Wanneer onze droom werkelijk begon weet ik niet precies. Ik denk dat hij er altijd al inzat. Soms spraken we er dagelijks over, soms was hij even weg omdat er andere dromen te verwezenlijken waren, zware periodes te overwinnen waren, of gewoon aan het genieten waren in het daagse.
We konden elkaar ook pas weer 4 jaar. Ja weer. Vroeger waren we elkaars eerste liefde, jong en bruisend in het leven. Na de hogere school zijn we elkaar uit het oog verloren en nu hebben we elkaar weer gevonden. Allebei in een scheiding na beide 13 jaar huwelijk. Mijn scheiding was zo geregeld, maar Martijn z’n scheiding een regelrechte vechtscheiding die 6 jaar heeft geduurd.
Hij heeft 3 kinderen en die wonen bij ons. Dat was vaak een onmogelijke opgave. Het was nooit goed. Te veel aandacht of te weinig aandacht, er was altijd wel wat. Veel ruzies in huis en de boze stiefmoeder had het altijd gedaan. Hij is zelfs een paar keer terug gegaan naar z’n ex omdat hij dacht dat het beter voor de kinderen zou zijn. Na een paar dagen kwam hij weer tot inkeer en wilde weer terug.
Na de laatste "ik ga het toch weer met haar proberen" waren we net halverwege om onze eerste droom werkelijkheid te laten maken.
Zo wilde we al heel lang een boerderij en die kwam op ons pad. Hij moest totaal gerestaureerd worden en iedereen verklaarde ons voor gek. Er was geen stromend water, stroom kwam enkel van 2 bakelieten stoppen. Geen keuken, al hoe wel als je 2 kastjes een keuken kan noemen zat er een keuken in.
35 jaar stond het leeg. We sprongen erin en op 3 muren na is alles gesloopt en vernieuwd.Vele maanden hebben we gestoken in dit project. Zelf de tekeningen gemaakt en elk detail uitgewerkt. Tot de stop contacten toe. Het huis is exact geworden zoals we bedacht en getekend hadden. Het ging niet geheel van een leien dakje. De aannemer die halverwege de verbouwing met de noorderzon vertrok (hij wel). Het tijdelijk huis waar we verbleven moesten we uit. Dus wonen in een half bewoonbare boerderij met dicht gespijkerde ramen, op een betonnen vloer en zelf maar verder aan de slag.
Crisis, zou iedereen zeggen, maar we hebben de schouders eronder gezet en met heel veel hulp en vaak uit onverwachte hoek hebben we het een bewoonbaar pand gemaakt. Op dit moment zijn we nog niet klaar, maar ook als je de moed in de schoenen zakt en het niet meer weet, is er altijd een uitkomst.
Doorzetten kunnen we met als gevolg een bijna onmogelijk project laten slagen. Dit is ons kapitaal om onze eind droom werkelijkheid te laten worden.
Jong geleerd, oud gedaan
Zeilen en varen deden we allebei al van jongs af aan. Bij mij begon het toen mijn vader een casco bootje kocht, een kolibrie. Alleen een romp, meer was het niet. In de achter tuin werd ze afgetimmerd en ik hielp mee wat ik kon.. Had geen idee wat het precies moest gaan worden of wat je ermee kon. Ik was toen pas 7 jaar oud.
We gingen zeilen terwijl nog niemand in onze omgeving ooit had gezeild, maar de liefde was geboren voor het water, de vrijheid en waar de wind ons bracht. Alles moest ontdekt worden. Hoe gaat dat met de zeilen, hoe werkt dat met de wind. Geen toilet aan boord , dus gewoon op de puts. Nou ja, nu niet meer gewoon, maar toen wisten we niet anders. Ik weet nog dat we een paar jaar later een chemisch toilet aan boord kregen zoals in een caravan. Iedereen kwam er naar kijken. Er waren toen nog erg weinig bootjes op het water. Later toen mijn broer geboren werd, (heet ook Martijn nader te benoemen als Broer) kwam er een andere boot.
Een wibo, een stalen schip met in de romp de raampjes. Dit in het geheel geen favoriet bij mijn moeder. Als we een beetje schuin gingen, kwamen de raampjes onder water te staan. Daar heb ik wel een beetje angst aan over gehouden, ramen horen niet onderwater te staan. In die tijd kreeg ik ook mijn eerste eigen bootje, een optimist. Gezaagd en in elkaar gezet en geverfd door mijn vader. Mams had er zeilen bij gevonden, en geboren was mijn eigen Dopje. Zo heette mijn optimist.
Ik was zo klein: maar ik was voor mijn gevoel een wereld reiziger. Gepakt met een fles drinken en een zak chips, ging ik wel even de wereld ( haven waar we lagen) verkennen. Zeilde waar ik wilde en waar mijn durf lag. Kwam vaak niet eens buiten de haven, maar het voelde heel vrij. Eens vaarden we op het IJsselmeer, zware tegen wind en Dopje die achter de boot aan dobberde liep vol water. We kwamen niet meer vooruit. Motor voluit en nog achter uit gaan. Mijn vader wilde mijn bootje los snijden omdat het niet meer haalbaar zou zijn. Ik heb geschreeuwd, gehuild mijn bootje naar de bodem? Nee! Ik ga er wel in en schep haar leeg. Uiteraard mocht dat niet van mijn ouders. Dopje is gespaard gebleven, door het tij dat uiteindelijk keerde....maar nu zou ik hetzelfde hebben gedaan als mijn ouders beslissing toen... los snijden. We zijn uiteindelijk aan wal gekomen, als kind zie je niet de gevaren, je snapt het gewoon niet. Ik heb Dopje nog een paar jaar gekoesterd. Tot mijn pubertijd, toen werd zeilen stom. Veel later kwam er nog een Phantom. Ik woonde al op mezelf en vond het stiekem toch wel weer leuk die boot. Ging daagjes mee, genoot van mijn plekje aan boord: ”Voor op de punt”, deinend in de golven, hopend een golf te kunnen pakken met mijn voet. De wind door je haren, het ongrijpbare over je heen laten komen.
Martijn wilde van jongs af aan bij de marine, vanaf 10 jaar tot 16 jaar heeft hij leren zeilen op een BM’er en op vletten, hij zat bij het zeecadetten corps. Hij had als enige in zijn familie open bootjes en was waterskiën een grote hobby. Als hij vrij was, was hij altijd op het water te vinden. Klaar van school: maar nog te jong om bij de marine te gaan (wilde hij van kleins af aan al) is hij gaan varen op binnenvaart schepen. Eerst alleen in Nederland op de Egbertine, dat heeft hij 1 jr gedaan. Daarna de rijn op met de Jaap naar Duitsland, Zwitserland en Frankrijk en daarna nog ¾ jaar op de Floris, een oude duwboot. Toen kwam de oproep voor de marine. Hij lag toen net in Pontamouson. Uit eindelijk heeft hij iemand gevonden om mee te kunnen rijden die hem naar Nederland wilde brengen voor de keuring voor de marine.
