Ons bootje is gebouwd in de jaren net na de oorlog. België was snel bevrijd, dus in 1946 werd de boot reeds te water gelaten.
Zeer rijke Gentse familie, allemaal architecten, zowat alle openbare gebouwen in Gent en Vlaanderen zijn door die familie getekend. Tijdens de tweede wereld oorlog werd de zoon naar Engeland gestuurd, studeerde er scheepsarchitectuur, de werkelijke reden was vanzelfsprekend dat rijken hun kinderen niet naar het front lieten marcheren.
Hij kwam net na de bevrijding terug, men liet gelijk het speelobject van het zoontje bouwen. In de tuin van het landgoed. In het artikel heeft men het over zelfbouw, er waren echter echte boot bouwers ingehuurd.
De jonge man moet aan de Engelse oostkust de Bawleys gezien hebben want alhoewel er geen sprake van is in het maandblad artikel over de bouw van de “Tamaris “ is het duidelijk een Bawley echter met zelfs voor de huidige tijd zeer moderne onder water lijnen. Een Bawley is een vissermans uitvoering van de pilot cutter, beduidend breder omdat de netten over het gangboord gehaald worden en men vormstabiliteit nodig heeft. Tijdens de grote restauratie in de 70 er jaren heeft men de kiel tot drie ton verzwaard en de lengte van de kiel vergroot. Ook het originele zeiltuig met boomless gaff mainsail verwijderd en vervangen door een “modern” torentuig. Idioten. Over het nieuwe eikenhout van de romp werd een polyester “doodskleed” aangebracht, in feite werd een tweede romp om de houten gebouwd. Op sommige plaatsen 2 cm dik. Door die polyester ommanteling is de boot kurkddroog, ik kan de bilges stofzuigen.
Het bootje heeft een zeer bewogen geschiedenis, o.a. drie keer gezonken en een wel zeer ingrijpende verbouwing na de laatste keer gelicht worden.
Het is klein, acht meter bij iets meer als drie meter breed. Weegt nu 7 ton, met mijn spullen eerder acht ton. Ik heb in de 36 jaar dat ik de boot bezit zowat alles vernieuwd / verbeterd. Begon met het leggen van teak dekken.
Engelse invloed, alhoewel gebouwd in België. Velen denken dat het om een Cornish crabber gaat, een productie jacht, maar die zeil ik er zo uit. Ik woon aan boord, nu 23 jaar in de Med en voordien in Nederland en België.
Toen ik de boot kocht was het een “modern” jacht geworden. Eén mast, geen boegspriet, binnen helemaal in de resopal gezet. Wel een zowat nieuwe sterke motor. De boot had in de moderne configuratie vooral in de Med te weinig zeil, Ik heb eerst de kluiver (met boegspriet) dan een yawl zeil (en mast) dan de yawl verdubbeld naar lugzeil, dan een gennaker bijgevoegd. Zeilt nu ook goed bij lichte wind.
Een klein bootje, enkel stahoogte bij het keukenblokje. Gebouwd voor anderhalve persoon. Niet dat mijn vrouw slechts een halve is maar ze is eerder friel en heeft geleerd uit de weg te springen als ik er aankom. Ideale liveaboard door de combinatie van 4 ton onbehandeld massief hout en de houtkachel. Bij ons nooit condens of schimmel, de grootste bron van ergernis op moderne jachten. Nog nooit een technieker aan boord geweest, low tech dus ik kan alles zelf repareren, immers het meeste heb ik zelf gebouwd. Inclusief de houtkachel en de bronzen handpomp voor drinkwater. Bijkomend voordeel van low tech en mijn levensstijl is dat het niks kost.
Ik had een aanzienlijk spaarpotje toen we vertrokken, had gelezen hoeveel men gemiddeld uitgeeft per jaar, bleek dat bij ons de uitgaven beduidend lager waren, toen ik na 18 jaar van het spaargeld leven eindelijk pensioen kreeg was nog niet de helft van ons kapitaal verbruikt en je gelooft het niet maar dat pensioen, dat pot gewoon weer op. Behalve een paar nieuwe zeilen en van tijd tot tijd nieuwe accu´s en ankerketting heb ik geen kosten. En toch leven we rijk, gezond en lekker eten is belangrijk. Elf jaar terug zelf Coppercoat aangebracht dus nu reeds 11 jaar zonder kosten voor uithalen. Mijn tijd houd die extra dikke laag coppercoat wel.
Het bootje verandert nog steeds. Ik heb onlangs zalingen voor de boegspriet aangebracht, zogenaamde whiskers. Moest wel want door de grote gennaker op het eind van de 3 meter lange boegspriet kwamen erg grote zijdelingse krachten, de puttingbouten voor de zijdelingse verstaging van de boegspriet werden gewoon door het hout getrokken. Door die zalingen is de krachtenverdeling veel beter. Dyneema verstaging, een derde zonnepaneel (afdankertje van een bekende) op de zomertent, en de elektrische buitenboordjes voor de bijboot en “grote” boot. Je blijft bezig.
Bijgevoegd een link naar enkele foto's, een video en het artikel uit Sur L`eau over ons bootje dat toen Tamaris heette. De Tamaris is een boom die in het zeewater groeit.
photos.app.goo.gl/TaNHWHmE5H4gUbaJ8