Ik heb al vaker over mijn ervaringen en voorkeuren qua lijm geschreven.
Maar, zoals de kinderboekenschrijver Paul Biegel mij ooit toevertrouwde in een interview voor de schoolkrant: "Alles is al een keer gezegd. Maar omdat er toch niemand luistert kun je altijd weer opnieuw beginnen".
Ik werk nu 35 jaar beroepsmatig als scheepstimmerman/-restaurateur.
Ooit begon ik met resorcinollijm, die bruinrode pasta met wit poeder. Daar ben ik na vrij korte tijd mee gestopt om een aantal redenen waarvan de voornaamste zijn: het bevat een oplosmiddel (dat zorgt voor krimp en geeft problemen bij werken met droog hout waar dat oplosmiddel snel intrekt waardoor de lijmmassa fysisch te dik wordt vóór het chemisch uitharden), het wordt na verloop van tijd bros en ook de hechting op lange termijn is niet optimaal.
Toen het op de markt kwam was het de enige (en dus hypermoderne) 2K-lijm, maar er zijn nu veel betere en betrouwbaarder lijmen.
Ik heb een korte tijd met epoxy gewerkt, maar vond dat erg lastig bij het aanmaken van grotere hoeveelheden (zeg maar: enkele kilo's), en bij het verwerken bij lage temperaturen. Er zijn nu wel allerlei soorten epoxy die daarin beter te hanteren zijn, maar ik gebruik ze nauwelijks meer.
Al tientallen jaren gebruik ik Bison Constructielijm Super (in kleinverpakking heet die 2K Expert of zo). Ik koop hem in bussen van 5 kilo hars en 2 kilo harder.
Het is een poly-urethaanlijm, maar totaal anders dan spuitkoker/knijpfles-bruislijmen.
Met deze lijm kan ik lezen en schrijven. Deze lijm, gecombineerd met mijn lijmmethodes, vertrouw ik volledig, zelfs zódanig dat ik zwart-op-wit levenslange garantie geef op de verlijming van nieuwe rondhouten, met als enige voorwaarde: "bij normaal gebruik en adequaat onderhoud". Ik heb nog nooit een mast e.d. teruggekregen voor herstel van de lijmnaden.
#Stegman: de hechting is uitstekend (mits de juiste methodiek wordt gehanteerd); de potlife is onafhankelijk van de hoeveelheid die aangemaakt wordt (dit in tegenstelling tot epoxy die zichzelf opwarmt); luchtvochtigheid is geen belemmering zolang er maar geen condensering optreed; verwerktemperatuur is ongeveer tussen +3 en +30 graden. Er is keuze uit twee harders: de gewone en de snelle. Ik gebruik bijna altijd de snelle, dan is de verwerkingstijd ongeveer drie kwartier bij 15 graden, een half uur bij 20 graden, een dik uur bij 10 graden. Volledige uitharding (ca. 90% van de eindsterkte) na 12 tot 48 uur, afhankelijk van de temperatuur. Volledige uitharding (100%) na een week of zo.
Als je de lijm, na het gewone mengen en roeren, opdikt met fijn schuurstof (bijvoorbeeld uit de bandschuurmachine), dan wordt het een zwellend vulmiddel: het bruist enigszins, en na uitharding lijkt het op bruinbrood. Keihard en zwaar te verteren, dat wel.
Wat vaak wordt vergeten, zowel door amateurs als door vaklui, is het creëren van de juiste lijmconstructie.
Het gewoon tegenelkaar leggen van twee planken, met hier en daar een dook (pen) is een slechte constructie: de lijm wordt hier puur op trek belast.
Het is veel beter om te werken met veren: daarbij wordt de lijm op afschuiving belast (en bovendien treedt er een vergroting van het lijmoppervlak op).
Het verschil tussen trek en afschuiving? Testje: plak een stuk plakband op je tafel, en trek 1 uiteinde loodrecht naar boven. Je trekt het plakband simpel los (trekbelasting). Nu hetzelfde, maar trek nu aan het uiteinde in het verlengde van het plakband, dus horizontaal. Goede kans dat je het plakband kapot trekt bij deze veel sterkere afschuivende belasting.
Vandaar mijn advies aan Jerry, een tijdje geleden, om niet met doken maar met veren te werken.
Maar, adviezen zijn er om genegeerd te worden.
Groet!
Wim.