Als we elkaar weer opnieuw leren kennen heb ik al een zeilboot. Een Loper/ Standfast van Frans Maas. 8.20 lengte en Martijn is er gelijk helemaal verknocht aan. Samen hebben we vele dagen, weken, uurtjes door gebracht aan boord. Daar hebben we aan elkaar onze droom kenbaar gemaakt dat we de wereld rond willen dobberen. We gingen weken de Grevelingen verkennen en eiland na eiland af, met de uitdaging om met onze beperkte middelen zo min mogelijk het vaste land te hoeven aan doen. Proviand en water (100 liter) en brandstof (35 liter) lukte het vaak om ruim een week niet naar het vaste land te hoeven. Vaak lag het aan stroom, we hadden geen laders of iets dergelijks. Maar de vrijheid en primitief leven maakte ons beide gelukkig en heel vrij. We namen alles wat er was. Mosselen zoeken, zeekraal, lamsoren, of vis vangen of gewoon eten maken met wat er is (zo zijn er lekkere recepten ontstaan). Zo heerlijk, geen gestress, telefoons, internet, enkel wat je hebt en de natuur. Dus beide hadden we al de liefde voor het water en de drang naar vrijheid en het onbekende te ervaren.
Ongenode gast
IN 2013 koop ik het eerste zeilboek: “400 maandagen” bij de watersportwinkel de Kok in Schiedam. We willen meer lezen en te weten komen wat het inhoud om zo lang op het water te zijn in landen die wij nog niet kennen. Landen waar we wellicht al eens zijn geweest maar nooit hebben bezeild. Het boekje wordt mooi ingepakt met veertjes en al. Lang ligt het pakje voor m’n neus; ik heb me voorgenomen om het cadeau te doen aan Martijn als hij terug komt van zijn werk. Hij is hoist operator op een Search and Rescue Helicopter, wat inhoud dat hij vaak in erbarmelijke omstandigheden boven zee vliegt om mensen in nood te redden. Als het stormt kunnen bijvoorbeeld ook de loodsboten niet meer naar schepen varen om loodsen af te zetten. Dan vliegen ze de loodsen naar de schepenen zetten ze de loodsen met behulp van een lier en een kabel, af op dek.
Moet je voorstellen dat zo’n schip beukt in de golven met spray water over het dek heen walsend, hevig schommelt op het water, dan moet Martijn zo’n loods bungelend aan een lijn op vaak maar 1m2, net op het juiste moment neer zetten. Ook vliegen ze als er iets mis is, blinde darm, drenkelingen, gebroken benen of een hart aanval ergens aan boord of een boorplatform. Dus een drukke verantwoordelijke baan. Hij vliegt op het moment SAR (Search and rescue) helikopter in Frans Guyana, helemaal aan de andere kant van de wereld. Dit doet hij maand op maand af.
Dat was even wennen. Zo is het huis vol met man en 3 kinderen met al het geregel, lekke banden, huiswerk, vriendjes, eten, opvoeden, enz. , en ben je er net aangewend en begint er een ritme in te komen en na een maand is het huis leeg op mij na. Want de kinderen gaan dan weer een maand naar zijn ex als hij weer gaat werken. Dan is ons huis wel heel erg groot. Uiteraard gaat er ook altijd alles stuk als ik alleen ben. Dak wat lek gaat ; van boven tot beneden het water zo door het plafond heen, potdeksels die los raken; ik in de wind aan de slag met schroeven, zelfs een boiler die werkelijk weggesmolten is onder het aanrecht; hele keuken onder gelopen met uitzettende kastjes. Ook kraakt en piept het huis als het zo leeg is. Soms lijkt het of er iemand in huis loopt, deur piept als of hij open gaat en dan voetstappen op het parket. Ik heb werkelijk vaak met trillende benen met een mes in mijn hand alle lichten in huis aangedaan en met bonkend hart, nat van het (angst ) zweet het huis gecheckt. Ik heb zelfs geregeld mijn slaapkamer de deur gebarricadeerd met de strijkplank. Als ik dat uiteindelijk durf te vertellen word ik voor gek verklaart, en zelfs uitgelachen; Ach wat een onzin ‘Zit tussen je hoofd; tot Martijn eens alleen in huis is. Schoorvoetend geeft hij toe dat het inderdaad lijkt of er steeds iemand in huis loopt. Het ging zover dat hij zei; he schat ben je nu al terug. Er word niet geantwoord en gaat kijken, en wat hij dan ziet….niemand. Gelukkig ik ben niet paranoïde. Ik ben vaak wel angstig geweest zo in het grote huis, in het pikkendonker, we hebben weilanden achter ons huis en geloof me, s ’avonds is het echt zwart van licht loosheid. Zo geven we de onzichtbare kamerwandelaar de naam Peter, naar onze overleden buurman. Hij was erg begaan met ons en het huis, hij was de eerste die ons in ons huis kwam feliciteren met een fles champagne. Helaas veel te vroeg overleden maar bij ons, in onze gedachte leeft hij voort in ons huis. Dus roepen we steeds bij loop en wandel geluiden of als de douche ineens begint te druppen, Hey Peter kom je weer gezellig langs? Als de kinderen komen en we horen wat rare geluiden, dan zeggen wij in koor: ohhhh dat is Peter die komt even langs. Die kijken ons een beetje raar aan of we niet goed wijs zijn maar ze maken zich ook nergens meer druk om. Inmiddels zijn alle geluiden weer verdwenen en horen we het niet meer. Ik geloof er niet zo in maar misschien komt het dat het huis waar Peter woonde is gerestaureerd en weer bewoonbaar is. Het geeft wat rust om iets onstuimigs een naam te geven.
Martijn is na een maand Frans Guyana weer een maand thuis, als ik hem van Schiphol heb gehaald, altijd weer een popel moment. Na een maand ben ik het zat om Martijn op skype te zien, dan kijk ik ernaar uit om hem in het echt te voelen en te horen. Na een uur rijden en echt bijpraten gaan we genieten van onze enige echte avond voor ons alleen. Geloof me; die ene avond pak ik uit, telefoons gaan op stil, de bel word ontdaan van batterijen zodat het geen geluid maakt, deuren gaan hermetisch op slot! De dag ervoor maak ik onze inmiddels befaamde lekkere bad hapjes. (hapjes zo uit het vuistje van uit bad op te eten). Galia meloen omwikkeld in gedroogde ham, mini tomaatjes gevuld met garnaaltjes en stukjes appel, kippenkluifjes, kleine sateetjes op een tandenstoker, tomaatje met basilicum en mozzarella, stukjes biefstuk met in de sweetchilli saus gebakken garnaal, carpaccio met beetje sla en Parmezaanse kaas op een amuse lepel elke maand weer iets anders. Flessen prosecco inde koeler, en de kaarsjes aan.
Nu ligt er deze maand daar het boek 400 maandagen mooi ingepakt bij, ik kan haast niet wachten om het hem te geven.
Ik hoopte al dat hij het leuk zou vinden om het boek te krijgen, maar m’n hoop werd nog meer beloont. Een nieuwe traditie word geboren. Martijn gaat voorlezen. Overal waar we de tijd vinden. In bad s ávonds als we alleen zijn, aan de bar van onze keuken als de kinderen op bed liggen, op de boot als we dagjes weg zijn en even voor anker liggen, of in bed net voor we gaan slapen. Heerlijk zijn deze momenten, het doet me terug denken aan vroeger toen m’n vader op het randje van m’n bed nog een verhaaltje voorlas voor ik ging slapen toen ik klein was.
