In m’n studententijd veel gezeild op een 22 voet boot zonder motor. Hier het verslag (al eerder gepost hier) van twee weken vakantie van Zweden naar Nederland. Denk dat het speciale karakter van zeilen en manoeuvreren zonder motor de rode draad is...
Onderstaand verslag beschrijft het relaas van Anton, Sjaak, Dorine en Maarten tijdens de laatste zeezeilperiode van 2001. In twee weken zijn ze met Doordraijer van Lysekil naar Makkum gevaren.
Vrijdag 10 augustus
Jeurissen heeft de definitieve wisselplek doorgebeld: Lysekil, Zweden!
Tijdens een laatste poging Doordraijer naar Denemarken te varen, is de ploeg gisteren wederom met windkracht zeven geconfronteerd. Geen weer voor een oversteek.
Ik ben niet geheel rouwig om dit nieuws: Doordraijer ligt nu weliswaar erg ver weg van Nederland, maar wanneer wij zouden starten in Denemarken zouden we een oversteek heen en weer naar Zweden waarschijnlijk niet ondernomen hebben vanwege de beperkte tijd.
Het feest zeezeilen begint altijd in de supermarkt met het doen van inkopen. We gebruiken de checklist van Erwin en concluderen een aantal dingen:
- het lijstje ziet veel lekkere dingen over het hoofd
- het is onmogelijk het streefgetal van drie afgeladen winkelwagens te halen, tenzij we overmatig in toiletpapier gaan investeren
- op zee smaakt alles anders
Na een logistiek plan voor de huur-Vectra te hebben bedacht, blijkt bijna alles er in te passen.
Rond 22:30 vertrekken we richting Zweden. Na een lange nacht doorgereden te hebben, wordt zaterdagochtend vroeg alles mooier en beter: We verlaten Duitsland, het stopt spontaan met regenen en de zon verschijnt boven de horizon. Bij het naderen van de eerste tolbrug in Denemarken realiseren we ons dat niemand van ons Deens geld noch een creditcard heeft: we gaan pinnen in Odense. De Denen blijken hun pinautomaten ’s nachts uit te zetten. Om 6:00 moeten ze het weer doen. We dwalen wat door Odense. Waarschijnlijk is Odense een leuke stad, echter niet nu. Het is koud en we willen verder richting Zweden.
Zaterdag 11 augustus
Rond de middag komen we na een prachtig laatste stuk van de tocht aan in Lysekil. Terwijl we aan de koffie zitten met de vorige ploeg, worden we voorgelicht over dit prachtige zeilgebied, waar Jeurissen, Marjolein, Koen en Arun bijna een week mee verwend zijn. Wij zullen hier slechts enkele dagen kunnen doorbrengen: we moeten Doordraijer naar huis brengen...
Na de boot ingeruimd te hebben relaxen we wat en bekijken Lysekil. Marjolein was nogal lyrisch geweest over een bepaalde zonsondergang die ze met Maarten op een rotsje mee had gemaakt. Wij waren daar ook wel nieuwsgierig naar. Na een typische rots beklommen te hebben bleek dat er tussen de zon en ons nog een rots zat. We moesten een rots verder. Net op tijd vonden we de bewuste rots. Helaas, nu ontstond er plotseling een wolkenband tussen de zon en ons.
Zondag 12 augustus
Vandaag zijn we vroeg opgestaan omdat we een flinke tocht willen maken maar vooral ook willen ontbijten op niveau. De Nederlandse croissantjes met de Nederlandse roomboter en de Hollandse kaas smaken ook in Zweden erg lekker.
Na het ontbijt pakken we de kaartset erbij en bekijken de opties voor de komende dagen. Over uiterlijk drie dagen willen we Zweden hebben verlaten. Omdat we ook nog een dag het achterland willen bekijken, kunnen we dus nog één plaats aan doen. We gaan voor Marstrand, dit ziet er aardig uit, ligt een stuk in de ‘goede’ richting en midden in het scherengebied.
