Baasklusje schreef :
Joop66 schreef :
Als je de krachten op dat punt netjes ontbindt, is de kracht in de water stag ongeveer 2 keer zo groot als in de stag.
Joop, met alle respect voor je mechanica-kennis, maar de waterstag staat toch haaks op de voorstag? Als we aannemen dat die waterstag vrijwel de volledige belasting krijgt (de boegspriet zelf zal buigen en ook draaien op de bevestigingsbouten) dan is bij een hoek van 90 graden de benodigde kracht in de waterstag oneindig..... wat doe ik fout?
Ik zie dat de echte verklaring er nog niet tussen zit.
Op een punt in een constructie in rust (die dus niet net uit elkaar gelazert is) moet de som van alle krachten gelijk zijn aan nul. Die ken je?
De grafische methode om dat uit te zetten is, dat je alle krachten achter elkaar aan legt. Je moet dan weer op hetzelfde punt uitkomen. Anders is er een restkracht en gaat de boel versnellen. Hij peert 'm.
Van de krachten op t voorste punt van de boegspriet, weten we niet de grootte, maar wel de richtingen: Immers een stag kan alleen een trekkracht leveren in zijn eigen richting. Van de boegspriet neem ik even aan dat die op de boeg scharniert. Dus alleen een drukkracht levert.
Nog mee?
Welnu, in het schetsje, heb ik stagkracht getekent van 2cm, en daar bovenop een lijn evenwijdig aan de waterstag. Die kruist op een gegeven moment de werklijn van de boegspriet.
Klopt dit nog?
De lengte van die lijn (top stagkracht tot kruising boegspriet) is ongeveer 4cm in mijn plaatje. Dus 2 keer zo lang als de stagkracht.
Waar je je in vergist, is dat de boegspriet een overbrenging geeft tussen de twee stagen. De hoek tussen die stagen telt dus niet alleen meer.
======================================================================================
Andere verklaring:
De waterstag "ziet" de voorstag niet. De voorstag trekt aan de boegspriet. Die wil een baan gaan maken haaks op de boegspriet. De waterstag hoeft alleen maar die beweging tegen te houden.
Alle overige krachten worden afgeleid naar het draaipunt van de boegspriet. Het gaat dus meer om de hoek tussen waterstag en boegspriet. En tussen boegspriet en voorstag.