400 maandagen begint veel eerder dan de daadwerkelijke reis, 5 jaar van voorbereiding, vertimmeren van de boot, en leren zeilen. Zo kom ik op het idee om nu al vast data ’s en gebeurtenissen vast te leggen, want zo’n reis heeft voorbereidingen nodig. Nu hoeven wij niet te leren zeilen, maar ook een nieuwe boot zal je opnieuw moeten leren gebruiken. Die moet je opnieuw verkennen, vertrouwd mee raken, uitproberen, en niet te vergeten, haar ( ja een boot is vrouwelijk) naar onze zin te maken. We moeten er tenslotte toch op gaan wonen.
Zo staan er in boeken vaak spannende stoere verhalen, tegenvallers die natuurlijk glansrijk opgelost gaan worden, ontberingen meestal in de overtreffende trap, mooie jaloers makende verhalen, maar ook, wat er tegen kan zitten, plekken om te vermijden uiteraard allemaal zo geschreven omdat het lekker weg leest. Maar geen enkele bruikbare praktische tips. Ik blijf toch een vrouw en denk aan andere praktische dingen dan een man. Hij denkt aan motor onderdelen, ik denk aan proviand en wc papier. Hij denkt aan gereedschap, ik aan kruiden (het liefst verse) om mee te nemen. Hij denk aan apparatuur. Ik ook wel, maar dan keuken apparatuur, hij denk aan poets doeken, ik aan: hoe kan ik de was gaan doen. Hij denkt aan navigeren en ik aan waar kunnen we lekker ankeren. Zo lijkt het wel een goede aanvulling op elkaar om het plaatje compleet te krijgen. Ook zijn er nog 1000 vragen waar we nog geen antwoord op hebben. Mag je overal ankeren, moet je visums hebben en hoe regel je die onderweg, zijn er andere regels die er gelden in andere landen en welke dan, hoe zit het met ziekenfonds en andere verzekeringen, vergunningen, papieren en vooral waarom kan ik al die informatie niet vinden?
Vrouwen op zee!!
In gedachte maak ik al lijstjes. Ook een tic van mij denk ik. Ik maak werkelijk overal lijstjes van, boodschappen, wat voor klusjes er nog moeten worden gedaan, wat is in de aanbieding en wat kan ik er van maken, wie nog gebeld moet worden, financiën.. wat moet er nog betaald worden en wat houden we over of komen we tekort, in te pakken spullen voor de koffer als we op vakantie gaan, week menuutjes. Ik maak nog net geen lijstje van de lijstjes die ik heb.
Nu maak ik dus ook lijstjes voor de boot. Wat nemen hiervandaan al mee, wat kopen we onderweg. Wat moeten we nog regelen hier. De lijst word langer en langer. We hopen in boeken te lezen wat slim is en handig is, maar je leest er weinig tot niets over. Dus zullen we het zelf moeten ontdekken wat voor ons werkt. Ik denk dat dat één van de verschillen is tussen mannen en vrouwen of het ligt aan mij dat ik alles geregeld wil hebben. Ik hou zeker van verrassingen maar niet van onverwachte onaangename verassingen. Toch vind ik dat ook leuk maar ik wil een stap vooruit zijn.
De meeste boeken worden door mannen geschreven dus weinig vrouwen belevingen. Toch wagen steeds meer vrouwen zich ook op lange zeil trips. Denk maar aan Tania 18 jaar was ze geloof ik, solo zeilster of Laura Dekker, de jongste solo zeilster allertijden. De dames doen het op de olympisch niveau ook goed. Dan de dames die mee gaan met hun mannen op Wereld reis, of varen ze mee op vakanties met hun mannen mee. Hoe doen deze vrouwen dat? Hoe beleven ze dat.
Uiteraard is het voor een man minder leuk om te lezen hoe vrouwen het meemaken. Toch zijn er ook avontuurlijke vrouwen die stoere trips maken en dezelfde ontberingen moeten doorstaan als mannen. Sorry mannen, maar achter elke stoere succesvolle man staat een net, al dan niet, meer succes volle vrouw.
We zeilen, lopen de wacht, we sturen, navigeren, hijsen zeilen, ankeren, vissen, schilderen, koken, wassen en wat dan nog niet meer. Maar we blijven vrouwen. We hebben net iets meer hormonen, hebben per maand een ongemakkelijke periode, denken ver vooruit (misschien in jullie ogen veel te veel) we plannen, berekenen de financiën en proviand, liggen nachten wakker (stel als er wat gebeurd wat doen we dan). Dit is voor mannen vaak niet te begrijpen. Mannen zijn meer van, we zien wel, en dan zien we wel dan wat te doen, althans, zo is Martijn.
Toch willen wij vrouwen slagen in de ogen van de man. We zijn stoer genoeg om aan boord te stappen en met jullie mee te varen en we zijn mans genoeg om de oversteken te maken, we houden de wacht als jullie slapen, we houden net als jullie de navigatie in de gaten, we hijsen de zeilen, we kruipen over het dek als de wind over ons heen raast, we veranderen van koers als er een schip op ramkoers ligt en jij je welverdiende rust neemt na een dag zeilen. We koken voor jullie en doen de was. We doen het allemaal. Toch is er verschil……
Na die dagen, weken, maanden op zee…. als we dan een haven aan doen na weken zeilen, zijn we net zo blij dat we het hebben het gehaald als onze mannen. Uiteraard kunnen we na het ankeren niet wachten om vaste grond onder de voeten te voelen en onze aankomst te gaan het vieren op het vaste land. Toch wordt er van ons vrouwen wel iets extra’s verwacht denk ik. Wees eerlijk mannen…. denk na …… 6 weken op zee met je vrouwelijke partner. Dan eindelijk valt het anker en je wilt niets liever dan aan wal. Vaste grond onder de voeten. Hoe stoer zijn de mannen die met zware baarden, verwaaide haren de eerste de beste kroeg in duiken???? naar mijn idee Woest aantrekkelijk… die mannen hebben iets gepresteerd en hebben land bereikt. Hoe woest aantrekkelijk zijn wij vrouwen die met die zelfde verwilderde haren, ongeschoren benen en in kleding die waarschijnlijk al een paar dagen gedragen is? Als wij zo in de kroeg belanden, zijn we dan net zo woest aantrekkelijk? Zijn we dan net zo stoer? Ik denk het waarschijnlijk niet. Of is mijn idee te veel op de media gericht?
Wat is nu eigenlijk ons plan?
We fantaseren er vaak op los. Onze boerderij hebben we bijna geheel gerealiseerd en dat was niet altijd gemakkelijk. Veel tegenslag maar ook veel voor de wind. Dit is het begin van onze droom die we werkelijk willen gaan maken. Een relatief goedkoop huis kopen, verbouwen, renoveren en hopelijk (veel) winst maken. Nu zijn we beide gelukkig heel handig en kunnen heel veel zelf. Anders waren we er nooit aan begonnen. Nu leven en genieten we van een mooi huis. Naast ons bootje. We hebben nu een zeilboot. Een Standfast 27, ook wel “Loper” genoemd, van 8.20 lang en kunnen daarop genieten tussen het klussen door.
