Via het land naar zee; een avontuur op Belgische en Franse binnenwateren met een zeiljacht.
Op 9 oktober 2016 is het dan eindelijk zo ver. Na ruim 2,5 jaar voorbereiding begint ons avontuur, zeilend de wereld rond met onze HM, een stalen Van de Stadt 36 Zeehond met de toepasselijke naam Heavy Metal. Wij zijn Koen & Yvonne, Koen zeilend opgegroeid, ik door hem besmet na onze ontmoeting in 2005.
We kopen bovenstaand in zeer goede conditie verkerend zeiljacht in juli 2014, maken er korte en langere tochten mee en plaatsen haar in september 2015 op de wal. Koen brengt gedurende 8 maanden volledige werkweken door op de HM. Alles wordt gecheckt, waar nodig gereviseerd, geschuurd en gelakt, verbouwd naar onze eigen inzichten, gereed gemaakt voor de grote reis. En na een generale repetitie-vakantie in juli 2016 naar Denemarken zijn wij en het schip er dan eindelijk klaar voor.
In april 2016 hebben we echter het besluit genomen om niet ‘bij Vlissingen linksaf te gaan’ maar via de Belgische en Franse rivieren en kanalen naar de Middellandse Zee te varen. Op dat moment hebben we ons huis namelijk nog niet verkocht en dat is één van de voorwaarden voor vertrek. En alhoewel dan binnen 2 weken een deal over de verkoop van het huis rond is, blijven we erbij om de alternatieve route te varen. We hebben hiervoor meerdere redenen: de boot is weliswaar technisch klaar maar er is nog geen mijl mee gezeild na de verbouwing, mijn hoofd is nog niet in de vertrek-modus, er moet nog een huis met garage, twee zolders en een kelder leeg (we willen namelijk niets opslaan) en we hebben hele mooie verhalen gehoord van twee afzonderlijke zeilers over de route door België en Frankrijk. De één heeft de tocht in het voorjaar van 2015 afgelegd, de ander in de zomer en najaar van datzelfde jaar. Beiden met een vergelijkbaar zeiljacht als de HM, met de mast plat, met als doel te zeilen op de Middellandse Zee. Er zijn ons zeilers voor gegaan, wij zijn redelijk avontuurlijk ingesteld, dus wat houdt ons tegen? Druk vaarwater? Ruim 250 sluizen? Herfstweer, regen en kou? De sores om de mast degelijk te vervoeren en in Marseille weer net zo degelijk overeind te krijgen? Zo’n 1.500 kilometer motoren in plaats van zeilen? Nee, we gaan het gewoon doen! We laten ons gewoon leiden door de dag, het weer, de zin, mooie plaatsen, wat op ons pad (of vaarwater) komt. Op dat moment is de achterbrug (waarop de zonnepanelen geplaatst worden) nog in aanbouw. We kunnen er dan nog net rekening mee houden dat de doorvaarhoogte van sommige Franse tunnels slechts 3,50 meter is. Onze diepgang (1,75 meter) zou geen problemen mogen opleveren mits we niet teveel huisraad en voedselvoorraden aan boord brengen.
Zondag 9 oktober is een zonovergoten dag. We worden vanuit de haven in Cuijk uitgezwaaid door familie en vrienden en door een twintigtal boten van mede-verenigingsleden van Watersportvereniging De Kraaijenbergse Plassen waarvan Koen al 40 jaar lid is. Er wordt gelachen, gehuild, er worden lieve en wijze woorden gesproken. En dan zijn we met z’n tweetjes. Op onze Heavy Metal varen we over een rustig kabbelende Maas.
De eerste sluis is een voor ons bekende: Sambeek. Er ligt al een vrachtschip te wachten om in te varen, de sluismeester vraagt ons, zoals gebruikelijk, na het schip in te varen. We wachten rustig tot de beroepsvaarder stil ligt en de kolk van zijn schroef wat is gekalmeerd. We gebruiken een bolder en een trap om aan te leggen, de sirene loeit, het schutten begint. Nadat de deuren weer open zijn, het vrachtschip is uitgevaren en de hiermee gepaard gaande wervelingen in de sluis wat zijn afgenomen, trossen los en uit varen. Eén sluis afvinken! Na de sluis ligt een betonnen loswal met reserve-sluisdeuren en andere sluis-onderdelen. We leggen daar aan voor de nacht. Het is ver genoeg van de sluis af om geen last te hebben van het schutten. Het is wel enigszins onrustig als er beroepsvaart langs vaart, maar prima te doen.
