Het profiel van een doorgestoken mast volstaat met een gunstiger Euler knikgetal omdat het kajuitdak een extra fixatepunt geeft (net zoals een extra stel gepijlde zalingen dat doet). Intertia's (Ixx en Iyy) bij een mastprofiel van een doorgestoken mast kunnen daardoor lager zijn dan bij een deck-stepped mast met dezelfde hoogte boven de waterlijn. Dat is ook de reden dat veel wedstrijdschepen (of boten van welke ontwerper dan ook die de nadruk op optimalisatie gewicht bovenin heeft gelegd) een doorgestoken mast hebben. Hetzelfde zou je kunnen bereiken door een extra stel onderwantjes/babystag te zetten op bv 2 m boven de mastvoet.
Betreft je vraag: ik zou éérst de masttop recht boven je midscheeps zetten (topwanten) waarbij je mastprofiel één rechte lijn vormt van kiel-support tot top. Ruimte tussen mast en dek is dan volgend niet leidend. De wiggen zorgen dan dat déze ruimte vastgehouden wordt. Daar mag dan ook géén speling zitten (dan zou het efect immers geheel of gedeeltelijk verdwijnen).
Indien je juist ruimte tussen mast en dek leidend laat zijn komt óf je mast scheef op de boot te staan ofwel je trekt er een S-bocht in. Beide wil je niet...
Meer hierover (die knikgetallen en dimensionering) in bv
Principles of Yacht Design hoofdstuk 11.