Onze boot is voor ons van alle gemakken voorzien maar voor anderen is het veel te primitief. Heel beperkt water (100 liter), totaal geen warm water mits je water kookt op het fornuis, douchen doen we onder een 10 liter water zak die op het dek in de zon warm wordt, als er tenminste zon is: en dat met z’n tweeën, de was wassen we op de hand met koud water in een emmertje, een klein koelkastje waar beperkt inhoud in kan, koffie zetten doen we met een ketel op het vuur en opgieten in een koffiefilter heel ouderwets. We hebben zeer beperkt stroom want we hebben geen opladers als zonnen energie of windgenerator, slapen doen we kruipend in de punt en vooral niet rechtop gaan zitten want dan stoot je je hoofd, geen generator, geen sociaal media, geen tv, en alleen internet op een telefoon. Maar wij zijn er dol op en genieten van deze kneuterigheid.
Het plan is (ik praat al niet meer over droom maar plan, dit maakt het meer werkelijk om naar toe te leven) als de kinderen het huis uit zijn of oud genoeg zijn om op eigen benen te staan, het huis te verkopen en daarvan gaan we een boot kopen. Met de overwaarde moeten we het gaan doen, het zal zeker geen vetpot worden. We moeten het met €600 - €1000 gaan doen per maand en dan kunnen we zeker 15 jaar vooruit. Daar moeten dan ook nog de verzekeringen, ziekenkosten vanaf. Dus elke week een biefstukje zit er niet meer in.
Waarom willen we het dan juist nu? Waarom op een houtje bijten terwijl we het nu goed hebben? Een mooi huis, goede baan, leuk bootje om op te genieten? Waarom ons pensioen in de war gooien en leven van bijna niets? Voor ons heel simpel, we willen juist nu van het leven genieten en voor ons is dat rond zwerven over de wereld en te leven van wat op ons pad komt. Soms zal dat een verse zelf gevangen vis of misschien met geluk een verse zelf gevangen kreeft zijn. Misschien vinden we op eilanden nog een kokosnoot, bananen of mango's. Soms zullen we het met droge rijst en een blik met weet ik veel wat moeten doen. Beetje Robinson maar met de luxe om naar andere plekken te varen waar wel wat te vinden of te vangen is.
We willen niet wachten tot we de gerechtigde leeftijd hebben voor ons pensioen. We zien te vaak om ons heen dat het vaak niet gehaald wordt, of dat er zoveel mankementen aan het lijf komen dat het niet meer kan. Zoals mijn vader die na zijn pensioen zoveel plannen had om te gaan genieten, helaas heeft hij dat niet mogen halen, en zo kennen we helaas veel verhalen waar dat niet gehaald wordt. Dus nee, we willen, nu we het nog kunnen er van gaan genieten. Dan maar met zeer beperkte middelen maar denk zelf dat de natuur en het vrije leven onbetaalbaar is en daar geen geld buidel tegenop kan. Wat is nu luxe? Voor mij in heel erg kleine dingen.
(door de kinderen gevangen garnalen, heerlijk 2 toastjes)
We hebben nu het streven om over ongeveer op 3 á 4 jaar het huis te verkopen. We zijn dan 47 jaar oud. Dan moet er nog een boot komen waar we allebei het vertrouwen in hebben dat we daar de wereld mee kunnen rond komen.
Zo hebben we best veel eisen aan de boot. Het wordt geen jaartje weg of zomaar een toertje, nee we noemen het THE WAY OF LIVE. We varen tot ons lijf het niet meer volhoud. We blijven waar het leuk is, vertrekken wanneer we daar behoefte aan hebben, of we stoppen als we het niet meer leuk vinden om te zwerven. We weten het niet hoe het loopt maar dat we deze droom werkelijk gaan maken, komt steeds dichterbij.
Onze nieuwe boot moet comfortabel zijn, en van iets meer gemakken dan onze huidige boot. Genoeg ruimte voor ons en voor eventuele logés. Het wordt ons huis/ thuis dat steeds een ander adres heeft.
Uiteraard zal in de loop van de tijd de lijst met wensen blijven groeien. Vele dingen zullen op de lijst verschijnen zelfs die te hoog gegrepen zijn. Daarvoor heet het ook dromen en daar zet je hoog op in. In werkelijkheid zullen niet al onze wensen te realiseren zijn. Er zullen dingen af moeten vallen of moeten vervangen worden door alternatieven. Dat geeft niet, dat maakt het alleen maar leuker en wordt de creativiteit aangewakkerd. Zolang er maar niet ingeleverd wordt op veiligheid. Die staat als belangrijkste onderdeel boven aan de lijst.
Discipline of nonchalant.....
Zo hebben we nu al discussies over die veiligheid. Martijn maakt met zijn werk te vaak mee dat ze moeten uitvliegen voor een drenkeling of mensen die geblesseerd zijn geraakt door juist net heel even niet aan die belangrijke veiligheid te denken. Als je lang op zee zit in het heerlijke zonnetje dan denk je er niet aan dat je zomaar over boord kan vallen.
Toch kan het in een ogenblik zo gebeurd zijn. Een golf die ineens je boot en jou uit balans kan brengen; PLONS…. Je struikelt of blijft haken aan een touw of iets wat niet op het dek hoort te liggen. Dus beslissen we nu: Altijd een zelf opblaasbaar zwemvest om en zodra je naar voren moet, een life-line aanhaken. Zelf heb ik al 2 jaar op Bonaire gewoond en daar een zeilcharter gehad.
We voeren tussen Bonaire en klein Bonaire met toeristen om te snorkelen of te barbecueën of gewoon een zeiltochtje te zeilen. Nee, echt daar heb ik nooit een zwemvest om gehad. Maar kom je voorbij klein Bonaire op open zee, daar kan in 5 minuten ineens het weer veranderen. Hoge Golven die uit het niets ineens opduiken, een windvlaag die de boot ineens onverwachts schuin trekt. Zo zat ik eens benedendeks op het toilet terwijl we lekker aan het zeilen waren, ineens hoor ik rrrrrrrrrrrrrrrrr. Het lijkt of het anker wordt uitgegooid. Ik vraag me sterk af wat er bovendeks gebeurd. Ik heb net nog de kaarten bekeken en het is hier op de meeste plekken meer dan een kilometer diep! Wie bedenkt er dan om een anker uit te gooien op 1 kilometer diepte? of is dat ding uit zichzelf los geschoten. Ik haast me aan het dek, doorspoelen kan straks nog wel. De boot begint nu ook aardig te schommelen en ik wiegel naar de trap. Boven op het dek zie ik het voorzeil (genua) wapperend en half over boord op het dek liggen. Ik heb geen zwemvest om maar moet toch echt dat zeil binnenboord krijgen en vast zetten. Ik kruip over het dek op handen en voeten en probeer dat zeil naar binnen te hijsen. Ik moet er op gaan liggen om te voorkomen dat het weer weg waait. Het blijkt dat het touw waar het zeil mee omhoog wordt getrokken boven aan is gebroken. Slijtage…ook dat is dus een val kuil. We kunnen niet meer zeilen dus kruip ik weer net zo terug als ik gekomen ben op handen en voeten. Als ik in de kuip zit uit te hijgen bedenk ik me dat ik wel erg dom ben om zonder dat zwemvest naar voren te gaan. Eén vette windvlaag in het zeil en het had me zo over boord kunnen gooien. Dus ja, dan altijd een zwemvest.
