Sorry voor de wat trage reactie, maar ik ben erg druk met andere dingen momenteel.
Het forum om de spankersite is een beetje ingedut, dit komt omdat deze in de afglopen 4 jaar zo ongeveer 2 jaar ofline is geweest...
Maar nu het beslag. je hebt twee vragen, eerst dekdoorvoor...
De genua schoten moeten door "leiogen" op de rand van het dek, net voor de hoogte waar de zijstagen door het dek gaan. Deze leiogen kunnen zeer verschillend uitgevoerd zijn: diverse rollers ter hoogte van de dekrand. (om dan het leioogpunt te verschuiven moet je de schoot over een andere roller laten lopen.) doormiddel van een rail op de dekrand.
Ter hoogte van de stagen heb je nog meer lijnen die door het dek moeten, elastiek van de trapeze en misschien barbarauler van de spinnaker (als die erop zit)
De grootschoot heb je (grof gekeken) 3 mogelijkheden.
Dubbel blok op de punt van de zwaardkast en dubbelblok op de giek. (deze dubbel blokken kunnen ook als twee enkele blokken voorkomen, of een combinatie van deze twee systemen)
Enkel blok met klem op de punt van de zwaardkast, tweede blok op een overloop, dubbelblok (of twee enkele) op de giek
Enkel blok met klem op de punt van de zwaardkast, tweede blok door middel van een staalkabel (of een dynema achtige lijn) die van de kimlatten over de zwaardkast loopt waardoor het blok in aan-de-wind positie zo'n 30cm boven de zwaardkast komt te staan. (zogenaamde vangsheeting)
In wedstrijdboten komen om dit moment het meest overlopen voor, daarna vangsheeting. Zonder overlopen of vangsheeting komt vooral bij toerboten voor, omdat dat veel meer ruimte in de kuip geeft.
Tot zover de schootvoering. In mijn spanker heb de volgende trimlijnen:
enkel uitgevoerd: voorstag, zijstagen, mastdrukker, masttrekker, spinnakerval, grootschootval en het zetten van de spiboom.
dubbel uitgevoerd: verstelling overloop, barbarhaulers voor de spinnaker, cunningham, onderlijkstrekker en neerhouder.
Doorlopende genua- en spinnakerschoten.
Een keer kijken in een ingerichte spanker doet wonderen. Voor de rest gewoon gaan zeilen, dan merk je vanzelf of iets loopt of niet. tot en met windkracht 3 hoef je niet echt in de trapeze, hierdoor kun je lekker experimeteren. Hij moet dat lekker lopen. Bij meer wind is hij wat overtuigd waardoor je in ieder geval in de trapeze moet, vanaf windkracht 5 kun je (bij de lichter teams) niet meer full power varen. Boven 6 is het overleven. Alhoewel je dan wel spectaculaire acties kunt meemaken (zoals afgelopen ONK op het amstelmeer!
Leo.