Norna Biron delivery (11)
Woensdagavond, ergens halverwege Selsey Bill en Beachy Head.
Zo dat was een vlotte oversteek van Biscaye. Helaas is het ingestelde walvis alarm niet afgegaan. Wel worden we regelmatig begeleid door dolfijnen, soms een paar, soms een hele school. Twee dagen over bakboord zeilend en de oversteek van Biscaye is een feit. Na Ile D’Ouessant zetten we dat nog eens twee dagen voort door de aanloop van het kanaal tot onder de Engelse kust.
Ile D’Ouessant ronden we in de nacht, bepaald spectaculair vind ik. Met name de vele rode en witten lichten, en wetend wat voor een imposante bouwwerken daar onder zitten, is indrukwekkend. Uit het Chenal le Four aan stuurboord zie ik op de AIS een 24ft. Frans zeiljachtje aankomen. Aan haar naam te zien een solo zeiler, mischien wel zo’n Mini Transat coureur. Een heel andere wereld dan aan boord van Norna en om de één of andere reden benijd ik hem of haar niet.
Norna glijdt met haar 30 ton majestueus over de golven. Paaltjes pikken is haar vreemd, net als zich laten afstoppen door een golf. Ze denderd gewoon door, de golven in met wolken van schuim uiteen spattend, toch ook heel wat anders dan een AWB (Average White Boat). Alleen een protesterend anker in de boeg verstoord met een bonk af en toe haar gracieusheid. En als de wind iets afneemt naar 20 knopen doet een puntje kluiver wonderen om haar opnieuw weer de sporen te geven.
De 4G boei (zo noemen wij “Land in zicht”) ligt bij Start Point. We zeilen nog een eind Lyme Bay in alvorens naar het Noorden te verleggen. Dan gaat de motor ook weer bij en motorzeilen we verder tegen de wind in.
‘s-Nachts om drie uur neem ik het wachtstokje weer over van Joost. Nog geen kwartier later stopt de stuurautomaat er mee. Dat doet hij wel vaker. Een complete reset, wat gerommel met bedrading of een opvoedend klapje tegen het kompas heeft tot nog toe steeds geholpen om hem weer werkend te krijgen. Zelfs heeft Joost hem al op een andere groep gezet omdat er regelmatig een “power failure” optrad. Nu lijkt hij het te vertikken. De reset haalt niets uit. Het kompas werkt, hij wil ook best aan de gang maar het lijkt alsof de koppeling (de clutch) in het systeem niet meer werkt. Soms voel ik nog een tikje maar er zit nu duidelijk iets niet goed.
De roerlagers van Norna Biron zijn ernstig aan vervanging toe. Dat wisten we al toen we Griekenland verlieten. Sturen is spierballenwerk. In elke stand blijft het roer hardnekkig staan. Even zo blijft Norna een koerswijziging ook hardnekkig volgen. Tenminste als zij genegen is om na enige aandrang naar het roer te luisteren. Terugbrengen op koers is een geduldig karweitje of oversturen met spierballen. Kortom, het vraagt wat oefening en gewenning. Kunst is eigenlijk om zo min mogelijk te sturen en Norna haar eigen weg te laten vervolgen, weliswaar met kleine correcties, en in dat laatste zit de kunst verborgen. In vlak water niet zo heel lastig, in hoge golven nog best een opgave.
De stuurautomaat daarentegen heeft er ogenschijnlijk helemaal geen moeite mee. Ondanks de meest trage instelling kwa reactiesnelheid is hij er wel druk mee. Overbodig druk, maar daar hebben wel meer autopilots last van. Wetende hoe zwaar werk het is maken we ons wel zorgen of dit goed blijft gaan. Nieuwe roerlagers staan pas in Nederland op de planning.
In het zicht van Portland Bill realiseer ik mij dat het moment is gekomen dat de stuurautomaat toch echt ergens mechanisch kapot is gegaan. Tijd om verder uit te testen of over na te denken is er nu niet. Een visser aan stuurboord, een tegenligger die recht op ons af komt en het ronden van Portland Bill eisen nu mijn volle aandacht op. Als een dronkenman probeer ik Norna in de hoge holle zee op koers te houden. Uitslagen naar beide kanten van zeker 40 graden is geen uitzondering. Wat zullen ze wel niet van Norna op de AIS denken? Geen peil op te trekken, net als die visser trouwens die ook alle kanten op gaat en mij zeker anderhalf uur bezig houdt. De enige steady factoren zijn de tegenligger en Portland Bill.