Ook belangrijk is vaste plekken voor spullen, alles goed vast zetten, zowel binnen als buiten. In een vette storm met hoge golven stond ik beneden te trachten een broodje te maken hevig mee wiegelend op de golven. Ineens zie ik in mijn ooghoeken iets bewegen het komt mijn kant op, met broodje en mes in mijn handen spring ik in een reflex omhoog en beland niet op de grond maar sta ik uiterst verbaast boven op de reserve accu die tijdelijk onder de kaarten tafel was gezet. Deze stond daar omdat hij zo zwaar was om hem met z’n tweeën te tillen. We hadden hem met 4 man net naar beneden gekregen en daar uiteindelijk een tijdelijk verblijf hadden gegeven. Dat we op hulp wachtte om hem op te ruimen was eigenlijk ook weer dom, ook al hadden we niet verwacht dat die accu er vandoor zou gaan. Ik heb weer geluk gehad. Dus ook het onverwachte moet je dus vast zetten. Ook is onderhoud erg belangrijk en het bijhouden ook. Zo moet er regelmatig alles nagekeken worden.
We lagen op de Grevelingen en Martijn wilde de eerste sluis halen in Bruinisse. Ik lag nog lekker warm in mijn kooi en Martijn was vast gaan varen. Dat vind ik zo lekker, in een warm bed op het geronk van de motor nog even weg doezelen. Ik hoor ineens een verandering in het motor geronk. Spring uit bed, gris een T-shirt uit de kast en pak een rokje die ik snel om mijn middel kan knopen terwijl ik al op de trap loop. Martijn is druk met de motor bezig. Ik bekijk waar we zijn en zie dat we net de sluis binnen varen. Martijn geeft aan als hij wil af remmen en de motor in zijn achteruit zet de boot juist harder VOORUIT gaat. Snel handelen nu, de puts uit gooien die ligt op z’n plek dus die hangt snel achter de boot, het remt een beetje. Dan lijnen pakken, die liggen keurig opgerold klaar zo om uit te gooien. Het is redelijk druk in sluis, dus begin te roepen dat we geen achteruit hebben of ze mijn lijntje willen vangen om ons te stoppen. De meeste al afgemeerde booteigenaren staan verdwaast te kijken. We hebben al minder vaart maar stilliggen voor de dichte sluis deuren zit er nu nog niet in. We hebben echt hulp nodig. Eindelijk iemand die het lijkt te begrijpen. Hij vangt de lijn, maar we gaan nog te hard. Hij trekt maar moet los laten omdat we te snel gaan, maar de gang is er iets uit. De volgende boot staat klaar om mijn lijntje op te vangen. Gooi mijn reserve lijn en ja hoor we liggen stil. Wel met een behoorlijke klap tegen de sluismuur aan, maar beter dan vol gas tegen de sluisdeur! PFFF….dat was even zweten. Er kan dus ook materiaal kapot gaan. In dit geval was er iets met de keerkoppeling. Maar ook kunnen er kleine stomme menselijke fouten gemaakt worden. Luik open laten staan; nat bed, niet alles opgeruimd; struikelen bij nood over een beker, lijnen in de knoop als je ze juist NU nodig hebt. Er kan te veel mis gaan, maar met veel discipline kan er veel voorkomen worden. En als je dan weer veilig vastligt in de haven...
Ieniemienie wereldreisje
We beginnen we aan het tweede boek. “De wereld is rond” is de titel. Het stond al jaren ongelezen in de boekenkast zoals nog meer boeken. Ook dit boek wordt voorgelezen. Stoere mannen taal maar wel veel over de aangelopen plaatsen waar de schrijver is geweest en wat voor werk hij onderweg deed om de reis te bekostigen. Tevens veel motor pech zodat hij uiteindelijk de lange overtocht maakte zonder motor. Het zet je even aan het denken maar het lukt hem wel.
We gaan samen met onze loper 3 weken op vakantie. We gaan naar de Grevelingen, onze ieniemienie wereld reis. Proviand word uitgerekend, brandstof, water, kleding enz. Ik maak uiteraard lijstjes wat we bij ons hebben en hoe lang we er mee kunnen doen. We oefenen in het heel erg klein wat we straks in het groooooots gaan doen. De boot word voorbereid, zowel technisch als inhoud. veel spullen zoals eten word op de waterlijn gelegd. (het gedeelte van de boot dat onder water ligt); daar overleeft groente en sauzen en ander koel te bewaren prima.
Terwijl we een mega hete zomer hebben in 2014. (Ik noem het bikini dagen).
Sorry, ik heb buiten lijstjes ook een bikini tic, spaar geen tassen of schoenen maar bikini’s, in alle kleuren en soorten. Als het weer is om in bikini te zitten, is het voor mij een bikini dag. Van de 21 dagen dat we weg zijn, zijn er 18 dagen een bikinidag. Dus ook als het weer erg zonnig is dan doen groente en andere koel te bewaren spullen het ook goed op de waterlijn. De rijpheid of versheid bepaald wat je eet. Zo ligt de boot vol. Vol geladen en de boot helemaal nagekeken vertrekken we naar de Grevelingen.
We doen dat in 2 dagen. Tja zal je denken met de auto zit je er in een uur maar helaas wij moeten overal omheen zeilen, en wachten bij sluizen en we hebben geen haast. Van Hellevoetsluis naar de eerste brug de haringvlietbrug doen we er op de zeilen met een klein beetje wind 6 uur over, lekker dobberend naar… de brug. We zijn gelukkig niet zo hoog met onze mast en kunnen zeilend onder die brug door.
We hoeven niet te wachten tot de brug open gaat, die gaat maar 1 keer per uur. Dus zeilen we er zo onderdoor en hebben geen op onthoud. Dan volgt een sluis en ja, daar kan niet zo doorheen, dus afmeren en wachten op je beurt. Deze tijd word weer benut om even iets te koken te bakken of even de benen te strekken. Eenmaal door de sluis volgt het Volkerak, geen plezierig vaar water. Veel, soms heel veel beroepsvaart. Daar kan je niet zomaar tussen door varen. Beroepsvaart gaat 1 koers en als jij daar toevallig net voor vaart heb je pech, zij varen gewoon door. Daar wil je niet tussen zeilen, dus op de motor zo ver mogelijk van de beroepsvaart weg, om vervolgens bij de Krammersluis uit te komen. Meestal blijven we daar een nacht overnachten aan de steiger om de volgende dag weer verder te gaan.
s’Morgens moeten we nog door de Krammersluis. Wij noemen het de slakkensluis. Het duurt vaak erg lang omdat we dan van zoet water naar zout water over gaan. Dus eerst zoet water uit de sluis en zout water erin tot we op het juiste water niveau zijn en dan gaan die deuren ook nog langzaam open, maar dan is het nog maar een klein half uurtje naar de sluis van Bruinisse als we die door zijn komt de Grevelingen. Al hoewel we al op vakantie zijn voelt het zo ongelofelijk vrij als we hier aan komen. Een groot meer met meerdere eilanden en de vrijheid naar een eiland te varen waar we heen willen. We hebben 3 weken en dobberen van eiland naar eiland, we oefenen al vast in het klein. We liggen op eilandjes en leven van onze voorraad de beperkte stroom, en water. We genieten zo intens van de beperkingen; maar wij zien het als werkelijk genieten. Steeds oplossingen zoeken en nemen wat er is en daar zo gelukkig van worden. Ook heb ik gewassen onderweg. Een emmer vullen met koud water, waspoeder erbij, de te wassen was erin, deksel erop, vacuüm trekken en laten mee deinen op de golven. Uitspoelen en hagel wit. Dit moeten we doen daar waar water is want zelf hebben we maar 100 liter drinkwater.