De Zweedse kust is al een aantal dagen lagerwal, de laatste dagen vooral met harde wind. Na in een uurtje het scherengebied uitgekruisd te zijn, zeilen we uit de beschutting van de rotsen en bevinden we ons op volle zee. De aankomen rollende golven geven een indrukwekkend schouwspel. Met de kust als referentie lijken ze nog hoger dan ze zijn. Doordat de boden hier echter niet sterk oploopt, is er van brekende golven nauwelijks sprake. Het is hier prima zeilen! Helaas wordt wel bijna iedereen zeeziek. Dit motiveert niet echt voor de tochten die komen gaan.
Tegen het eind van de middag zijn we ten hoogte van Marstrand en staan we voor de taak om Doordraijer heelhuids door de scherenkust naar Marstrand te navigeren. Het gaat allemaal heel erg snel. We hebben yachtsets aan boord, welke een zeer grote schaal hebben. Ik zit op dat moment binnen met de set op schoot. Buiten proberen drie mensen relevante herkenningspunten te spotten. Nadat ik het spoor even bijster ben, blijkt dat we van de kaart zijn gevaren. Met onze snelheid doen we sommige detailkaarten binnen een kwartier. Het is hier hard opletten! Een navigatiefout betekent in dit rotsgebied vaak “einde boot”.
Maandag 13 augustus
Vandaag hebben we uitgeslapen en het eiland bekeken. Marstrand wordt door Zweden een watersportparadijs genoemd. Hier hebben ze niet geheel ongelijk in. Het eiland is leuk en er staat een fort. We vinden het jammer dat we weer zo snel weg moeten.
‘s Middags bij een plaatselijke benzinepomp/watersportzaak lijm en McGuyvertape gekocht. Daarna op de steiger een hobbyuurtje gehouden. We hebben de zeezeilhoezen, welke de ploeg van Martijn gemaakt hebben, geoptimaliseerd met de omhoogslaande flappen. Hiervoor bleek nog wat plastic aan boord te zijn, wat aardig bleek te passen.
Ons brouwsel aanschouwende zijn we redelijk gul geweest in de maatvoering. Wanneer je nu onder een zeezeilhoes ligt, reikt de hoes tot onder je oksels! Lekker warm voor in de winter, nu licht claustrofobisch.
Na het avondeten vertrekken we richting Læsø. Læsø is een Deens eiland en ligt in het Kattegat, ongeveer midden tussen Zweden en Denemarken. Na uit Marstrand te zijn weggevaren met een redelijk mooie zonsondergang (er zat wéér bewolking voor) ligt ons een minder plezierige tocht voor de boeg: 14 Uur aan de wind betekent veel water over krijgen. Dorine wordt al snel zeeziek, waardoor de tocht voor haar eeuwig lijkt te gaan duren. De volgende ochtend rond tien uur komt Læsø in zicht en daarmee het einde van de tocht. Onze laveerkunsten in de haven en de sliplanding op een stukje vrije steiger zorgen voor de nodige belangstelling. Onder deze belangstellenden is een Nederlandse vrouw, waarbij de moedergevoelens plotseling in alle hevigheid losbarsten. We krijgen nootjes, peptalk en ellende die zij en haar man tijdens hun zeereizen hebben meegemaakt te eten en te horen.
Dinsdag 14 augustus
Brak brengen we de rest van de middag tussen kuip en eiland door. Van onze goede voornemens om een wandeling te maken kwam ongeveer 200 meter terecht: We kwamen een bankje tegen…
Terug richting haven, waarnaast ook een strand bleek te zijn: een prachtige hang-, zwem- en vliegerplek.
