terug is eigenlijk verder niet zo heel veel meer te schrijven. Flink wat wind uit verschillende hoeken, door het gedraai in de geulen. Om het niet ingewikkelder te maken dan nodig is het grootzeil op de giek gebleven en ook de genua is niet omhoog geweest. Tonnetjes zoeken achter een grote witte lap is toch lastiger dan me lief is. Daar moet dus een oplossing voor komen. Daarom -tot volle tevredenheid van mijn skatzy- de hele weg terug rustig tuffend op de motor afgelegd.
Eenmaal in Den Helder was er na een zeer geslaagde sluispassage weer voldoende vertrouwen om ‘ouderwets’ met de kont tegen de steiger te gaan liggen, een manoeuvre die zonder problemen werd uitgevoerd. Er is nog hoop