We genieten van die vrijheid en de rust. We zijn geen kluizenaars maar gewoon het gevoel dat je ergens heen wilt gaan en niets hoeft voelt als het ultieme vrijheidsgevoel, daar willen we zelfs alle luxe die we nu hebben voor opgeven.
Een paar maanden is het rustig, toch laat het ons niet los, we denken en bespreken het bijna dagelijks. Langzaam gaan we de mensen om ons heen vertellen wat we willen gaan doen, dat we niet alleen een wereldreis gaan maken maar dat we willen zwervend op een boot gaan leven. Niet iedereen reageert positief. Zo zijn de reacties: Ach ja, dromen komen niet uit. Anderen vroegen: je houd toch wel een huis hier? Weer anderen doen alsof ze het leuk vinden voor ons, maar toch voelen we het onbegrip dat het niet waar kan zijn. We begrijpen dat het wennen is voor onze omgeving, daarom vertellen we het nu om iedereen eraan te laten wennen en wij ook.
Het grote onverwachte komt op maandag 8 december 2014. Iets wat we nooit hadden gedacht, nooit over hebben gehad dat het zou kunnen gebeuren, maar dat het komt nu gewoon op ons pad komt. Zomaar…..Plotseling… Heel onverwachts… maar zo’n kans…Wat gebeurd er? Wat is dit? Hoe kan dit? Hoe moet dit? Nu al…
Het grote onverwachte...
Martijn komt om 22:00 thuis van het werk, iets vroeger dan normaal, dus al een verrassing op zich. Waarom hij eerder thuis komt word mij al snel duidelijk als hij als eerste z’n laptop uit klapt, terwijl hij altijd eerst mij verwelkomt. Duidelijk moet ik daarop wachten want er is iets veel belangrijker dan mij. De laptop hoeft niet eens op te starten die staat nog aan op een veiling site. Deze site is mij niet onbekend, we kijken er wel vaker op. Nu ben ik wel heel erg benieuwd wat ik te zien krijg na deze haast om het met me te delen. De laptop word mij overhandigd en ik krijg een boot te zien.
De Vrijheid V, een 16 meter lang, stalen schip, met 78 foto’s waar je zeer je vraagtekens bij moet zetten, maar met nog maar een bod van € 5.700 en nog 18 uur te gaan voor de veiling sluit. Pff, moet wel een wrak zijn, denk je dan. We hebben nog een huis af te maken, een garage te bouwen, en nog maar € 9.000 euro op de bank. Toch nog maar een keer de foto’s bekijken. En nog maar een keer. Er moet niet véél aan gedaan worden, maar ontzettend véél. Ik kan er wel door heen kijken. Binnen kant is een zooi, alles heeft een verfje en een lakje nodig, nieuwe toiletten en vooral een nieuwe badkamer, nieuwe bekleding op de kussens, andere keuken, indeling iets aanpassen, het is wel te doen.
We hebben al een wrak van een boerderij opgeknapt en dit is niets vergeleken daarbij. Ik blijf sceptisch, het belangrijkste aan een boot is toch de romp en de motor, de zeilen en dan nog het overvaren of slepen van Amsterdam naar Hellevoetsluis. De motor ligt half uit elkaar, overal losse onder delen, de uitlaat weggerot en alles is vies en roestig. Moeten we dit wel doen? We hebben de boot niet eens in het echt gezien en nog maar 17 uur voor de veiling eindigt. Ik vraag Martijn z’n broer Floris te bellen. Auto handelaar en eigenaar van Stoopman auto’s in Hellevoetsluis en heeft goed oog voor wrak of mogelijkheden.
Floris is er binnen een half uur. Hij kijkt naar de foto’s. Martijn en ik zijn na het belletje met Floris nog minimaal 10 x naar de foto’s gaan kijken en zien al veel meer mogelijkheden. Gek hoor, hoe vaker je kijkt, hoe meer je ziet maar ook tegelijkertijd hoe meer mogelijkheden je gaat zien. Floris kijkt en zijn eerste reactie is: ik zie een wrak, afzinken en klaar.
Toch als hij verder kijkt wil hij eigenlijk wel investeren en daarna verkopen. De boot heeft toch heel veel apparatuur aan boord en zijn gewicht in staal is gelijk aan de oud ijzer prijs voor dat bedrag. Dus veel risico loopt hij niet. Hij blijft een handelaar. Dat is nu net niet wat wij willen! We willen hem alleen vragen of de motor wel goed zou komen want een nieuwe kost zo’n € 20.000. We willen alleen weten of het wat kan worden met het hart van de boot, en of hij ons evt. tijdelijk wat kan lenen als het bod over ons budget zou gaan. Wij willen die boot om daar de wereld mee rond te trekken. Floris wil enkel investeren, opknappen en verkopen. Wij zien eerst geen andere uitweg, het gaat ook zo snel, en moeten in eerste instantie wel met zijn idee mee gaan. We hebben het geld niet om die boot te kopen als hij meer dan € 10.000 gaat kosten en het huis en de boot die we nog hebben te onderhouden en de nieuwe op te knappen. Maar we hebben haar nog niet, zo’n boot komt, na wat googelen op € 120.000 als hij helemaal klaar zou zijn. Dus deze gaan we niet winnen……of toch?
We doen om 23:40 uur een bod. We gaan voor € 8.000 euro. Een veel te laag bod voor een boot die alle apparatuur, reddingsvlotten, davits, en een heel interieur heeft. We gaan allebei rusteloos slapen. In bed zijn we aan het rekenen hoe we dit sprookje zouden kunnen behouden. Hoe langer we denken komen we tot de conclusie dat we dit een onmogelijk sprookje is. Ons bod is werkelijk belachelijk laag.
De volgende dag doen we allerlei klusjes om de tijd te doden, maar stiekem kijken we elke 10 minuten. We zijn tot onze uiterste verbazing nog steeds de hoogste bieders. Dit kan toch niet? Er moet nog iets gebeuren. Wat weten andere bieders, die uiteraard wel op de kijkdag zijn geweest, wat wij niet weten? Er moet een adder onder het gras vandaan komen. Om 16:00 uur sluit de veiling en net 1 seconde na de sluiting….is het bevestigd. We hebben de Vrijheid!!
