Weten we het nog? 8-12 knoopjes uit het Noorden? Ik heb niet teruggelezen wat ik toen op ZF als reactie schreef, maar het was in de trend van … nehhhh … wacht maar, het gaat echt waaien. Mijn amateuristische maar wel langjarige ervaring is namelijk heel simpel, de vooruitzichten van 5 dagen voor een event worden nooit bewaarheid. Ik ben dus geen meteoroloog, het was puur een uitspraak gebaseerd op mijn vocabulaire aan wind ervaring.
Gesproken over wind-ervaring, gelukkig heb ik me dit jaar op de Beauty toegelegd om juist de wind op te zoeken. Kruizen door het Inschot met 5 Bft en stroom mee als tegen, gewoon gaan bij 6 Bft met een derde rif en een HA en wel zien. Ik dacht dus dat ik aardig was ingeslingerd voor een stevige bries. Al met al is mijn voorbereiding voor de 24 dit jaar dus al onbedoeld vroeg begonnen. Was ik er dus klaar voor?
In de ochtend op vrijdag nog een Team vergadering, tas al in de auto en om 12:00 stipt vertrokken uit IJmuiden. Kwart over 1 in Medemblik waar het grootste deel van de bekende gezichten al alles klaar aan het maken was. Wat er dan gebeurt is voorspelbaar, niet saai, wel makkelijk. Tas op zijn plek en een bak koffie. O nee, deze keer maar niet. De wind loeide door de haven en koffie heb ik voor het eerst maar overgeslagen. Mijn onderbuik protesteerde. Ik heb al vissen gevoerd sinds mijn jeugd toen ik op de koopvaardij zat en ik weet als geen ander dan de grootste kans op zeeziekte is bang zijn voor zeeziekte zelf. Bang was ik dus niet, maar er zijn nu eenmaal simpelweg zaken die je beter niet kan eten of drinken wanneer je daar vatbaar voor bent. Geen koffie dus voor mij. Wel de tweede stap van de traditie werd gestart, broodjes smeren.
Gelukkig was Marijn wat verlaat en kreeg ik de tijd om alle broodjes te smeren in de haven. Zag er tegenop om onderweg naar Lemmer nog het mes door de steeds weg schuivende boter te moeten halen, de plakken kaas van elkaar te moeten plukken en een archief te maken van welke krentenbollen hebben wel boter en welke niet. Zoals gezegd, broodjes klaar en voor het gemak besloten alle krentenbollen zonder boter op te bergen. Denk dat er weinig klachten komen om 03:30 met 6 Bft voor wie wel boter wil. En anders dikke pech.
Er was nog iets anders deze keer. De spinaker-tassen lagen niet gestapeld waar ze normaal lagen. Dus niet klaar voor gebruik netjes op elkaar gestapeld ruzie makend wie als eerste gepakt mocht worden. Nee, beiden volledig ingepakt in de SB achterhut helemaal achterin. Vlak voor vertrek kwam er toch eentje uit het magazijn om als rugleuning te dienen bij de BB bank tegen de salontafel voor wie daar wil slapen, maar dat was het ook wel.
Aha, daar is Marijn. Alles los en weg waren we. In de haven de genua erop met het plan alleen op het voorzeil naar Lemmer te zeilen. Weinig kans. Tot op twee keer toe liep het zeil halverwege uit het profiel van het rol reef systeem. Het alternatief daar aan lager wal, we waren ondertussen buiten, was enkelvoudig: grootzeil omhoog en in Lemmer de zaak fixen.
Op alleen het grootzeil zijn we naar Lemmer gegaan. Mooie bries tussen de 18 en uitschieters naar 26 knopen ware wind. Zonnetje en om ons heen buien. Mijn herinnering zegt dat we zelf geen druppels hebben gehad. Althans, niet van de regen, wel af en toe een bak water aan dek en in de kuip van een golf die meende niet onder de boot door te moeten lopen maar er overheen.