‘s Avonds zijn we culinair bezig geweest: we hebben ons als doel gesteld om zalmquiche te maken. Nog aan de vrouw met de moederlijke gevoelens gevraagd naar een recept voor het deeg: ze wist het ook niet precies, aangezien ze daar tegenwoordig pakjes voor gebruikte. Bedankt, moeder! Hier hebben we natuurlijk niets aan! Het deeg werd dus improviseren en mislukte dan ook. De vulling smaakte echter goed, net zo goed als wanneer die gewoon in een pasta verwerkt zou zijn. Toch hebben we geconcludeerd dat een quiche aan boord in principe mogelijk zou moeten zijn.
Die avond lekker vroeg te kooi gegaan. Morgen willen we het Deense vaste land bereiken: Hals.
Woensdag 15 augustus
Bij het openen van het schuifluik bleek ons een feestdag te wachten te staan: de wind was er nog en bovendien naar ZO gedraaid: niet meer kruisen!! Verder volop zon en zomerse temperaturen (voor Scandinavische begrippen). Half twaalf hebben we Østerby verlaten. Dit is een uitgelezen tochtje om eens met de GPS te klooien. Dorine verzint en programmeert dan ook een groot aantal strategisch gelegen waypoints. We snijden ze echter allemaal af. Deze dag gebeurt er weinig spectaculairs. ‘s Avonds houdt de wind er mee op, iets wat we vaker mee zullen gaan maken de komende tijd.
De aanloop van Hals vindt plaats onder een heldere sterrenhemel. We zeilen een beetje, we wrikken wat en de stroom doet de rest.
In Denemarken is het verval klein: ongeveer 40 cm. Hierdoor heeft de wind in verhouding meer invloed op de stroming. Een hogedrukgebied drukt als het ware een watermassa naar een lagedruk gebied. Hierdoor kan een stroming ontstaat die met de wind mee gericht is.
In Hals afgemeerd, daarna een havenbiertje/sapje gedronken, daarna de laatste Beerenburg, daarna nog een laatste Beerenburg, nog een etc. Op een gegeven moment zijn we gaan slapen.
Donderdag 16 augustus
‘s Ochtends uit Hals vertrokken om richting Limfjorden te gaan. Vandaag willen we tot Aalborg komen. Dorine regelt de afvaart. Helaas waait het weinig; er gebeuren geen spectaculaire dingen. Dorine met een wrikriem is een stoere vertoning, er zijn echter weinig locals die deze sfeer onderschrijven.
Buiten gekomen, blijken de stootwillen onder een stinkende laag slijm bedekt. Het is niet het fijnste werk ze weer schoon te krijgen. Hals, bedankt!
De hele middag spieën we, globaal richting west. We bellen Roger voor een appeltaart recept. Roger legt uit: “Er moet bloem, veel suiker en boter in. Verder weet ik het ook niet, maar er moet in ieder geval meer suiker dan bloem door. Dan boter er bij tot het lekker aanvoelt.” Bedankt Roger, hier kunnen we wat mee!? Ik zou de appeltaart verzorgen, maar stel het toch maar even uit.
Aalborg. Het meest dynamische wat Aalborg te bieden heeft zijn de twee bruggen. Ze zijn open of ze zijn dicht.
Dit jaar is de westelijke brug in onderhoud, waardoor er aangepaste bedieningstijden gelden. Ook deze aangepaste tijden blijken zeer relatief. Nadat de oostelijke brug netjes gedraaid had, hebben we bijna een uur opgesloten gelegen tussen de twee bruggen.
‘s Avonds maken we de planning voor de komende tijd. Vanavond Bonte Avond (cultuur en drank), morgen Sportdag.
Er blijkt in Aalborg-stad een jazz- en bluesfestival te zijn, waar vooral blues gespeeld word. Het was erg gezellig allemaal.
De Denen drinken niet veel, maar ALS ze drinken, dan drinken ze ERG veel. Zo ook nu. Verder is ons het gedrag van de Deense concertganger opgevallen: De meest swingende muziek wordt stilzittend vanaf een bankje beluisterd, terwijl de rechter of linker voet traag op en neer beweegt. Als je goed kijkt, zie je dat daadwerkelijk.
