Vakantieperikelen van Marjanne en Albert, deel 20
Medemblik-Den oever
Za. 23-06-2007
We hebben lekker uitgeslapen, maar nu, het is al bijna half negen, wordt het tijd om op te staan.
Marjanne is nog in diepe rust verzonken, ik denk dat ik haar met een lief liedje wel wakker krijg.
Daar gaat ie dan, niet mooi maar wel hard!
Rise and shine sleepy Joe.
This the time don’t you know,
to get in to a other kind of dream.
Verder hoef ik niet te gaan, ik krijg een por in m’n zij , ze mompelt iets wat ik niet versta, trekt de deken over haar hoofd en slaapt verder.
Hm, zeker het verkeerde liedje, dan doen we toch een ander en met iets meer volume.
Even denken, eh, oh ja!
Opa kijk ik vond op zolder,
een foto van een mooie stoot.
Komt dat mokkel uit de Playboy?
Kijk die griet is helemaal bloot!
Jochie dat is een gelukkie,
‘k was dat prentje jaren kwijt.
Straks doet opa weer een ru....
Een elleboog, vakkundig tussen mijn ribben geplaatst, doet mijn zoet gekweel overgaan in een kreet van pijn.
Meteen zegt ze met bezorgde stem:’Ik heb je toch geen pijn gedaan?’
‘Nee hoor schat, het is best lekker …. voor iemand van de “Pijn is Fijn” club, maar persoonlijk heb ik ‘s morgens liever koffie.
Na het ontbijt gaan we Medemblik in, wat smeer en gasoliefilters halen.
Op de terugweg doen we de boodschappen voor het weekend.
Eerst koffie met rijstevlaai, dan ga ik de filters vervangen en wandelt Marjanne nog even het stadje in.
Met het vervangen van de filters en het ontluchten van het brandstof systeem, gaat er een uurtje heen.
Nog een scheutje olie in het carter om te compenseren voor wat er samen met het filter verdwijnt.
Zie zo, opruimen, klauwtjes wassen, wachten op de kapiteinse en ondertussen een proef draai doen.
Mijn Buhk start meteen en loopt als een zonnetje.
Heel wat anders dan de Volvo in mijn vorig bootje.
Die startte ik, uit voorzorg, al een kwartier voor ik hem eventueel nodig had.
Het loopt al tegen tweeën, há daar is Marjanne.
Ze heeft, bij een particulier, een grote bak met onbespoten aardbeien gekocht en onderin haar rugzak ligt een berg biologische aardappelen.
‘Oké, voor en achter!’
Buiten zetten we zeil en varen, lekker ontspannen in de warme zon, langs de dijk van de Wieringermeerpolder.
We naderen de voormalige werkhaven voor Zuiderzeewerken “Oude Zeug”.
Tot voor een jaar of wat terug zag je hier alleen wat jachtjes die kwamen overnachten en in de herfst was het een tijdje druk met binnenschepen die suikerbieten kwamen laden.
Nu staan er loodsen van jachtwerf Jongert, zo hoog en breed als een vliegtuig hangaar.
Daarbinnen bouwen ze zeil en motorjachten tot vijfenveertig meter lengte.
We zeilen kalm door, hier hebben we niets te zoeken.
Al zeilend lopen we de voorhaven van Den Oever binnen.
Marjanne start de motor en ik rol de zeilen weg.
De jachthaven keuren we geen blik waardig, we gaan meteen door naar de sluis.
Na drie overnachtingen op zoetwater wordt het hoogtijd dat we weer wat zeelucht opsnuiven.
Eerst komt er een leeg olieblik van zo’n negenhonderd ton naar buiten dan volgen er twee kleine viskottertjes.
Nu zijn wij aan de beurt, samen met nog wat andere zeiljachtjes meren we af in de kolk.
Het jacht achter ons wil eerst zijn voorlijntje vastmaken.
Ik roep hem toe om eerst achter vast te maken om dat de stroom hier achterin komt.
Hij doet wat ik zeg, maar aan zijn gezicht zie ik dat hij het niet helemaal begrijpt.
Wanneer hij afgemeerd ligt, leg ik hem uit dat vanwege de zoutwaterkering er in de sluizen naar het wad altijd een kunstmatige stroming wordt gehandhaafd.
‘Dat heeft tot gevolg dat, als je eerst voor vastmaakt, je boot rond gaat en schade kan maken, dat is niet prettig voor jou en vooral niet voor je buren.’
Hij zegt dat hij het begrijpt, maar de vraagtekens staan in zijn ogen.
Na het schutten stuiven de anderen het wad op, om over de eb naar Texel te varen.
Wij varen door de oude haven en gaan BB uit de buitenhaven in, om te kijken of er een plekje is naast een van de mosselboeren die hier hun kotter neerleggen en thuis weekend houden.
‘Kijk Marjanne, ze heten ons al welkom, dan gaan we hier maar langszij.’
Zo, we liggen hier uit de kunst, er staat geen lichtkar te draaien en er is geen mens aanboord.
Geen andere jachtjes met herrieschoppers en niet dicht op elkaar gepakt.
Heerlijk rustig genieten van het ruime uitzicht en de schepen.
Marjanne is al aan het koken en ik dek, buiten in de kuip, de tafel.
Wat we eten? Vis, lekker!
En morgen?
Morgen naar Texel.
Vakantieperikelen van Marjanne en Albert, deel 20
- Geschreven door Albert 45
- Hits: 10395