Eenmaal de hoek bij Stavoren voorbij werd het water rustiger en mijn maag ook. Mijn zelfvertrouwen van mijn onderbuik groeide, de zon kwam meer en meer door en Lemmer kwam dichter en dichterbij. De Lasagne was ondertussen in de oven en alle scenario’s waarbij een andere zeilvoering nodig was dan genua 2 en grootzeil werden naar het archief verwezen. Ook scenario’s van in de nacht bij KWZ eruit bij een NE wind werden te weinig kansrijk beoordeeld. Ook het achter de schermen al gedeelde plan van de Coppelia om zo snel mogelijk bij Den Oever eruit te gaan, dan richting Den Helder, dan KWZ en weer terug het Wad op om weer bij Den Oever naar binnen te gaan was te risicovol. Dat woord, risico, is waar de 24 uurs vaak om draait. Opties open houden, behouden maar geconcentreerd varen geven met een goede boot en crew geeft steevast een hoge klassering. Dat tekent ons wel, geen ‘No Guts No Glory’ insteek zeg maar. Plannen als die van de Coppelia kan ik vanuit dat perspectief dan ook altijd erg waarderen.
Waar waren we, o ja, in Lemmer. Geen serieuze tijd meer om aan te leggen. We hebben ons gemeld met nog ik schat een 20-25 andere dobbers. 18:40 waren wij aan de beurt. Op zich ruimte genoeg om te starten, wel een draaiende soms wegvallende wind daar in de luwte en wat vreemde bewegingen van omliggende starters. De een daar net voor nog vastgelopen, de ander (of dezelfde) in het startgebied bewegingsloos met de kop in de wind en weer een ander nog zoekende naar ruimte om te wachten tot zijn eigen start. Net niet waar we wezen wilden over de lijn dus in gevecht met 2 andere schepen werkten we ons in een paar minuutjes naar vrije wind op zoek naar de eerste groep die voor ons al gestart was.
Heerlijk. Beetje zon, hoger wal met een wat vlagere wind van 15-18 knopen. Hier konden we 12,5 mijl pakken aan halve windse rakken waar we anders nooit meer zouden komen. En die halve windse rakken heb je nodig bij een stabiele Noorden wind die soms wat uit het NNW komt en soms wat NNE zou worden.
De eerste 3 uur zijn dus eigenlijk best deftig geweest. Maar ja, naarmate we verder van de hoger wal kwamen werd het toch meer en meer een wasmachine. En het klinkt raar, bij de wat ruimere rakken met zeg een TWA van 120-130 hadden we soms wat te weinig druk. Zelfs met G2 en vol grootzeil. De spinaker was echter een No Go. Die hebben we er het laatste finish rak wel op gehad, maar als die open klapt bij vlagen boven de 22 knopen begrijp je direct dat die niet te houden is bij zo’n TWA. De volgende 20 uur werd het grazen. Een mooie term die onlangs in dit topic is geïntroduceerd, Ik hou hem erin. Het ene rak na het andere uitzitten in de wasmachine. Het deed me denken aan die kermis attractie, de inktvis. Geen ritme over de golven van hogere koersen, geen stabiliteit van een spinaker, geen vaste golfslag. De wind zakte in de nacht zoals verwacht terug naar een dikke 4 Bft waarbij de planner er goed voor had gezorgd dat we toen geen ruime maar juist wat hogere koersen hadden. Met voldoende druk ook die mijlen kunnen pakken. Al snel kwamen de vlagen van boven de 22 knopen weer op de meter en was het wisselen van rif erin en eruit of het voorzeil wat indraaien en weer uitdraaien.
Slapen? Ja ja, ik weet het. Sommigen zijn van mening dat wanneer je wilt winnen je niet slaapt, nou ik probeer altijd wel een uurtje of 3 te pakken minimaal. Dit jaar … no way. Rakken waren te kort om echt rust te vinden en bij een boeironding krijg je dan als snel weer alle tassen van de crew of de spinaker over je heen. Je schuift zelf van links naar rechts dus je verkast maar weer in het donker in je kooi. Het lukte me wel om als een hond in een vreemde mand weer ‘Af’ te gaan. Even draaien, snuffelen, proberen, opstaan, weer draaien en toch maar met een zucht gaan liggen. Ja, gelukkig. Toch weer een positie waar ik al mijn spieren kan ontspannen. Dat was het hoogst haalbare, even totaal ontspannen en jezelf wijsmaken dat het 14e uur in de inktvis echt iets is waar je bewust uit volle overtuiging ook dit jaar weer voor gekozen hebt.