Vrijdag 17 augustus: Sportdag
Voordat we met onze sportieve activiteiten starten, lopen we Aalborg nog door voor wat inkopen. Het blijkt hier een waar stofzuigerliefhebber-paradijs te zijn: we hebben dat uur maar liefst drie stofzuiger-speciaalzaken gezien: alles, werkelijk alles op stofzuigergebied kun je in Aalborg vinden: van klassiekers tot de modernste Mieles; het is er! We weerstaan echter alle verleidingen en lopen door: we treffen een antieke drogist: Puimsteen, Carbid, Mottenballen, oude poedertjes in oude doosjes en vooral stof op deze artikelen.
Rond twee uur verlaten we Aalborg. We willen tot Løgstør komen.
Gistermiddag is de wind naar west gedraaid en flink aangetrokken. Op dit vlakke water is het, ook met west-6 leuk kruisen. Sjaak stuurt en heeft de smaak flink te pakken: zijn dieptewaarnemingen schijnen voor te lopen op de dieptemeter, zodat het optietaalzeilen er aardig in komt. In dit merengebied lijkt het lichtelijk op Friesland: er is smal vaarwater aanwezig en je kunt zowaar vastlopen. Qua drukte lijkt het totaal niet op Friesland: ook in het hoogseizoen blijft het vrij rustig.
Het lijkt erop dat de geplande sportdag het karakter krijgt van 20 mijl kruisen. Gelukkig stopt de wind. We zijn dan ongeveer 5 mijl van Løgstør en bijbehorende brug. Het wordt snel duidelijk dat we beiden niet meer gaan halen vandaag. Tijdens de afnemende wind gaan we van dubbel rif en kleine fok over naar voltuig en zeilen door totdat ook het laatste zuchtje wind verdwijnt.
We zijn dan anderhalve mijl voor Atrrup. Onze almanak is daar Lyrisch over, maar was dat ook over Hals. De “Sejleren’s nr 1” vermeld over Attrup: “Fahren Sie nicht vorbei, wenn Sie vorbeifahren! Der Haven is unbedingt einen Besuch wert. Die wassertiefe betragt 2m.”
In het kader van de geplande sportdag gaan we toch voor Attrup. Attrup heeft een kleine verenigingshaven en verder niets. De haven is onlangs gemoderniseerd en uitgebreid, er is verder nog steeds geen enkele verlichting.
We wrikken de laatste mijl onder een nieuwe maan en een kraakheldere hemel. Het is doodstil, zowel qua wind als geluid. Er is verder helemaal niets; we voelen ons alleen en vooral klein. We zien iets waarvan we vermoeden dat het het Noorderlicht is. Wat is dit ontzettend mooi!
Zaterdag 18 augustus
Vandaag vroeg opgestaan om snel te kunnen vertrekken. Na een douche in het mooie, nieuwe toiletgebouw, bleek het water voor Sjaak koud omdat er drie mensen voor hem gedoucht hadden. Het had zo mooi kunnen zijn…
Het idee achter de snelle start van die dag was dat we op tijd aan zouden komen op Livø, zodat we de inmiddels gebruikelijke avondstilte zouden vermijden. Tijdens de tocht toont Dorine lef en gaat het recept van Roger tot leven roepen. Tijdens het bakproces is de Origo bijgevuld en is er verder gebakken zonder de aluminium plaat. Dit heeft het bakproces behoorlijk versneld. De appeltaart is hierdoor gemuteerd tot gecarameliseerde suiker met stukjes appel. Lekker als je van zoet houdt.
Intussen is de wind er mee opgehouden, eerder dan verwacht werd. De laatste 3 mijl willen we wrikken, omdat Livø ons toch wel erg leuk lijkt. De appeltaart zal ons van de nodige energie voorzien. Na een tijdje wrikken zien we een Grinde naar ons toe varen, die samen met ons door de brug van Løgstør gekomen is. “Of we ook naar Livø gaan?”. Perfect! Volledig spontaan een sleep door dit prachtige schip geregeld naar een prachtig eiland!
