Monitoring en nachtelijke ontladingen
Dit is weer een lange post!
Wat is zinvol om te monitoren... je kunt wel alles willen monitoren, maar heb je er ook wat aan?
Even in het absurde: op een bol-ronde planeet met zwaartekracht hoef je niet te monitoren of je dicht aan de rand bent gekomen zodat je op tijd kunt omdraaien om niet over die rand te vallen.
De bol-ronde planeet heeft geen rand en je kunt je een slag in de rondte monitoren om die rand op tijd te zien zodat je maatregelen kunt nemen niet over de rand te vallen. Belachelijk voorbeeld? Zeshonderd jaar geleden was men nog overtuigd dat dit zou gebeuren en werd Copernicus opgesloten omdat hij beweerde dat dit niet kon.
Minder absurd, maar net zo overbodig, is het monitoren van de spanning op een accu die wordt geladen uit een spanningsbron die zo is afgeregeld dat de spanning niet boven de maximale spanning van de accu kan komen. In de 'Constant Voltage' lader ligt die spanning vast en kan niet veranderen. 'Ja, maar als die spanning nu wel eens veranderd?' Dan heb je een slecht geconstrueerde lader en dat zou je kunnen monitoren, maar daar wordt die lader kwalitatief niet beter van!
Monitoren kun je ook doen als er een kans bestaat dat er een (levens)gevaarlijke situatie ontstaat die op enigerlei wijze schade oplevert. Dat is dan op voorwaarde dat er geen methode is om die schade op een andere manier te voorkomen. Dit komt voor in situaties waarbij een risico wordt aangegaan om een doel te bereiken. Voor zeilers is het monitoren van water in de bilge zinvol, aangezien bij een boot op het water er automatisch het risico wordt gelopen dat de boot water maakt. Er zijn echter zat open zeilboten waarbij men water in de bilge geen probleem vindt (vanwege zelflozers en andere technische ingrepen) omdat het gelopen risico aanvaardbaar wordt geacht ten opzichte van het doel (lekker een dagje zeilen). In deze situatie zijn er ook andere mogelijkheden om de schade te beperken zoals het dragen van een zwemvest. De boot kan dan zoveel water maken dat deze zinkt, maar de opvarenden blijven door hun zwemvest drijven en zo wordt de schade beperkt. Er bestaan ook vaartuigen die niet kunnen zinken omdat de bilge niet vol kan lopen zoals bij een zeilplank. Daar is een bilge monitor geheel overbodig.
De bilgemonitor van een surfboard zal nooit je leven redden door vroege alarmering.
Je monitoring is zinloos als je geen actie kunt ondernemen om de gevaarlijke situatie te vermijden. De motortemperatuur monitoren om brand te voorkomen is zinvol. Rookgas detectie heeft in een vliegtuig geen zin, want wat wil je doen? Een raampje open zetten? De deur open doen? Zonder parachute uit het brandende vliegtuig springen? Al deze maatregelen zullen alleen maar leiden tot een fellere brand. Zou de rookgasdetector een sprinkler kunnen inschakelen, dan is dat wel de moeite waard. Als de rookgas detectie heel gevoelig is, kun je met een blusser nog wat doen en kan de captain en co-piloot proberen het vliegtuig aan de grond te zetten voordat het uit elkaar valt.
Monitoring vraagt aandacht en energie
Een monitor waar nooit naar wordt gekeken of wordt geluisterd (geen aandacht aan wordt gegeven) is een verspilling van energie. Dat is niet erg als er toch voldoende energie aanwezig is, dan heb je die monitor alleen voor 'het mooi'. Als je aan de walstroom ligt heb je plenty energie en kun je de hele wereld monitoren. Het wordt anders indien je bij 8bft bezig bent je boot overeind te houden, bodemberoering te voorkomen, aanvaringen probeert te vermijden, je koers te houden en niet in het buiswater hypothermisch te worden. Dan meldt de 'koffietemperatuurmonitor': 'Schat, je koffie staat koud te worden.' Of nog erger, 'de tandpastatubemonitor' meldt: 'Schat, je hebt alweer vergeten het dopje op de tandpasta terug te doen!' Aargh#@$%&*!