De volgende ochtend is de wereld klein. Een dikke mist omhult de HM. En ondanks dat we net voor de zomer nog een nieuwe radar gekocht hebben welke beeld op onze plotter weergeeft, besluiten we niet uit te varen. Er is behoorlijk wat beroepsvaart en waarom onnodige risico’s nemen? We hebben immers tijd genoeg (ons plan is om in een jaar of tien de wereld rond te zeilen). Rond 11.00 uur trekt de mist op, het wordt een prachtige, zonnige en windstille dag. Zo zullen er nog meerdere volgen. Het varen op de Nederlandse Maas vinden wij bijzonder relaxed. We zijn gewend aan het redelijk drukke scheepvaartverkeer op de Maas (we woonden zelf in Cuijk aan de Maas). Het is tot op heden het drukste wat we gezien hebben (we zijn nu in Namur, België). Maar je hebt er ook geen last van, het gaat gewoon aan je voorbij. Als je goed blijft opletten, vaak genoeg achterom kijkt, dan heb je nergens last van. De Maas is breed genoeg en de golfslag welke door de beroepsvaarders wordt veroorzaakt is prima te doen. De pleziervaart (speedboten, water- en jetskiërs) op de ‘snel-varen-trajecten’ veroorzaakt meer gehobbel. En bovendien: een zeiljacht is gebouwd om door de golven te gaan!
Na mooie dagen op het water, de gezellige en historisch mooie steden Roermond en Maastricht, komen we aan bij de sluis van Lanaye, de grens tussen Nederland en België. Hier een verval van zo’n 14 meter. Dat is toch wel spannend. Met gezonde kriebels in mijn buik roep ik via de marifoon de sluismeester aan. ‘Spreekt u Nederlands?’ ‘Non.’ Oeps, boekje erbij en in het Frans aanroepen. Hij begrijpt mij en ik begrijp zijn antwoord. Dat is een goed begin. Nadat we de sluis zijn ingevaren, twee vrachtschepen zijn ons voorgegaan, leggen we aan aan één van de drijvende bolders.
Die hadden we al eens eerder gezien. Alle lijnen (voor, midden en achter) aan één bolder. Die dingen zitten namelijk zo ver uit elkaar dat het met een plezierjacht (van onze afmetingen) niet te doen is om aan twee bolders aan te leggen. Natuurlijk leggen de beroepsvaarders, ondanks de grote borden met het verbod om de motor te laten draaien tijdens het schutten, slechts met één landvast op de boeg van het schip aan. En zien we naast de kunstwerken van draaiend water veroorzaakt door het vollopen van de sluiskolk, ook regelmatig kolkende watermassa’s ontstaan die veroorzaakt worden door de schroef van het vrachtschip. Maar wij liggen stevig vast. We blijven wel ter controle bij onze lijnen staan. Ik zeg tegen Koen: ‘Appeltje eitje! Eigenlijk wil het ook niets zeggen die sluizen. En het verval maakt eigenlijk ook niets uit. Zolang je maar in één keer goed aanlegt, je niet teveel wordt gepest door beroepsvaarders, er geen tot weinig wind is en je drijvende bolders hebt!’ Koen lacht: ‘Dat zijn best veel voorwaarden…’ Ik moet zelf ook glimlachen. We zullen zien hoe ik er over een paar weken over denk, als ik enkele tientallen sluisjes in alle soorten en maten heb bedwongen. Maar ik ga ze met een positief gevoel tegemoet. Tot op heden genieten we vooral. Van onderweg zijn, afwisselende landschappen, wandelingen en fietstochtjes, maar bovenal van de start van ons heerlijke avontuur.
Over enkele weken meer op Zeilersforum over onze ervaringen. Vind je het leuk om meer verhalen te lezen of de verbouwing van de Heavy Metal en onze reisvoorbereidingen te bekijken, ga dan naar onze website www.deheavymetal.nl.
Groeten!
Koen & Yvonne
SY Heavy Metal