Livø staat niet in de “Sejlerin nr 1” vermeld. We weten inmiddels waarom niet. Livø is niet echt een haven, maar meer een grote box met veel boten daarin. Deze boten zijn allemaal aan elkaar vastgemaakt, zodat je in alle richtingen naar de wal kunt lopen. Voor Doordraijer is nog een plek beschikbaar. We zijn de enige buitenlandse boot behalve een Duitser. Deze ligt natuurlijk net naast ons.
We dineren op niveau: kalfsragout en Fou jong hai. Combineren is een vak.
‘s Avonds maken we een wandeling door het bos, maar door het ontbreken van maan en enige verdere verlichting is dit niet echt succesvol.
Zondag 19 augustus
Vroeg opgestaan en al om 9 uur op vertrokken, voordat de rest van de veredelde box wakker werd. We waren erg trots op onszelf. De wind was oost-5 dus dat beloofde een voorspoedige tocht. Lemvig ligt op 30 mijl afstand.
Vlak voor Lemvig hebben Sjaak en ik de spi gezet, terwijl Dorine en Anton lagen te slapen. Het schoot erg op, echter geconcentreerd sturen was noodzakelijk. Eén zo’n achterlijk inkomende golf verkeerd nemen zou ons direct uit het roer doen laten lopen. Na enige tijd gebeurde dat ook.
Keurig om 5 uur lagen we aan de kant in Lemvig: eindelijk een tocht die zich aan de planning hield!
Lemvig is geinig. Wat ons opviel, was dat ze hier in speelgoedzaken naast speelgoed, een uitgebreid messen en luchtbuksen assortiment hebben. De Denen zijn een vreemd volk.
‘s Avonds hebben we een filmhuis bezocht, waar een (gelukkig) niet al te moeilijke film draaide: “Anja og Victor”. Het ging geloof ik over een verliefd stel. Op ene gegeven moment brak de film en ging een technica met schaar en lijm in de weer. De stapel boeken onder de projector ontbrak nog.
Maandag 20 augustus: Hobby-Bob dag
Vandaag hebben we wat tijd begroot om de boot (helemaal) klaar te maken voor de trip naar Nederland. Dorine en Sjaak hebben het praktische deel uit het lesmateriaal “Dit is knopen, siersteken en splitsen” toegepast door de nieuwe spi schoot van eindtakeling en snapshackle te voorzien. Aan de snapshackle zit nu een geinig sliertje. Anton en ik hebben de lieren schoongemaakt. Dit zou een dag lang te helpen.
‘s Middags zijn we naar Thyborøn vertrokken. Na een kort namiddagtochtje heeft Dorine de boot voorbeeldig aangelegd in Thyborøn. Dit was trouwens haar eerste aanleg mèt wind.
Na de kaart beter bestudeerd te hebben, bleek dat Agger misschien een betere optie was geweest: het stikt in Thyborøn!
Dinsdag 21 augustus
Lekker dagje rust. We genieten van een heerlijk weer, lopen het hele dorp door en bekijken het “Slakkenhuis”, een huis dat helemaal is ingelegd met schelpen. Je moet er van houden.
Thyborøn is een apart dorp. Het enige dat er is, is vis. Alles draait er om de visserij. Dorine vindt het een geweldig dorp met veel uitstraling. Dorine is een aparte vrouw.
‘s Avonds zijn we klaar voor vertrek. Dorine heeft 2 uur in de Origo dampen gezeten en heeft 10 cm pannenkoeken gebakken.
Alles is droog, we zijn uitgerust: we gaan richting Vlieland!!
Half acht ’s avonds vertrekken we. Er is praktisch geen wind. Buiten de haven blijken we 2 knopen door het water te gaan. Precies even hard als het water dat ons terug stroomt. Wrikken haalt weinig uit. Morgen proberen we het opnieuw.