Monitoring zonder context... om gek van te worden. Als je alles probeert te monitoren, krijg je al gauw last van 'TMI' (Too Much Information), er moet een waarderingscontext zijn voor dat wat je monitoort. Het is belachelijk om in de nacht in het donker te worden geïnformeerd over het feit dat de zonnepanelen op je boot niets leveren. Dat is 'ja, duhhuh' monitoring en draagt bij aan TMI.
Naast de context zijn ook de minimum en maximum grenswaarden een belangrijk onderdeel van de context. Zou een regeling ervoor zorgen dat een maximum waarde niet kan worden overschreden, dan is het monitoren van een maximum waarde niet zinvol. Bijvoorbeeld de brandstofmeter van een dieseltank. Niemand monitoort de bovengrens van de inhoud van een dieseltank vanuit de kuip of de kajuit. Dat doe je wel met het tappistool in de hand. Dat de tank vol zit is alleen maar plezierig, dan kun je voorlopig nog op de motor varen.
Het monitoren van de ondergrens is wel interessant. Het bereiken van de ondergrens kan, naast de informatie die brandstofmeter geeft, nog weer extra worden gemonitoord met een signaallampje en een auditieve indicatie (piepje).
Er zijn ook monitoren waar bijna nooit op wordt gekeken en toch altijd aanstaan. De snelheidsmeter in een auto is er één van. Pas na het detecteren van die flits in je achteruitkijkspiegel kijk je op je snelheidsmeter om in te schatten welk bedrag er in die brief uit Leeuwarden zal staan. Mosterd na de maaltijd.
Monitoren kost energie. Soms is dat maar heel weinig. Een vloeistof kompas is de zuinigheidskampioen. We kunnen de energie die het kompas aan de boot ontrekt niet meten. De energie die het lampje voor de nacht verbruikt is wel groot genoeg om te meten, al is het maar weinig. In geval dat je niet op het kompas kijkt is het verspilde energie als dat lampje brandt.
Een fluxgate kompas gebruikt wel meetbaar energie. Er is energie voor de sensoren en de elektronica en het display nodig. 'Is dat dan zo veel?' Nee, het is maar heel weinig, maar als het touw om je nek maar heel weinig tekort is, ben je wel dood! Ook hier geldt: kijk je niet op het verlichte kompas, dan is het verspilde energie.
Een brandstofmeter gebruikt ook energie, maar dat doet de meter alleen als deze aanstaat omdat de motor draait en de dynamo energie opwekt. De brandstofmeter monitor gebruikt alleen energie als de monitoring zinvol is omdat de motor draait en brandstof verbruikt.
"Ja, hallo! Nou ben je wel heel erg krenterig Peper!" Ja, dat ben ik, maar dat ben jij ook als je een nieuwe accu moet kopen! Dat ik krenterig ben is daarmee een ongeldig argument. Een monitor mag best energie opnemen, maar dan alleen als je er informatie uit wint. Is de energietoevoer in overvloed aanwezig, dan kun je de monitor 24/7 aan laten staan.
Voorbeelden van monitoren die je 24/7 aan kunt laten staan:
Een vloeistof kompas.
Het kompas in een verrekijker.
Uitgangsspanning monitor van een zonnepaneel.
Input monitor van een acculader.
Een anemometer (alleen als deze zelf het vermogen opwekt en de windsnelheid wordt bepaald uit de frequentie van de opwekking). Dit is een heel mooi en efficiënt systeem: geen wind is geen meetwaarde, geen energie voor de uitlezing, wel wind, dan is er wel energie en er is een waarde om te laten zien en er is energie voor de uitlezing. Helemaal autonoom.
Vuistregel: een monitor moet zijn eigen energieverbruik kunnen verzorgen en zo niet, dan moet deze alleen en bewust worden ingeschakeld als de waarde van de grootheid wordt gemeten en gemonitoord.
Analoog of digitaal?
'Analoog is net zo nauwkeurig als een spanningszoeker, naast die onnauwkeurigheid heb je dan ook nog rekening te houden met parallax bij de aflezing. Je moet een digitale monitor nemen en met een 4 digit uitlezing dan krijg je nauwkeuriger metingen met een fout van 0,1% van je uitgelezen waarde!'
Waar of niet waar...
'Bij digitaal en een variërende meetwaarde wordt je helemaal gestoord van de veranderingen in de uitlezing, je moet een analoge monitor nemen, dan kun je veel beter zien of je roerstand invloed heeft op je snelheid op het log!'