De richting waarop de visserman vaart kan ik alleen maar op de AIS zien. De boot zelf is één fel wit licht en boordlichten of anderszinds zijn niet te zien. Als de visser vlak bij zijn koers 180 graden wijzigt en van mij af vaart keert de innerlijke rust weder en kan ik mij richten op het ronden van de kaap. We zitten nog steeds in veilig vaarwater. Eigenlijk mag de Ipad niet de kuip in maar nood breekt wet. Ook in de kuip zit een plotter maar de kaart daarvan is al bij Zuid Portugal gestopt en wat overblijft zijn de contouren van het land. Genoeg voor AIS maar niet genoeg om deze beruchte kaap te ronden. En aangezien het sturen mijn volle aandacht vraagt kan ik niet ff naar binnen om op de kaart te kijken.
Om 6.00 uur komt Jasper naar boven en vertel hem het slechte nieuws. Aangezien ik niet alleen het achterdek op wilde om het kompas een opvoedkundig tikje te geven doet Jasper dat nu. Zoals ik al dacht, het helpt niet. Ook Jasper is het het mij eens dat er iets mechanisch kapot moet zijn. De clutch doet het niet meer of mischien is de aandrijfas gebroken, het tandwiel eraf, of zoiets. Het vooruitzicht om met de hand te blijven sturen is niet fijn en na kort beraad besluiten we Joost te wekken. Jasper en Joost nemen het over en ik duik, niet eens koud, mijn kooi in.
Een paar uur later wordt ik niet geheel vrijwillig wakker en blijk ik mijn kooi te delen met allerhande gereedschap en houten onderdelen van de servieskast. Want boven de servieskast zit de drive van de automaat. Jasper is bezig het ding te demonteren.
Wat volgt is een zorgvuldige ontleding van de drive door onze Bush Mecanicien. De middelen zijn immers maar beperkt. Al snel is de conclusie dat de clutch prima in orde is. We proberen het tandwiel van de as af te krijgen met wringen en tikken maar dat lukt niet. Met een McGyver poelietrekker bestaande uit de twee bouten waar de drive mee vast zat en een tierip lukt het uiteindelijk wel. Als ook de aluminium behuizing is verwijderd wordt het euvel zichtbaar. Ook meteen met een opluchting. De as is heel maar de tandwielkrans is los. Deze hoort vast te zitten met 4 boutjes, maar 2 daarvan zijn gebroken en de andere 2 hebben zich in allerlei bochten moeten wringen om de boel nog enigszins vast te houden. Wat ze dus uiteindelijk hebben moeten opgeven.
De resten van de afgebroken boutjes zitten nog in het aluminium huis. Uitboren lukt niet. Daarnaast hebben we deze maat boutjes ook niet in huis. Wel een maatje dikker. Nog eens bestuderen leidt tot de conclusie dat nieuwe gaten boren en tappen tussen de bestaande schroefgaten de beste oplossing is. De te lange boutjes die we hebben gevonden brengt ook het idee de nieuwe gaten helemaal door te boren en de nieuwe bouten tevens te borgen met een moer aan de buitenkant van de aluminium behuizing. Staat weliswaar minder fancy maar is een stuk degelijker dan de oorspronkelijke constructie. De zo gereviseerde drive is nu beter dan dat hij ooit was.
Net voor happy hour is de boel gefixt en kan de automaat er weer op. Inmiddels heb ik de hele dag Norna met de hand de goede richting op kunnen bewegen en zijn we o.a. het Isle of Wight gepasseerd. Oefening baart kunst en gelukkig is de zeegang gedurende de dag ook een stuk minder geworden. Het is weer prachtig weer geworden, de knutselaars beneden missen heel wat maar beleven weer hun eigen hoogtepunt. Knap stukje werk weer.
In mijn werk doe je knutselen in je eigen tijd. A/b Norna mag het blijkbaar ook in de baas zijn tijd. Overuren worden niet vergoed dus ik ben zometeen (21.00 uur) weer gewoon de klos in het reguliere wachtschema
Met liefde en plezier ! Wat een genot om met deze mannen 4 weken op elkaar gepakt te zitten.
Zonder gekheid, Jasper blijkt een ware dieseldokter te zijn en heeft vele uren in de machienekamer doorgebracht. De dieseltank is vuil en naast het zoveel mogelijk afzuigen van de vuiligheid moeten er dus ook met regelmaat filters vervangen worden. Stiekum denk ik dat ie wel een beetje verliefd op die Deutz is geworden.
We verwachten nog veel tegenwind op de Noordzee en om de planning te halen maken we morgen nog één tankstop.
Groeten van Joost, Heiko, Jasper en Henny