Ik weet nu niet of ik blij of verdrietig moet zijn. De gedachtes en emoties gaan alle kanten op. Onze ongeloof is in ongelooflijke stilte te ervaren, zo verbaast en vertwijfeld zijn we. Na nog geen uur worden we gebeld door de veilingsmeester om ons te feliciteren met het gewonnen object. Hij is net zo verbaast als wij over het bedrag wat het heeft opgeleverd, want ze hadden verwacht dat die boot dik door de € 40.000 zou gaan, maar ze is echt van ons. Wat moeten we nu. Het is de boot die we klaar kunnen maken voor onze droom. Weliswaar 3,5 jaar te vroeg, maar een buitenkans. Hoe moet dit nu financieel? Er komen ook nog veiling kosten bij. € 9.250 euro is uiteindelijk het totaal bedrag. Dan is onze rekening leeg geplunderd. Er komen nog ligplaats kosten bij voor de komende jaren, en ons huis moet nog af. Tevens moet er nog een garage gebouwd worden. De droom om de boot te behouden wordt zo wel erg klein want nu hebben we 2 boten!
Is het te vroeg? Zijn we te snel? Slapeloze nachten volgen…….
Eerste kennismaking.
De boot blijkt een donatie te zijn voor de KNRM. De eigenaar is overleden en heeft de boot nagelaten aan de KNRM. De KNRM heeft de boot middels een veiling weer aangeboden voor de verkoop. We moeten het geld overgaan maken aan de veilingmeester en een notaris vinden die de overdracht gaat regelen voor ons. De boot blijkt ingeschreven te staan bij kadaster.
We bellen eerst de notaris om informatie in te winnen of dit gebruikelijk is. Deze verteld ons dat het gebruikelijk is dat het geld naar de notaris moet worden over gemaakt en deze gaat dat vervolgens overstorten naar de veilingmeester.
Zo word er heen en weer gebeld met notaris, veilingmeester en KNRM.
Ondertussen bedenken we van alles om de Vrijheid te kunnen behouden. Het enige wat we kunnen bedenken is onze trouwe loper te gaan verkopen. Met dat geld kunnen we het huis afmaken en de vrijheid van een ligplaats te voorzien.
Dinsdag 16 december zetten we onze Loper te koop. De Loper ligt op dat moment al keurig winter klaar in de box, wat inhoud dat alle zeilen en alle kussens eraf gehaald zijn. De motor en alle afsluiters met anti vries zijn behandeld, niet wetende dat ze te koop zou komen op dit moment. We maken een “al vind ik dat zelf” een mooie advertentie. Wie koopt er nu een boot in het winterseizoen? Toch moeten we het gaan proberen. Er is het afgelopen seizoen veel gedaan aan de boot. Ze ligt er werkelijk gelikt bij vinden wij. Nieuwe kussens en bekleding, nieuwe dynamo, nieuwe startmotor, motor gereviseerd, nieuwe ruitjes rondom, e.d. Daar staat ze op marktplaats, spiernaakt zonder kussens en zeilen getoond op de foto’s. Om 3 uur staat ze op de sites boten te koop en marktplaats. We verwachten er niet veel van, maar niet geprobeerd is sowieso mislukt. Om 20:00 uur telefoon. De beller wil graag Zaterdag komen kijken, niet te geloven, we zijn wederom verbijsterd, gaat onze droom toch uitkomen? Nu al?
De beller komt inderdaad kijken, hij was enthousiast maar moet er over nadenken. Niet getreurd want nummer 2 en 3 hebben zich al gemeld. Niet te geloven in deze tijd? Nr. 2 koopt de boot nog wel op eerste kerstdag. Vraagprijs was €8000 en dat hebben we ook bijna gekregen!!
De kerst kan niet meer stuk. Nu kunnen we voorzichtig gaan nadenken aan onze nieuwe boot waar we onze droom mee willen waarmaken, maar die boot hebben we nog helemaal niet eens in het echt gezien!
Dan… bied de bemiddelaar van de boot Dick (een vriend van de oude eigenaar) aan of we willen komen kijken naar de Vrijheid? Hij heeft nog sleutels. Daar hoeven we uiteraard geen seconde over na te denken. Ja tuurlijk, echt wel! Daar gaan we dan, wat moeten we verwachten, hoe ziet ze eruit, wat gaan we zien? Johan, onze vriend en ongelofelijk goed met…..: tja wat eigenlijk niet, hij gaat mee om naar de motor te kijken. We gaan op weg. Het is ruim een uur rijden. Er maalt van alles door ons hoofd. We zijn enthousiast, maar tegelijk ook nerveus. Hebben we een miskoop gedaan? We komen bij de haven uit en zien haar al gelijk liggen.
De eerste blik op onze nieuwe boot.
Het lijntje van de boot valt gelijk op, zo mooi, althans, dat vinden wij. De buitenkant ziet eruit die ver boven onze verwachting gaat, netjes maar niet heel schoon. De romp zit nog redelijk in de lak. Tuurlijk zien we nog veel opknap werk maar niet ingewikkeld. Het teak heeft serieus aandacht nodig en het is al even geleden dat ze een schoonmaak borstel heeft gezien. Er zitten nieuwe davits achterop (om een bijboot op te takelen uit het water), een goed gekeurd liferaft (reddingsvlot) ligt er op het dek en nog een die nog maar net is verlopen , de reddingsboeien zijn nieuw, verstaging netjes en strak, stuurwiel netjes, zeilen goed ingepakt dus hoe ze er echt uit zien kunnen we niet zien.
Als de Dick aan boord komt, maakt hij de ingang open en daar gaan we voor het eerst ons misschien nieuwe huis/ thuis verkennen. We gaan een voor een naar binnen eerst Dick en dan Martijn en ik volg daarna, als laatste komt Johan naar binnen. Slik, puf, oef. oei. We hebben zat ruimte zo met z’n vieren, maar het is muf en heel donker terwijl het daglicht is. Het plafond is zwart. Niet zo bekleed maar zwart geblakerd van alle olielampen die er hangen en die dan ook zo te zien, veelvuldig gebrand hebben. De indeling is druk, verwarrend en overdadig, maar dat is op te lossen, alles eruit en opnieuw indelen. Wat er verder allemaal aan boord ligt is werkelijk ongelofelijk. Nieuw kompas, 4 sliksplinter nieuwe zeilen in zakken die het daglicht nog niet eens gezien hebben, en in een kast vinden we nog meer zeilen.
Nieuwe lijnen in alle lengtes nog nieuw in de verpakking, zeekaarten, niet te tellen zoveel. Gas tanks nieuw, accu’s nieuw, en een gereedschap en reserve onderdelen. Omvormers zo goed als nieuw, boeken en nog veel meer. Johan buigt zich over de motor om de eerste zaken te kunnen bekijken om die later aan de praat te kunnen krijgen. Dat is nog wel onze aller grootste zorg. Na 1,5 uur lopen we weer terug naar de auto. Alle 3 stil!! Alle 3 in onze eigen gedachte verwikkeld.
De overdracht.
Tijdens de auto rit is het stil, we verwerken ieder voor zich wat we hebben gezien. We zien veel mogelijkheden, we zien een droom boot met wat (heel veel) aanpassingen, maar vooral zien we mega veel boot met inhoud voor zo weinig geld. Niemand gelooft of begrijpt het. Op de boot worden bijna dagelijks briefjes gevonden van mensen die de veiling gemist hebben en de boot alsnog willen kopen. Volgens de veilingmeester hebben we gewoon geluk op het juiste moment. Dat moeten we allemaal nog gaan meemaken, ze ligt nog niet hier in de haven, de motor ligt half uit elkaar en ze weegt ook nog eens 25 ton.