Waar of niet waar...
De motortoerenteller, de snelheidsmeter, de brandstofmeter en zelfs de voltmeter zijn nog steeds met analoge uitlezingen en daar is een reden voor! De terugkoppeling tussen de operator en de monitor is analoog sneller en beter dan bij een digitale uitlezing. De koppeling tussen de roerstand indicator of de windrichting indicator en de roerganger aan het roer is analoog, net als bij een Op-Amp.
Probeer dit maar eens digitaal te doen met evenveel zeggingskracht.
Het is voor de roerganger alleen maar handiger als hij weet dat hij (of zij) de helmstok in de richting van de wijzer van het analoge instrument mee moet duwen voor de koerscorrectie. Dit geeft een veel snellere reactie dan 'onder de 341 naar bakboord en boven de 341 naar stuurboord'. Dan weet je ook nog niet hoeveel streken je de koers moet veranderen, terwijl aan de variatie in uitslag van het analoge instrument is op te maken of de roerstand veel of weinig moet worden veranderd om weer de goede koers te varen. Ga maar eens proberen om op een digitaal uitgelezen kompas te sturen op 320
o. Je wordt helemaal gek! Bij een analoog kompas kom je na wat inregelen wel keurig uit op 320
o. Het is het makkelijkst als de maan bij 320o precies in het midden van de bakboord zijstag staat. Dan kun je veel makkelijker sturen en koers houden en kun je het kompas stoppen op een plaats waar de zon nooit schijnt.
Probeer maar eens op deze digitale meters voor precies €35,00 benzine te tanken.
Wil je een snel te interpreteren waarde voor een correctie, dan neem je een analoge uitlezing. Op de wijzerplaat kun je dan ook nog met kleuren aangeven of je een alarmgrens nadert en hoe dichtbij je bij een alarmsituatie zit.
Er is een tweede reden waarom een analoge uitlezing de voorkeur verdient. Een analoge uitlezing verbruikt maar een fractie van de energie die een digitale uitlezing verbruikt. Een lcd display voor een accuspanning vraagt al snel 5mA die bijna geheel op rekening komt van het witte 'low current' ledje van de 'background' verlichting. Op de foto rechts.
‘Thermometer’ led uitlezing kan tot 20mA per led in de uitlezing opnemen. Vandaar dat je daar geen uitlezingen vindt van meer dan één led. Links op de foto.
Een simpel rood of groen ‘low current’ ledje heeft ca 3mA nodig, maar er zijn er ook die pas tevreden zijn bij 15mA!
Een bluetooth zendertje voor data overdracht vraagt ongeveer 40mA voor zijn goede werken en een schermpje dat in combinatie met een bluetooth ontvanger de data moet weergeven, vraagt ca. 30mA.
Dergelijke systemen zijn alleen zinvol als de motor op je zeilboot draait en je stroom uit de dynamo kunt halen.
Kijk je naar analoge uitlezing dan heb je een ruime keus. De meest robuuste draaispoelmeter heeft 1mA nodig voor volle uitslag. Maar je kunt ook kiezen voor een draaispoelmeter met 100uA voor een volle uitslag of zelfs voor een draaispoelmeter met 50uA bij volle uitslag. Met draaispoelmeters van 50uA kun je de hele kajuit 'behangen' en ca 100 parameters uitlezen ten opzichte van een scherm met bluetooth en dan bij hetzelfde vermogensverbruik.
Er is nog een ander voordeel: schakel je een scherm met data uit om energie te besparen en schakel je het weer in omdat je een uitlezing wil van de opbrengst van de windmolen, dan heb je (response)tijd nodig voor de reset van de elektronica. Bij een analoog meetsysteem is er geen reset en de (response)tijd is afhankelijk van kleine paracitaire capaciteiten.
