Deze had ik nog ergens staan; is inmiddels ook verjaard
De tocht van Makkum naar Medemblik leek bezeild, maar de stevige wind ruimt door de zuid, dus op een gegeven ogenblik moet ik echt overstag om de Wieringervlaak te mijden. Na de overstag zit de oude schoot in de knoop, en het moment dat ik hem los heb, schiet de nieuwe lijschoot door het lijoog heen en zweept, nog vastzittend aan de genua, in de wind. Ik rol de genua in, klik de lifeline vast en kruip naar voren.
De kluwen van de schoten is onvoorstelbaar verward, dus ik klik ook vast op het spinnakerboom mastbeslag en ontwar de boel. De boot neemt veel water over en ik zit op de eerste rang. Terwijl ik in het gangboord terugkruipend de schoot weer door het lijoog futsel besef ik dat de vissen vandaag gevoerd gaan worden. Ik leg, nog op handen en voeten in het gangboord, net de eerste lus over de lier als ik voortijdig over mijn nek ga - over de lier en de schoot. Hoewel het water gutst door het gangboord gaat het meeste mijn broekspijpen in en kan ik met mijn handen niet genoeg water scheppen om de boel schoon te krijgen. Uiteindelijk gebruik ik de schoot als schoonmaakmop en krijg ik weer genoeg frictie op de lier om de schoot door te zetten.
Ik had die dag eigenlijk wel genoeg gezeild en ben teruggegaan naar Makkum. Controleren of er een achtknoop in de schoot zit doe ik nu voor elke tocht, of althans, dat neem ik me voor. En komt het toch nog eens voor dat de lijschoot eruitschiet, dan ga ik gewoon weer snel terug overstag op de originele boeg. Goeie reden om niet te lang te wachten met overstag gaan!