Ik krijg een ferme handdruk van een dronken schot. Hij is veterinair lecturer, zegt hij, en ook op vakantie. Zijn lege rugtasje lijkt iets anders uit te wijzen en het blijft onduidelijk wat hij van ons wil. Hmm, zou dit mijn reisgenoot worden voor het komende half uur?

Het lijkt een nette kerel te zijn, maar we geven toch maar weinig sjoege. Evenlater zie ik hem van het perron afsjokken.
We staan te wachten op mijn boemelverbinding naar Truro. Ik heb nog geen tickets kunnen bemachtigen voor mijn treinreis naar Bristol, maar naar het schijnt kun je die ook onboard the train kopen. Hier op het perron van Falmouth is niets, slechts een opstapplaats. Een paar zoenen van Roos en een handdruk van Gary luiden mijn vertrek in. In de plotselinge haast vergeet ik ze nog te bedanken voor deze geweldige reis en de gastvrijheid aan boord van Noreen. Bij deze alsnog en we houden contact. De volgende stop van Noreen is op de Azoren.
Ze is uiterst vriendelijk, duidelijk een warm mens, deze conductrice. Na overleg met haar chef kan ze zelfs een ticket inclusief busverbinding naar Bristol Airport voor mij verzorgen. £ 53,10, dezelfde prijs als op Internet, maar dan zonder de bijkomende boekingsfee. Een £ 10,- minder dan de vlucht van Bristol naar Amsterdam.
De komende 4,5 uur zit ik in de trein en ga relaxen. In Truro ben ik overgestapt in deze comfortabele trein met eindbestemming Edinburgh. Wel op tijd uitstappen dus en tijd zat om aan de verslaglegging te werken. Deel 1 daarvan volgt onderstaand. Misschien deel 2 straks ook nog wel. Fotootjes volgen voor zover mogelijk met mijn beperkte verbinding. The wireless Internet acces in this coach is blijkbaar niet voor mij, mijn Ipad vind in ieder geval niets en mobiele data geeft ook al geen service.
Tresco
Wij zijn geankerd in de Old Grimsby Bay, vlak onder het strand en in het zicht van enkele zonnebadende strandgangers. Ze hebben geen enkele interesse in de mooie Noreen maar ik zou geloof ik gek worden als ik daar zou liggen. Boten hebben mij altijd mateloos geboeid, niet in het bijzonder multihulls, maar boten in het algemeen. Ik verbeeld mij dan de verre reizen die met zo'n boot zijn gemaakt en nog gemaakt gaan worden. Tuurlijk, ik ben zelf ook een boter die alweer een tijdje bootloos is. Wij hebben al veel gezien en meegemaakt op onze vorige boten. In een eerdere bootloze periode huurden we in de vakantie een caravan en reden daarmee kriskras Engelse havenplaatjes af. Zo maf kun je dus zijn, en de drang naar meer houdt onverminderd aan. Die badgasten hebben daar helemaal geen benul van maar wie weet zijn die net zo maf van de bloemetjes en de bijtjes. Wat moet je anders doen op zo'n eiland.
Er gaat een siddering door Noreen heen. Gevolgd door een schuurend geluid dat aanvankelijk prettig klinkt, alsof iemand de antifouling aan het schuren is. Ha fijn, dat scheelt weer een beetje aangroei. Bij het vallend water raakt Noreen aan de grond maar ze geeft zich jammer genoeg niet zomaar gewonnen. In ons hoekje van de baai komen toch nog wat kleine golfjes binnenlopen waardoor ze een beetje blijft bonken. "Vlijt ik mijn welgevormde body in het zand of blijft ik nog even drijven". Haar vertwijfeling gaat door merg en been, beng, en nog eens beng, kom op meid, ga nou eens ff rustig liggen.
Als beginnend multihuller heeft het droogvallen ook mijn bijzondere aandacht. Ik kan hier nog veel van leren. Hoewel we aanvankelijk netjes met de boeg naar het strand lagen zijn we toch ongemerkt parallel aan het strand komen te liggen. De golfjes laten Noreen bonkend tot rust komen. Als je dan denkt dat ze vast ligt komt er net weer een wat hoger golfje die Noreen oppakt en weer iets verder op het strand zet. Dat gaat niet fijn zo en de schipper roeit een tweede anker uit om het achterschip van het strand af te houden. Bij opkomend water gebeurt alles in omgekeerde volgorde, maar de achterlijn helpt goed en bij elk golfje kan het achterschip verder van het strand gelierd worden. Als we weer drijven ligt Noreen tussen twee ankers, eentje voor en eentje achter, haaks op het strand. Bij het volgend laagwater zal de droogvalling een stuk beter gaan.