Er zijn andere mogelijkheden:
De celspanning in het gebied tussen 30 en 100% SOC van een LFP cel is zeer constant en loopt zeer regelmatig op tussen 3,0 en 3,4V. Hoewel de lineairiteit in dit traject wel niet perfect zal zijn, zal 3,1V heel dicht in de buurt komen van 45% SOC, 3,2V ongeveer overeenkomen met 60% SOC, 3,3V wel ongeveer 75% SOC zal zijn en 3,4V echt 100% SOC is. Komt de spanning boven de 3,4V per cel, dan zou er een overlaad alarm getriggerd kunnen worden. Dit alarm zal alleen afgaan als er uit een bron wordt geladen die niet de maximale laadspanning respecteert. Bij 3V per cel zou een soort aanduiding van 'reservestand' kunnen knipperen. Wordt de 2,6V gehaald dan zou een pieper een dermate irritant geluid moeten maken dat je van pure ellende de verbruikers gaat uitschakelen. Je kunt ook automatisch de hele accu uit het circuit halen, maar hoe zendt je dan je 'PAN PAN' melding uit?
Niet erg chique, maar wel heel effectief in het gebied waar het om gaat en wie weet is het wel nauwkeuriger dan een coulomb counter die door limiters en single cell chargers voor de gek wordt gehouden.
Maar… Monitoring met LEDs vraagt energie! De kleinste digitale voltmeter met 3 digits heeft toch nog 20mA verbruiksstroom (480mAh per 24 uur) en kan dus beter niet 24/7 aanstaan. Nu is een halve Ah niet echt veel op een 100Ah accu, maar het is wel een vorm van een ‘stiekeme nachtelijke ontlading’. Digitale LCD display voltmeters hebben dan de voorkeur zij hebben een stroomverbruik van rond de 5mA.
WADnWIND schreef :
dat ga ik met mijn 55 watt paneeltje in NL echt niet redden. 1 depressie met 5-7 dagen bewolkt is een lege accu in dat geval.
Je moet dat soort dingen niet te rooskleurig afschilderen op onze breedtegraad.
Elke watt is teveel.
Dan had je jezelf eigenlijk 'WATTnWIND' moeten noemen
Maar goed, indien vermogens verbruik echt kritisch is:
Accumonitoring met minimale vermogens opname
De krenterigste monitor is de draaispoelmeter met een stroom opname tussen de 50 en 100uA. Uitgaande van de worst case van 100uA vraagt dit om een extra capaciteit van 2400uAh of 0,0024Ah van de accu. Een dergelijke monitor kan wel 24/7 aanstaan.
LFP celmonitor met 1V/1mA voltmeter
Een LFP cel geeft zijn opgeslagen capaciteit af vanaf 2,8V tot 3,4V. Bij een celspanning van 3V is er nog ongeveer 30% van de lading in de cel aanwezig. Om diepontlading tegen te gaan wordt 30% lading of 3V als ondergrens gebruikt. Bereikt de cel 2,5V of lager, dan gaat het lastig worden om de cel weer opnieuw te laden. Om deze reden is voor 3V als laagste spanning gekozen. Bij 3,4V heeft de cel 100% van de lading en mag niet verder dan die spanning worden geladen. De lader moet worden begrensd met 3,4V als eind laadspanning.
De draaispoelmeter bereikt de volle schaaluitslag bij 1V. Aangezien onder de 2,5V de aanwijzing geen betekenis heeft, wordt een nulpuntsonderdrukking gebruikt van 2,5V en krijgt de draaispoelmeter een bereik van 2,5 tot 3,5V. Het bereik van 3 tot 3,4V valt hierin en heeft de halve schaal als significant bereik. Met een IC (TL431) wordt de eerste 2,5V 'onderdrukt' zodat bij 2,5V de meter pas gaat aanwijzen. Om de alarmgrenzen weer te geven worden op de schaal gekleurde puntjes gezet: bij 0,0 een blauwe punt, bij 0,48 een blauwe punt, bij 0,5 een groene punt, bij 0,88 een groene punt en bij 0,9 een rode punt.
Betekenis van de uitlezing: tussen de blauwe punten of in het blauwe bereik: de cel moet worden geladen, tussen de groene punten of in het groene bereik: de cel is in het gebruiksgebied, bij de rode punt: de cel is vol en mag niet verder worden geladen. Heeft de lader een maximum laadspanning van 3,4V dan is bij die spanning de monitoring van de bovengrens van de laadspanning niet zinvol.
De meter heeft een rode led als verlichting (low current led met 3mA) en deze wordt tegelijkertijd met de meter ingeschakeld. Bij indrukken van de knop neemt de meter de bedrijfsstroom op (3,1mA) en wijst deze de celspanning aan. Uit de celspanning is de SOC af te lezen. Het vermogensverbruik bij indrukken is 3,1mA x 3,4V maximaal = 10,54 mW. Da’s eigenlijk Jammer.