Was het afzien? Nee, laten we er geen misverstand over laten bestaan. Ik heb de start dit jaar gezien van de Fastnet, ik ken versies van de Sydney Hobart of andere evenementen die vele malen meer respect afdwingen dan onze attractie. Feit is echter dat ik niet voor niets niet op die dobbers zit, maar juist hier op het IJsselmeer. En dan op deze Spirit 36. Ze gaat gewoon, het geluid wat je hoort is als een gesprek tegen de bemanning. Iedere knoop extra is een ander geluid in de mast. Wel slim van Thomas was om een koptelefoon op te zetten wanneer je rust wilde. Die gaat de volgende keer ook in de tas. Dus niet afzien. Geen storm, geen helse regen, geen buientrein, geen mist of averij. Wat dan wel? Ik ben een lichtweer zeiler, zo je wilt, een mooi weer zeiler. Ik moet mijzelf dwingen om uit te varen en de uitdaging te zoeken in het mijzelf bekwamen in aan de wind zeilen in deze omstandigheden. Niet dat we aan de wind gevaren hebben, het is het idee. We hebben ook wel vaker een paar uur nog wel meer wind gehad dan dit. Maar nu was het constant alleen maar dit. En dat viel mij tegen. Dit is wat het was, 21 uur in de inktvis, en ik lust eigenlijk geen inktvis.
Terug naar onze prestatie. Tot een 3 uur voor de finish lagen we op schema om bijna 180 mijl te zeilen. Het zijn er in de 178 geworden meen ik maar daar zijn officiële lijstjes voor. In sommige rakken zat het mee, in andere rakken tegen. Soms draait de wind op verzoek weer terug en heb je twee keer mazzel. Soms denk je dat je goed gaat en dan opeens …… is de TWA 20 graden krapper dan verwacht en heb je in de laatste rakken simpelweg geen opties meer. Je moet dan de zaak uitzitten wetende dat je ieder kwartier 2 minuten verliest op je eindtijd. En die eindtijd is natuurlijk stipt 18:40. Het laats zich dus raden, het aantal mijlen hebben we zo goed als behaald, de eindtijd niet. Met 20 minuutjes en een beetje vertraging kwamen we over de meet. En dan tikken de strafmijlen hard aan.
Iedereen vaart met dezelfde wind, dezelfde rakken en omstandigheden. Iedereen heeft die voordeeltjes of pechmomenten als het gaat om de wind, een sluis of andere keuze. Maar wat wil je, de weergoden krijgen via social media natuurlijk van dik 400 schepen per rak weet ik hoeveel verzoekjes. Ze kunnen niet iedereen helpen. Het zijn dus niet de weergoden geweest die ons die strafmijlen hadden bezorgd, dat zijn wijzelf. Die seconden bij start, bij een boeironding, de lagere concentratie in de nacht, het te laat een rif zetten of eruit halen. Dat allemaal maakt dat we de laatste 3-4 uur van de race in gingen zonder marge. Marge die we deze keer wel nodig bleken te hebben.
Om nog een poging te doen iets van die marge terug te pakken hebben we de spinaker nog gezet. Ik denk voor het meest nog voor onze eigen lol en moraal. We hebben wat dat betreft gewoon niet opgegeven. De waarschuwing van de schipper totaal negerende dat de spi wel eens niet netjes in de zak kon zitten ging die omhoog. BAF, en vol stond die. De boot kreeg een schok en daar ging ze. Of we er veel mee gewonnen hebben valt te betwijfelen. De koers was echt plat voor het laken naar de finish, maar zo plat dat je of steeds met twistende spi zat (invallend) of met een wat hogere koers zodat er een gijp zou komen. Ons besluit was gebaseerd op risicovermijding. Nog een klein stukje door, dan die spinaker eraf, gijpen en met een uitgeboomde genua naar de finish.
Samengevat
Heerlijke Lasagne, prima zeilweer, mooie eerste 3 uur en wederom een top crew. Feit is, en dat zeg ik met een nog steeds rommelende maag, ik zal gewoon inktvis moeten leren eten ben ik bang.