Woensdagavond 15 mei rond 23:00 gaat Team L'avalanche aan boord. Tassen, voedsel en drank krijgen een mooi plekje, de kachel mag aan, als het opruimen gebeurd is doen we nog een borrel en bereiden we ons voor op een windstille overtocht. Gribfiles geven nog steeds aan: geen wind op de heenweg, mogelijk tegenwind op de terugweg. Laten we ons niet door afschrikken.
Donderdag gaan we eerst maar eens naar de Roompot. Volgens de verwachting zou het in de loop van de dag iets meer gaan waaien dus we gaan voor het late tij, 21:00 naar buiten is de planning. Tot die tijd zou het windstil moeten zijn.
Bij het uitvaren van de Dintel laten we Aernoudt even poseren:
De beloofde windstilte is er niet, we kunnen met een lopend windje uit het noorden varen naar de Krammersluizen. Ook na de Krammer zeilen we door, maar na de bocht richting de Zeelandbrug wordt de wind toch wat sterker.
De regen en wind maken het bepaald onaangenaam buiten. Het is wel wat zorgelijk dat die wind maar blijft aantrekken: op de foto hierboven staat 29,7 knopen op de teller. Goed dat we een tijstop maken bij de Roompotsluis, dan kunnen we nog even de laatste voorbereidingen doen. En de kachel nog even aan.
Het eten van Hen3 smaakt goed, het gebak van Vinni en Francien ook (die zijn op die dag 6 jaar getrouwd). Het weer is niet heel grappig: Wemeldinge geeft een noord 6 bij Vlissingen, district Thames heeft een waarschuwing NW 7 staan. Leuk... daar moeten we heen. De vraag ontstaat of dit niet buiten onze afgesproken voorwaarden begint te vallen: is dit nog wel leuk? We besluiten om toch even buiten te gaan kijken. De genua eraf, de fok erop en om 21:00 exact piepen we door de sluis. Dubbelgereefd grootzeil, extra zware fok: de boot trekt ons er wel doorheen en we hebben stroom mee. Maar binnen 3 kwartier staat eerst Hen3 zijn taartje aan de vissen te doneren, gaat het gezicht van Vinni op onweer staan en is Francien ook verdacht stil. Als we dan ook nog overstag moeten om niet op de Banjaard te klappen begint het besef te dagen dat dit niet goed gaat. We gaan terug, roep ik, en ik zie 3 gezichten opklaren. Rond half 12 liggen we in de Roompot Marina, de kachel mag aan en we evalueren nog maar even.
Omdat de volgende ochtend blijkt dat de gekneusde rib van Vinni serieuzer opspeelt dan voorheen besluiten we de trip te beperken tot korte stukken. Eerst gaat het naar Zierikzee, waar het ondanks het intredende Pinksterweekend bijzonder rustig is.
Het lijkt er dan eindelijk op dat het droog wordt! De wind draait ook nog eens naar ZW in plaats van N, en in een bewolkte maar droge lucht varen we naar Sint Annaland. Daar blijkt een hele nieuwe boulevard te zijn aangelegd, het wandelpad is nog niet klaar maar de winkels staan er al wel.
Dan, in het begin van de avond, breekt de zon door. De kachel blijkt ook uit te kunnen! Ineens wordt alles een stuk aangenamer. Het wordt nog leuker als de volgende ochtend blijkt dat het laatste stuk naar Dinteloord eigenlijk alles heeft wat we zochten:
* genoeg wind om ff lekker te zeilen:
* niet teveel wind om toch ook wat aan kennisoverdracht te doen:
* tijd genoeg om goed onderuit te zakken
We hebben geen spijt van onze keus om terug te gaan, maar sluiten deze Pinkstertrip wel af met een positief gevoel. Prima gevaren, goeie bemanning en genoeg om over na te denken. Hulde aan de mannen en vrouwen die wel naar de overkant zijn gegaan, maar voor ons zat het er niet in. Volgende keer beter.