Echt zuinig wordt het als dat Low Current LEDje uit kan blijven. Dat kun je oplossen door ‘Glow in the dark’ verf te gebruiken op de naald en op de plaatsen van de aanwijzing van 3V en 3,4V. Dan kun je aflezen zonder dat er stroom door de LED wordt gebruikt.
Je kunt natuurlijk ook een grotere accu kopen…
Dial Art
Als je overweg kunt met grafische tekenprogramma's kun je ook een geheel eigen schaalverdeling maken.
Celspanning onder 3V | Celspanning van 3 tot 3,4V | Celspanning van 3,4V |
De state of charge van de cel is 30% op 3V en 100% op 3,4V.
LFP accu monitor met 5V/1mA voltmeter
Een 12V LFP accu van vier cellen geeft zijn opgeslagen capaciteit af vanaf 12,0V tot 13,6V. Bij een accuspanning van 12V is er nog ongeveer 30% van de lading in de accu aanwezig. Om diepontlading tegen te gaan wordt 30% lading of 12V als ondergrens gebruikt. Bereikt de accu 10V of lager, dan gaat het lastig worden om de accu weer opnieuw te laden. Om deze reden is voor 12V als laagste spanning gekozen. Bij 13,6V heeft de accu 100% van de lading en mag niet verder dan die spanning worden geladen. De lader moet worden begrensd met 13,6V als eind laadspanning. Bij die spanning is monitoring van de bovengrens van de laadspanning niet zinvol.
De draaispoelmeter bereikt de volle schaaluitslag bij 5V. Aangezien onder de 10V de aanwijzing geen betekenis heeft, wordt nulpuntsonderdrukking gebruikt van 10V en krijgt de draaispoelmeter een bereik van 10 tot 15V. Het bereik van 12 tot 13,6V valt hierin en heeft bijna de halve schaal als significant bereik. Met een IC (TL431) wordt de eerste 10V 'onderdrukt' zodat bij 10V de meter pas gaat aanwijzen. Om de alarmgrenzen weer te geven wordt de schaal gekleurd: bij 0,0V blauw tot 12,0V, bij 12,0V groen tot 13,6V en vanaf 13,7V rood.
Betekenis van de uitlezing: in het blauwe gebied: de accu moet worden geladen, in het groene gebied: de accu is in het gebruiksgebied, in het rode gebied: de accu is vol en mag niet verder worden geladen.
De state of charge van de cel is 30% op 12V en 100% op 13,6V.
De meter heeft een rode led als verlichting (low current led met 3mA) en deze wordt tegelijkertijd met de meter ingeschakeld. Bij indrukken van de knop neemt de meter de bedrijfsstroom op (3,1mA) en wijst deze de celspanning aan. Uit de celspanning is de SOC af te lezen. Het vermogensverbruik bij indrukken is 3,1mA x 13,6V maximaal = 42,16 mW.
Een monitor heeft soms een mogelijkheid een grenswaarde te signaleren en op die grenswaarde kan dan een alarm afgaan. Heel interessant voor situaties waarbij de monitor niet altijd kan worden afgelezen. Een TomTom navigatie systeem kent de maximale snelheid voor het wegvak waar je rijdt en bij een 'fix' kan de 'Speed Over Ground' uit de GPS gegevens worden bepaald en wordt er visueel gewaarschuwd dat je te hard rijdt. Als je op dat moment niet op het scherm van de TomTom kijkt (en dat is heel waarschijnlijk als je met 180 over de A4 scheurt), neem je die waarschuwing niet waar.
Goede monitoring maakt nog geen goede chauffeur!
Als je op een plezierjacht vaart zal de hoofdschakelaar van het elektrisch systeem zijn ingeschakeld en daarmee kun je dan ook de monitoring inschakelen. De monitoring werkt dan alleen als er gevaren wordt, maar ook als het jacht aan de wal ligt en er mensen aan boord zijn. Die zullen de hoofdschakelaar niet uitzetten omdat er dan geen licht in de kajuit is als ze na alle drank van gisteravond moeten pissen. Dus blijft alle monitoring aan staan en is er naast de nachtelijke blaas lediging ook een nachtelijke ontlading van de accu. "Dat is maar heel weinig" zul je zeggen... Ja, maar als dat lang duurt is je accu wel leeg!
