Ik ga met alle liefde met t (leuke korte naam trouwens) zeilen en neem dan een 105 m2 Parasailor mee. Alleen wil ik dan graag de de inzet van deze trip wijzigen. Er van uitgaande dat we 4 lieren met selftailers en een Autopilot aan boord hebben, stel ik voor dat we allebei met onze ‘eigen’ spi een parcoursje varen, maar alléén! Dat is namelijk wat echt relevant is voor de (zeegaande) toer- en shorthanded wedtstrijdzeiler; hanteerbaarheid van het zeil bij behoud van voldoende snelheid. Het grootste deel van de tijd ligt je maat tenslotte te slapen en moet je de boot geheel in je eentje varen en dat is waar de Parasailor onverslaanbaar is.
Ik vind het niet bezwaarlijk om daarbij ook de snelheid van beide spi’s te vergelijken, hoewel het resultaat daarvan voor mij niet echt relevant is aangezien dat niet de crux van de Parasailor is.
Wat ik overigens mis in alle bespiegelingen over de snelheid en werking van de Parasailor is dat de Parasailor nu juist
níet op dezelfde manier werkt als een gewone/traditionele/ouderwetse spinnaker. Iedereen lijkt een blinde vlek te hebben voor de voortstuwende werking van de vleugel. Op zijn kortst gezegd is de Parasailor een symbiose tussen een uiterst krachtig vleugelprofiel en een zeil dat de aanstroming van deze ‘kite’ en tevens de bestuurbaarheid van deze vleugel optimaliseert. De traditionele stromingen in en rond het zeil spelen dus veel minder een rol dan in de discussie steeds wordt aangenomen. We weten allemaal dat vliegers tot de krachtigste voortstuwingsprincipes behoren; niet voor niets gaan kitesurfers heel hard onder hun vleugel. Als de spinnaker de beste voortstuwing was, hadden ze wel met een spinnaker gekitet. De reden dat losse kites op jachten, ondanks verwoede pogingen daartoe, nooit voet aan de grond hebben gekregen, ligt in het probleem van de besturing. Deze is dermate complex en afhankelijk van continu volledige concentratie dat alle voordelen van de trekkracht daarmee teniet worden gedaan. Ik besef me terdege dat de klassieke zeiltheorie (nog) niet voorziet in het gebruiken van een vleugel (hoewel, als je de normale witte zeilen plat zou leggen doe je bijna hetzelfde..). Dat de theorie die stap nog niet gemaakt heeft, neemt niet weg dat de vleugel wel degelijk een sterke resultante kracht schuin naar voren en boven genereert. En dat gaan t en ik (overigens is Michel of een ander forumlid wat mij betreft ook van harte welkom als dat van t mag) samen ervaren als ik terug ben van de eerste etappe van ARC Europe alwaar ik op 5 mei in ga starten.
Oh ja, en voor de meeste praktische toepassingen van alledag voldoet het prima om ervan uit te gaan dat de Parasailor werkt
Ik verheug me op de proefvaart!
Fair winds!
@t: PS. Heeft de Capovolare een aanhechtingspunt voor een tackline voor de gennaker, waar ik mijn loefschoten aan kan bevestigen? Ik wil graag laten zien wat de Parasailor kan zonder boom, maar heb geen zin om jouw preekstoel te slopen..
@Michel: Voor toerzeilers, in ieder geval toerzeilers zoals ik, is de maximale VMG toch echt minder belangrijk dan een prettige en toch snelle overtocht.
@ FMJ: Jouw derde alinea is een prima analyse. We hadden het inderdaad nog niet gehad over het feit dat de Parasailor voor een spi zeer vlak is gesneden. Doordat ook voor de wind de wind door de opening wordt afgebogen door
zowel het onderste als het bovenste deel van de spi en dan door de opening heen over de vleugel heen gaat, kan het zeil veel vlakker en toch stabiel zijn. Dat verklaart inderdaad ook het brede inzetbereik want op de hogere koersen wil je juist een vlak zeil.
Dan het antwoord op jouw vraag over de vleugel: de vleugel van de Parasailor bestaat inderdaad uit een boven- en een onderlaag, met ribben er tussen. De openingen aan de achterkant (loef) zijn groot, die in de ribben medium zodat de winddruk zich goed over de vleugel verdeelt. Aan de voorkant van de vleugel zit een zeer smalle openingssleuf die de lucht wel de kans geeft de vleugel weer aan de voorkant te verlaten. Je kan je voorstellen dat daardoor de vleugel zich in een mooie en stijve vorm ‘opblaast’ en daarmee zowel aërodynamisch goed werkt als een sterke spreidende werking heeft.