Het is een plek waar veel beroepsschippers het zweet in de bilnaad hebben staan.
Het stroomt normaal al als een gek, en nu helemaal. De geul is smaller dan een normaal binnenvaartschip lang is.
Lang geleden voer ik mee als deksman op een sleepschip van 80 meter, afgeladen met 1350 ton sojaschroot. We werden gesleept door een bootje met een 400 pk Cat. Vanaf de Beneluxhaven (Maasvlakte) op de lange tros van 200 meter. Bestemd voor Lochem. Ook toen was het hoog water, iets minder hoog dan nu, maar ook met harde stroom.
Een half uur voor de IJsselkop, waar we dus rond moesten, was de schipper al niet meer aanspreekbaar, zó nerveus was hij.
Beneden de Kop werd de tros ingekort naar een meter of 15 en werd de vaart er al wat uitgehaald.
Drie kribvakken boven de IJsselkop werd de grondsnelheid teruggebracht naar nul, de boot voer de stroom precies dood. Alle overige vaart werd eerst langsgelaten. De kont van het sleepschip lag nèt boven de krib.
Op het moment dat alles vrij was liet de boot zich dwars naar bakboord vallen, plankgas, met het gangboord onder water en een zwarte rookpluim uit de uitlaat. De kop van het schip vloog naar bakboord terwijl het hele schip wat achteruit zakte met de kont tussen de kribben. De kont bleef min of meer in positie in de neer tussen de kribben, terwijl de kop met een tenenkrommende noodgang naar bakboord zwaaide, vlak langs de kribbakens aan de overkant.
Luttele seconden later ging het hele spul met een bloedgang de IJssel af.
Het is wel duidelijk dat je als schipper van een groot schip hier geen fout mag maken.
(verderop bij de spoorbrug van Zutphen en de invaart bij Lochem werd het ook heel spannend, maar dat valt buiten het bestek van dit topic. Had iets te maken met een uitvallend stuurwerk).