Historisch is het verhaal van de eigenaar van een mooie zwarte 34 voets Elan. Hij heeft zijn boot klaar gemaakt voor het seizoen, 80 liter diesel in de tank gedaan, de 180Ah LFP accu's zijn vol, de dieselkachel aan boord werkt en hij gaat naar huis. Hij zet de hoofdschakelaar uit zodat hij zeker is dat de LFP accu's niet geladen zullen worden en zeker niet overladen kunnen worden door de oorspronkelijke lader voor lood-zwavelzuur boordaccu's. Hij realiseert zich niet dat de dieselkachel door een 'overspannen hobbyist' is aangebracht en buiten de hoofdschakelaar om is geïnstalleerd. Omdat de kachel vanwege het uitproberen warm is en niet werkt merkt hij niet dat de boordspanning nog steeds op de kachel staat. Het groene monitoring lichtje voor de voedingsspanning van de kachel is afgedekt door de stofjas die hij aan boord heeft en gebruikt als er iets aan de boot moet worden gedaan.
Na 10 dagen wordt hij door de havenmeester gebeld dat er een alarm op zijn boot afgaat, maar dat hij niets bijzonders aan de boot ziet of merkt. Hij gaat naar de haven en als hij aan boord van de boot komt blijkt het 'battery low' alarm van de kachel aan te staan. Bij het aanzetten van de walstroom lader gaat het alarm uit. Het is erg warm in de boot en het ruikt er naar diesel. Bij onderzoek blijkt er nog 20 liter van de 80 liter diesel in de tank te zitten.
Conclusie: bij afkoeling is de dieselkachel weer aangeslagen en heeft in ruim een week 60 liter diesel opgestookt en heeft de boordaccu bijna leeg gemaakt tot het punt dat de monitoring van de boordspanning in de kachel uiteindelijk heeft aangegeven: 'tot hier en niet verder'. De accumonitor was door de hoofdschakelaar uitgeschakeld en gaf geen alarm! Goed dat de kachel ook nog een 'battery low' alarm had en zelf 'de stekker eruit trok'.
Goede monitoring is geen compensatie voor een slechte elektrische installatie!
Een monitor die bij het bereiken van een grenswaarde 'de stekker eruit trekt' is van waarde als de installatie ook werkt als er niemand aanwezig is. Als er wel iemand aanwezig is kan het afschakelen van de hele installatie een extra probleem opleveren.
Op een 'vintage' vrachter op het IJsselmeer is de schroefas generator voor het boordnet uitgevallen, maar de ouderwetse diesel draait nog. De schipper is blij en zegt: 'die nieuwlichterij is mooi, maar geef mij maar een bewezen klassieke diesel.' Er is gelukkig nog een back up accu. De energie voorziening is niet onderbroken en voor de kritische toestellen zoals de stuurinrichting is de noodstroom voorziening ingeschakeld. Het weer is slecht, maar er is geen aanleiding voor een 'Mayday mayday'. De installatie van de back up accu is 'state of the art' en heeft een BMS die de accu beschermt tegen overladen, kortsluiting en 'undervoltage'. Echt, een prima ding. Door het slechte weer wil de schipper niet langer dan nodig is met de noodvoorziening doorvaren. Hij doet een 'Pan Pan' en krijgt respons van een berger die vraagt wat hij voor hem kan betekenen en wat er aan de hand is. De schipper legt de situatie uit en als hij wil aangeven dat hij 2 extra accu's van 12V wil hebben, schakelt de 'under voltage protection' de rest van de boot en de marifoon af. Hij kan niet eens een tweede 'Pan Pan' uitzenden (wat automatisch het niveau van Pan Pan tot Mayday Mayday verhoogt). Now the shit really hits the fan!
Goede monitoring is nooit een vervanger van terdege kennis van de werking van de installatie.
Overigens: SOLAS vereist een compleet onafhankelijk systeem om in kritieke situaties de elektrische energievoorziening te garanderen. Dat wil zeggen je mag de noodstroomaccu wel uit het boordnet opladen, maar daarnaast moet er een aparte generator zijn om de noodstroomaccu te laden.
Groeten, Peper.