In de golven is de stabiliteit tegen rolbewegingen van een zeilboot meestal beter dan die van een motorboot, door de tegenkrachten die door het dwarsoppervlak van kiel en zeilen worden opgewekt. Maar dat wil nog niet zeggen dat een motorboot ongeschikt is voor de Waddenzee, maar stabiliteit is wel een dingetje.
Ik heb mijn jeugd doorgebracht in Harlingen, mijn vader was enthousiast watersporter en wij hebben op de Waddenzee vele uren genoten, ook bij nacht en ontij, zeilend en op de motor.
Mijn broer heeft met z'n motorboot vaak de tocht naar Vlieland gemaakt en heeft de volgende tips :
Door het getij is er een wereld van verschil in de golfslag. Bij vallend tij komen steeds meer zandplaten bijna of geheel boven water, waardoor in de tussenliggende diepere geulen vrijwel geen golven staan. Maak de tocht van Harlingen naar Vlieland dus aan het eind van het vallende getij, en de omgekeerde route aan het begin van het opkomende getij. Je hebt dan zowel het voordeel van de stroom als een rustige tocht.
Vaar niet op vrijdag en maandag. Op die dagen kom je in- en uitvarende Urker vissers tegen die met hun kotters volgas varen en angstaanjagende hekgolven produceren.
Maak gebruik van de gele recreatiebetonning. Daar is minder grote scheepvaart.
(Pollendam, Blauwe Slenk, Pannengat)
Rond de zandplaat Richel zo krap mogelijk, vaar via PG-B, VL 10, VL9, VL5 en VL3 naar de ZS13, vandaar kun je rechtstreeks op de Vlielandse vuurtoren aansturen tot in de Vliesloot. In de Vliesloot houd je de westelijke zijde onder het strand tot je bij de haven bent. Het kan daar hard stromen.
De havenmond is krap, met meestal flinke stroom voorlangs. Mijn ervaring is dat je de haven tegenstrooms het makkelijkst kunt invaren, neem de tijd om daar je strategie te bepalen.
Als je bovenstaande praktijkervaringen ter harte neemt, en een periode met n i et teveel wind kiest ben ik ervan overtuigd dat je de eerste tocht naar Vlieland een onvergetelijke ervaring zult vinden.