De volgende ochtend wordt ik gewekt door de kombuisgeluiden uit de kajuit. Slaapdronken en met de onderbroek op de enkels positioneer ik mij op het kleine toiletpotje. Zowel de voor- als achteruitgang moet immers wel precies in het potje passen. Juist als ik mijn natuurlijke drang de ruimte wil geven komt er een kreet uit de kajuit. Stop, stop, we liggen droog. Ah, dat is waar ook, er is geen spoelwater en zand aanzuigen wordt het vacuumtoilet ook niet beter van. De kringspier is gelukkig nog net voldoende ontspannen om de keutel binnen te houden. Zodra we weer drijven verkassen we naar een mooring. Er is harde wind op komst en dan liggen we aan dat strandje niet fijn.
Tresco is het op één na grootste eiland van de Scillies. Het is sub tropisch, maar daar is nog maar weinig van te merken. Het is berekoud en het miezert. De weerberichtgeving belooft beterschap in de middag en dat past mooi bij onze plannen om het eiland te verkennen. Voor de zekerheid neem ik toch maar mijn jas en een extra trui mee, waar ik al gauw spijt van krijg.
Het wordt prachtig weer en onder de beschutting van de weelderige begroeiing blijft er van de nog frisse wind ook niet veel meer over. Uiteraard bezoeken we ook de beroemde
Tresco Abbey Garden met duizenden verschillende exotische planten van over de hele wereld. Ik ben geen planten kenner maar de opzet en entourage is indrukwekkend en rustgevend tegelijk. We zitten al een poosje op een bankje een beetje te suffen als ik mij realiseer dat ik al een hele tijd geen andere mensen meer heb gezien. We moesten maar weer eens verder en dan blijkt het al ver na sluitingstijd te zijn als we de Gardens verlaten.
Vrijdagochtend begint koud, nat en harde wind. Ik heb slecht geslapen vannacht. Het eind van mijn korte vakantie aan boord van Noreen komt in zicht en als vanzelf komen daarmee ook de zakelijke beslommeringen mijn hersenpan aanvallen. Ook het verhaal van Erik Snel over zijn voorbereidingen voor zijn reis naar de Azoren houdt mij bezig. Ik kon eigenlijk halverwege de nacht de slaap niet meer echt vatten. Gelukkig wordt mijn humeur nog voor het ontbijt weer een stuk beter als Roos een dampende mok koffie voor mijn neus zet en Gary de Internet verbinding weer heeft hersteld. Als ie even later toch weer uitvalt wordt dat ruimschoots gecompenseerd met een gekookt eitje op een warme baguette. Wat kan het leven toch simpel zijn. Nou alleen nog even die package loss uit het toverdoosje van Gary oplossen.
Ik ben duidelijk nog onvoldoende ontaard. Wordt ook lastig met de huidige communicatie mogelijkheden denk ik zo.
Het lijkt op een relatie met de mast. De WiFi antenne is aan een val omhoog getrokken en met een dyneema lijntje (kan het ook niet helpen, er zijn geen andere lijntjes aan boord) binnen een 5 gr verticale stand gemanouvreerd. Noreen kwispelt ongedurig achter de mooring en over sb betekent dat geen ontvangst en over bb wel ontvangst. Dat moet dus wel de mast schaduw zijn. Een verplaatsing naar voor de mast lost dat probleem op. Helaas blijkt het land wifi zelf ook nogal wispelturig te zijn. Er is geen GSM bereik dus mijn mobiele verbinding doet het ook al niet. Het thuisfront moet het maar met een mailtje doen ipv een telefoontje.
Als vanmiddag de wind wat minder wordt vertrekken we naar Falmouth, mijn (voorlopig?) eindstation van deze zeilreis. Eigenlijk was Penzance de eerste keus, maar dat komt rottig uit met het tij en de daaraan gekoppelde openingen van het Dock. Daarnaast zijn de weerberichten op korte termijn voor de vervolgreis van Noreen naar de Azoren ook niet fijn. Dat vertrek moet worden uitgesteld naar halverwege volgende week. Falmouth biedt voor de bemanning van Noreen een fijne omgeving om die dagen door te komen, beter dan Penzance.