We hebben het volgende marifooncontact met de havenautoriteiten: DOORDRAIJER: “Thyborøn portcontrol, this is Doordraijer…” ANTWOORD: “Hahaha is that you again, we hope you will have better luck tomorrow”. Terug in de haven komen we een Hollandse botenbouwer tegen. Hij herkent Doordraijer onmiddellijk als een E22. Destijds heeft hij de Styx van Wiebe Draijer gebouwd. Morgen bij het ochtendgloren vertrekt hij ook richting Nederland en wil ons wel het zeegat uitslepen. Wij slaan niet af.
Woensdag 22 augustus
De wind is weer wakker geworden en varieert tussen zuid en zuidoost-3. Nadat we onze sleep hebben verlaten maken we een flinke slag naar zee. In de loop van de middag begint de wind af te zwakken. We dobberen verder. Aan het eind van deze dag hebben we iets meer dan 30 mijl op het log staan: een teleurstellend resultaat.
Naarmate we de Duitse Bocht naderen neemt de wind verder af. Het zicht neemt echter ook af tot slecht: overal om ons heen wordt het mistig: we weten op dat moment echter niet of die mist plaatselijk is of uitgebreid.
We kunnen niets anders dan doorvaren. Regelmatig horen we in de verte een sonoor gebrom. We weten niet of het een vliegtuig of scheepsdiesel is. We kunnen niets anders dan doorvaren. Gelukkig is Vlieland nog steeds bezeild.
Donderdag 23 augustus
Donderdag varen we de hele dag door een dichte mist en proberen van elk zuchtje wind gebruik te maken. Het schiet niet op zo.
Varen met mist is heel apart. Het is alsof een stukje afgebakende zee met je mee vaart. Wat daar buiten gebeurt, weet je niet. Het is vermoeiend varen: het beetje wind dat er is voelt koud aan, het letterlijk uitzichtloze doorvaren geeft een weinig motiverende sfeer. Binnen in de boot wordt alles vochtig.
We vinden dat het moet gaan waaien. Net als de afgelopen dagen voorspelt de NDR4 windkracht 4 voor de Duitse Bocht. We geloven de NDR zo langzamerhand niet meer.
Vrijdag 24 augustus
Aan het begin van de nacht klaart het op en gaat het lekker waaien!! We hopen dat het zo blijft. Het begint echter ook te onweren. Een prachtig gezicht, zolang het zich ver weg afspeelt. Wanneer het onweer nadert blijken het verspreidde buiten te zijn die vrij snel op willekeurige plekken lijken te ontstaan. De kleinste fok ligt klaar aan dek…
Echte ellende blijft ons bespaard, later die nacht neemt de onweersactiviteit af; de wind enkele uren later ook. Als nooit weggeweest keert de mist weer terug.
Vrijdag ochtend rond half elf hebben we de eerste shippinglane bereikt. Deze loopt grofweg 30 mijl ten noorden van de waddeneilanden en gaat van Texel naar Hambug/Elbe. Het is onder deze omstandigheden niet echt fijn om over te steken: geen wind en mist. Voor een boot zonder motor en radar bestaat geen vervelender situatie. We ankeren een stukje buiten de lane en wachten op een einde van dit klote weer.
Inmiddels blijkt de drinkwatervoorraad flink geslonken; we hebben nog maar 15 liter! We gaan een verscherpt beleid voeren: afwassen in zout water, aardappels en pasta’s in half-om-half water. Het afwassen gaat goed, de pasta’s zijn aan de zoute kant. Hierdoor ga je alsnog weer water drinken…
Tegen de avond is er nog steeds geen verandering in de weerssituatie gekomen. Een hardnekkig hogedrukgebied boven Europa brengt Nederland een hittegolf en ons deze vochtige lucht.
