Calidris schreef :
Reuver2 schreef :
Je bent er wel duidelijk over:
het eerste doel is minimale kosten voor het AT.
het tweede doel (niet onbelangrijk) het onderbouwen van de faktuur naar het AT.
Maar de werkelijke controle en de preventieve werking die er vanuit gaat is geen doel.
Ik snap dat AT alleen controleet waar het bevoegdheid voor heeft, maar het haalt wel het nut uit de controle. Een gemiste kans of, zo u wilt, weggegooid geld.
Immers, als ik een schip zie varen hoop ik dat de bestemming hout snijdt en dat is wel het uitgangspunt voor mijn reactie op de AIS-informatie. Daar zal vaker een probleem mee zijn dan met de geregistreerde naam (ik heb maar een keer een janboel gezien waarbij de inventaris van 2 schepen door elkaar was gehaald, inclusief EPIRB en marifoon van een zusterschip, en ik ben bij veel zeilboten opgestapt).
Alle andere zaken dan de registratie controleren kan en mag AT niet doen. In een binnenvaart convenant ten tijde van de AIS invoering in de binenvaart en ver voor de AVG is afgesproken dat AIS niet gebruikt mag worden voor handhaving.
Diensten worden belast met het toezicht op de naleving van hetgeen gesteld bij of krachtens specifieke wetten.
De inhoud van de door de transponder uitgezonden berichten moet voldoen aan hetgeen gesteld krachtens de Scheepvaartverkeerswet, inz het
Binnenvaartpolitiereglement art 4.07.
Een klein schip dat AIS gebruikt, mag uitsluitend een Inland AIS-apparaat als bedoeld in artikel 7.06, derde lid, van het Reglement onderzoek schepen op de Rijn 1995, een krachtens de IMO-voorschriften typegoedgekeurd AIS-apparaat van klasse A of een AIS-apparaat van klasse B gebruiken. AIS-apparatuur van klasse B moet aan de dienovereenkomstige eisen van Aanbeveling ITU-R.M 1371, aan Richtlijn 1999/5/EG (R&TTE-richtlijn) en aan de internationale norm IEC 62287-1 of 2 (inclusief DSC kanaalmanagement) voldoen. Het AIS-apparaat moet goed functioneren en de in het AIS-apparaat ingevoerde gegevens moeten op ieder moment met de werkelijke gegevens van het schip of samenstel overeenkomen.
Toezicht en handhaving zal gedaan worden door ambtenaren die zijn belast met het toezicht op de naleving van de Scheepvaartverkeerswet, bijvoorbeeld
patrouillevaartuigen van Rijkswaterstaat. Of een (hoofd)sluismeester of sluiswachter.
Op het kloppen van de naam van het schip (
BPR art 2.02) met wat door de AIS wordt uitgezonden zal obv de Scheepvaartverkeerswet worden toegezien, niet obv de Telecommunicatiewet. (En dus niet door AT)
PS
In RPR art 4.07 staat een vergelijkbare eis mbt kleine schepen.