Thuis ga ik een uurtje liggen, moet het allemaal even laten inwerken. Als ik uit bed stap pak ik direct mijn tekenblok. Hetzelfde tekenblok waar ik dit huis op heb ontworpen en heb getekend. Op tekening, teken ik alle ruimtes die ik heb gezien en vul ze met wat ik perfect zou vinden.
Keuken verplaatsen, bedden worden kasten (het schip heeft 14 bedden), badkamer omdraaien, extra toilet in de master room, zo lijkt het al meer op onze droom boot waar we op zouden kunnen gaan wonen. Martijn kijkt even toe naar de tekening en zegt dit is het!!! Nieuwe indeling klaar. Enkel de ingang om de boot binnen te gaan is erg krap en moeilijk begaanbaar. Dat moeten we nog gaan oplossen. Klinkt heel bekent “de trap doorgang”.
In dit huis hebben we ook weken lopen piekeren waar de trap naar boven moest komen. Nu dus weer een trap met een probleempje, maar ook daar komen we wel weer uit. Zal iets worden van giek verhogen en de overkapping omhoog, maar dat is voor later om dat goed uit te zoeken. De KNRM is op dit moment druk bezig om de boot uit het kadaster te halen. Zo hoeven we ook niet de notaris en kan de overdracht gewoon op papier onder elkaar geregeld worden. We wachten weer af.
29 januari 2015. Eindelijk!! De overdracht van de boot. Om 10:00 moeten we bij de boot zijn. De meneer van de KNRM is erbij en het gaat heel gemakkelijk. Hier de papieren en hier de sleutel en dat is het. Oke, gaat het zo gemakkelijk? Mr KNRM gaat na een 30 min weg en daar zitten we. Blijkbaar de nieuwe eigenaren van. We maken het luik open en eindelijk kunnen we goed gaan kijken wat echt van ons is.
We trekken luiken open en deuren, we kijken in bakkisten en andere opberg ruimtes. Alles ligt vol. In de kaartentafel vinden we zeekaarten, zo’n 10 cm dik pakket. In het achter steven 50 tassen met zooi, cassette bandjes (wie kent ze nog), dvd’s van toen ze net uit kwamen. Maar ook nog meer olie lampen. Geloof dat er al te veel van aan boord waren, toch liggen er nog meer. We bekijken de zeilen die binnen liggen, die zijn echt helemaal nieuw! Genua voor de eerste rolfok en een storm fok, een spinaker nog nieuw. Lijnen, heel veel lijnen nog nieuw.
De eerste snelle poging om de kachels brandend te krijgen mislukken. We besluiten om richting huis te gaan. Alle documentatie die we vinden in te pakken en mee te nemen naar huis. Die kunnen we op ons gemak thuis bekijken. We maken een lijst wat we als eerste nodig zouden hebben. Het word echt te koud om langer te blijven. We lopen nog even naar het watersport winkeltje op de werf om kennis te maken. De dame achter de balie neemt geen blad voor haar mond en verteld dat we beter zo snel mogelijk van die boot af moeten zien te komen. De romp is slecht, de motor niet meer te repareren. Er blijken al veel monteurs het geprobeerd te hebben en hij zou van 3 verschillende motoren te zijn gemaakt. Het is een zelf vernietigend schip, weet ze te vertellen. Ooit van gehoord? De kachels zijn kapot. Echt zegt ze, wil maar gelijk eerlijk tegen jullie zijn want het is echt helemaal niets meer. In ons zelf gekeerd, over denken we wat we zojuist gehoord hebben. We vinden het maar een apart verhaal. Een schip dat al haast alles heeft om een charterschip te mogen zijn (want de vorige eigenaar wilde ermee gaan charteren en heeft het schip aan alle moderne eisen moeten aanpassen). Met de meest hoge eisen, kan het toch niet zo slecht zijn dat de romp bijna door is? Maar ja, het schip ligt daar al wat jaren en ze zullen het toch wel weten. We gaan twijfelen.
7 febr 2015, we gaan het wagen om op de boot te gaan slapen. We pakken de auto in. Eten, dekens, gereedschap, borden en bestek. Ook hebben we een mega grote Nederlandse vlag besteld voor in de mast. Want zodra je aan boord bent, moet de Nederlandse vlag wapperen.
Na een uur en een kwartier erheen te rijden hebben we met elkaar afgesproken; doet de kachel het niet…. dan gaan we naar huis. Na een uur draait de Webasto heteluchtkachel, beetje water in de filter meer is het niet. De diesel kachel draait daarop ook weer een uur later. Ook water in de filter. Het word nu al lekker warm aan boord. We horen onder de vloer iets druppelen. De luiken zitten aardig geklemd maar met wat geweld krijgen we ze uiteindelijk open. Daar vinden we de lekkage. De diesel kachel leiding loopt onder het luik en de koppeling zit goed los. Zo te zien al een tijdje want de gehele bilge (ruimte onder de boot) zit vol met liters diesel en rotzooi. Na de lekkage te hebben opgelost, ligt de vloer al bijna helemaal open. Nu nog een paar luiken open en kunnen we gelijk de romp eens bekijken. Sommige plekken zien we zeker wel roest. Toch vinden we het eigenlijk wel meevallen. Overdrijven ze nu? We waren toch al van plan een huid meting te laten uitvoeren dus laten de experts het maar bepalen. Zoals we het nu zien, valt het wel mee. 2 dagen lang maken we schoon, Iedereen op de haven heeft wel iets negatiefs te vertellen, veel commentaar over de motor, het roest op de romp , vuilheid in de boot. We luisteren braaf naar de verhalen en denken er het onze van. Toch blijven we ook wel twijfelen.
Het is tijd om iets te eten, dus het fornuis uit proberen, (schoonmaken hadden we al uitvoerig gedaan, dus gas fles open draaien en het werkt en goed ook. Zo kunnen we een lekker warm soepje eten. De toiletten krijgen we niet gelijk aan de praat, ze pompen geen water op. Tevens zijn ze te smerig. Bij 1 toilet zijn de rubbers stuk. Martijn bekijkt het even of hij het gemakkelijk kan oplossen. Dat is zeker niet aan mij besteed, vieze luchtjes en ik gaan niet samen. Ik doe de afwas maar het gootsteen loopt niet door. We rommelen nog een beetje aan en maak het avond eten klaar en gaan door met ontdekken en uitvinden tot een uur of 22:00. We gaan naar bed, maar de slaap wil maar niet vatten. We draaien en woelen, allemaal nieuwe geluiden. maar zeker ook de onzekerheid omtrent de staat van de boot. Zondag gaan we toch weer met volle moed door met schoonmaken en opruimen. De boot word al lichter en schoner. Martijn heeft al aardig wat apparatuur uit geprobeerd en na wat Electra en stekkers te veranderen blijkt dat bijna alles werkt. Dat geeft ons toch meer moed. We zijn nog een beetje gematigd blij met ons nieuwe aanwinst. Zondag gaan we teug naar huis. Onze eerste nacht hebben we achter de rug. De kop is eraf.