In de tijd dat we achter het anker lagen hebben gelegen, hebben we hooguit twee schepen voorbij horen komen: het lijkt vrij rustig te zijn in de shippinglane. We besluiten een poging te gaan wagen. Na het ankerop gaan varen we parallel aan de lane in westelijke richting, en steken over in een lichte opklaring.
Het oversteken van beide takken gaat probleemloos; we komen niets tegen en horen ook niets. Na ook de oostgaande tak te hebben gepasseerd, voelen we een duidelijke opluchting: we zijn weer in rustiger vaarwater gekomen. ONE DOWN, ONE TO GO!
Zaterdag 25 augustus: Dierendag
Zaterdagnacht varen we in een iets drukker gebied. Her en der om ons heen horen en zien we vissers. Tegen de middag bereiken we de laatste shipping-lane. Deze ligt pal boven de waddeneilanden en loop ook ongeveer oost-west. Het blijkt hier vrij druk te zijn. De verkeerscentrale Brandaris heeft voor ons op haar radar gekeken: tussen Den Helder en waar wij zitten bevinden zich 11 schepen. Ook hier ankeren we, wachtend op een helder moment. De mobieltjes aan boord doen het inmiddels weer, voor ons is Nederland voorlopig onbereikbaar.
Na een tijdje komt er een duif aanvliegen en landt op de hekstoel. Een tweede duif die aan komt vliegen crashed in zee. Zijn tweede landingspoging lukt wel. We hebben nu dus twee duiven op het bakboordbankje van de stuurkuip. De beestjes zijn gevaarlijk vermoeid en blij dat ze Doordraijer tegenkwamen. Eén Mepal-bakje water is niet genoeg: ze drinken het helemaal leeg.
Rond 20:00 klaart het licht op en voelen we bovendien een zuchtje wind. Geconcentreerd aan de wind zeilend halen we meer dan drie knopen over de grond: dit moet te doen zijn. We zender een Securité uit en steken over. Een passerend schip schets ons haar radarbeeld: “THERE ARE TWO, AT SEVEN MILES”. Precies wanneer we er doorheen zijn, komen we de eerste tegen.
We hadden gehoopt dat de mislukte postduiven inmiddels zelf verder konden vliegen, maar ze blijken vrij lui te zijn. Om ze niet te vertrappen hebben we ze in de grote braadpan gezet, veilig binnen. Handig, zo’n cardanisch kooktoestel. Bij elke overstag moet de braadpan met inhoud ook overstag.
Een van de duiven blijkt niet goed tegen het kruisen te kunnen en wordt zeeziek. Feilloos kotst hij de braadpan onder. Zelfs Martin Gaus kan niet weten wat wij nu over duiven weten!
Het is een goed gevoel alle hindernissen te hebben gehad. De behoorlijk bedrukte sfeer maakt plaats voor een jubelstemming: We besluiten vannacht nog Vlieland aan te lopen, met een beetje geluk halen we het Stortemelk nog met het komende tij.
Wat sterk bijdraagt tot de feestvreugde is de veranderende weersituatie: de wind is blijven aantrekken tot een kleine 4 en het is kraakhelder geworden: we zien weer sterren! We zitten nog te oostelijk, zodat we kunnen afvallen en de spi erop kan!
De uren waarin we even later het Stortemelk opkruisen doen veel ellende van de afgelopen dagen vergeten. We gaan weer plannen maken voor de komende dagen: we laten de vakantie een dag uitlopen, omdat we wel een dag rust op hebben verdient! Morgen lekker wandelen zonder polyester onder onze voeten lijkt ons heerlijk.
Rond half drie ’s nachts meren wij en de duiven af in een overvolle haven van Vlieland. Enigszins onwennig zet ik een voet op de veel te grote Hallberg Rassy waar we aan vast geknoopt hebben. Mijn euforisch, enigszins uitbundig gedrag heeft de eigenaar wakker gemaakt: “OF HET IETS RUSTIGER KON”. We zijn weer thuis…
Maarten